Spelling Talent V2
1 / 22
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Vidéo
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Vul de werkwijzer werkwoordspelling in, uit je hoofd.
woordsoort bepalen
persoonsvorm
voltooid deelwoord
infinitief
tt
vt
hele werkwoord
1. verlengproef
2. 't kofschip
eindigt nooit op dt
ik-vorm
ik-vorm + t
hele ww
1. verlengproef
2. 't kofschip
eindigt vaak op -de(n) of -te(n)
Slide 4 - Question de remorquage
Slide 5 - Diapositive
Voor ik het wist, was het ... (gebeuren).
Slide 6 - Question ouverte
(Worden) ... jij nou de eerste winnaar?
Slide 7 - Question ouverte
LEESTEKENS
- aan het eind van een zin
- aan het eind van een vraagzin
- aan het eind van een zin met extra nadruk
- tussen twee persoonsvormen / tussen delen van een opsomming / na een naam of uitroep aan het begin van een zin / vóór verbindingswoorden
PUNT
VRAAGTEKEN
UITROEPTEKEN
KOMMA
Slide 8 - Question de remorquage
Slide 9 - Diapositive
De dubbele punt gebruik je bij
A
een opsomming
B
tussen twee hoofdzinnen
C
het benadrukken van een woord
D
een citaat
Slide 10 - Quiz
Een puntkomma gebruik je bij
A
Een uitleg
B
Een voorbeeld
C
Een opsomming waar al komma's staan
D
Een citaat
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Woorden met een accent aigu
Slide 14 - Carte mentale
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Lien
Slide 17 - Diapositive
Wanneer schrijven we een weglatingsstreepje?
Slide 18 - Question ouverte
Koppelteken gebruiken we NIET bij:
A
In moeilijke samenstellingen
B
Bij dubbele achternamen
C
Bij gelijke delen in een samenstelling
D
In dubbele aardrijkskundige namen
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Diapositive
Zijn er nog vragen?
Slide 21 - Question ouverte
Welk onderdeel vind je het lastigst?
