Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Het interbellum
1918-1939
§ 1 Democratie en economische crisis
Binnen = beginnen opdracht:
Schrijf op in je eigen woorden waarom het slecht ging met Duitsland na WOI
Slide 1 - Diapositive
de tijd van wereldoorlogen 1900-1950
Slide 2 - Diapositive
Leerdoel
Aan het einde van de les kunnen jullie herkennen en uitleggen welke problemen Duitsland na de Eerste Wereldoorlog had, welke hulp zij hierbij kregen en wat de oorzaken en gevolgen van de economische crisis vanaf 1929 waren.
Slide 3 - Diapositive
1.2| Hulp voor Duitsland
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Volkenbond
1919-1946
De Volkenbond mislukt (zwak en niet daadkrachtig):
VS geen lid (wil niet nogmaals in Europese problemen komen)
Duitsland en Sovjet-Unie geen lid (als verliezers van WOI)
Had geen eigen leger.
Slide 6 - Diapositive
Duitsland
1924-1929
Politiek en economisch gaat het beter met het land.
De Amerikanen steunen Duitsland met het Dawesplan. Mensen hebben weer vertrouwen.
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Vidéo
Aan de slag!
Maak opdracht 6 en 7 op blz 50 van je WB.
Slide 9 - Diapositive
1.3 Crisis in de wereld
vanaf 1929
De Amerikaanse economie stort in en Amerika wil zijn geld terug.
Dit is het begin van een wereldwijde economische crisis.
Slide 10 - Diapositive
Economische crisis
Oorzaak: te veel uitgaven -> hoe? -> geld lenen
1. Boeren en bedrijven om te kunnen investeren -> meer productie
2. Consumenten om producten te kopen
3. Aandeelhouders om aandelen in bedrijven te kopen.
-> Beurskrach
Slide 11 - Diapositive
Beurskrach 1929
De aandelenmarkt stortte in, veel aandelen waren meer waard dan het bedrijf zelf.
Leningen van het Dawesplan aan Duitsland komen stil te liggen
Hierdoor steeg de werkloosheid met name in de grote Duitse steden (Bijna 30%)
Hierdoor kreeg de NSDAP van Hitler de kans om aan de macht te komen
Slide 17 - Diapositive
Aan de slag
Maak de opdracht 'fragment uit Mein Kampf'
Klaar? Maar de overige opdrachten van paragraaf 1 van H3 in je WB
Slide 18 - Diapositive
Een vrouw laat haar kachel branden op papiergeld. Waar en wanneer is deze foto gemaakt?
A
in de Verenigde Staten, kort na de beurskrach van 1929
B
in Duitsland, tussen 1921 en 1924, toen de inflatie extreem hoog was
C
in Italië, kort nadat Mussolini aan de macht kwam.
D
in de Republiek van Weimar, direct nadat de keizer naar Nederland was gevlucht
Slide 19 - Quiz
Na de Eerste Wereldoorlog verloren veel Duitse burgers het vertrouwen in hun regering. Kies de antwoorden die uitleggen hoe dat komt.
A
De regering had het voor Duitsland vernederende Verdrag van Versailles getekend. Veel Duitse burgers waren daar kwaad om.
B
De regering legde de bevolking erg strenge wetten op. Toen Duitsland nog een keizer had, had de bevolking veel meer vrijheid.
C
De regering had de Republiek van Weimar veroverd. Dat was volgens veel Duitsers onverstandig, omdat het waarschijnlijk tot wraak van de geallieerden zou leiden.
D
De regering nam weinig effectieve maatregelen tegen de economische crisis.
Slide 20 - Quiz
Waarom werd Duitsland extra zwaar getroffen door de wereldwijde economische crisis?
A
Het Dawesplan werd stopgezet.
B
Duitsland had geld uitgeleend aan andere landen om de economie weer op te bouwen.
C
Hitler had enorme schulden gemaakt om het leger weer op te bouwen.
D
De Amerikaanse president had opdracht gegeven om alle Duitse producten uit Amerikaanse winkels te halen.
Slide 21 - Quiz
Belangrijke begrippen
interbellum
Republiek van Weimar
dolkstootlegende
(hyper)inflatie
Volkenbond
Dawesplan
economische crisis
beurskrach
Slide 22 - Diapositive
Leerdoel
Aan het einde van de les kunnen jullie herkennen en uitleggen welke problemen Duitsland na de Eerste Wereldoorlog had, welke hulp zij hierbij kregen en wat de oorzaken en gevolgen van de economische crisis vanaf 1929 waren.