Je kunt voorbeelden noemen van bewuste en onbewuste spierbewegingen
Slide 2 - Diapositive
Wat gaan jullie doen?
Vragen over B3
Thema 4 B4:
- Spierstelsel - Pezen - Antagonistisch paar - Andere spierbewgingen
Tijd voor huiswerk
Afsluiter met Flitskaarten enTest Jezelf
Slide 3 - Diapositive
Bij welke beenverbinding is geen beweging mogelijk
A
Alleen vergroeiing
B
Vergroeiing en naden
C
Naden en kraakbeen
D
Bij alle soorten is beweging mogelijk
Slide 4 - Quiz
Spaakbeen en ellepijp vormen samen een ..
A
draaigewricht
B
rolgewricht
C
kogelgewricht
D
scharniergewricht
Slide 5 - Quiz
Welke verbinding zit tussen de ruggenwervels?
A
Vergroeing
B
Naden
C
Kraakbeen
D
Gewricht
Slide 6 - Quiz
Welke verbinding zit tussen de schedelbeenderen?
A
Vergroeing
B
Naden
C
Kraakbeen
D
Gewricht
Slide 7 - Quiz
Welke verbinding zit in de knie?
A
Vergroeing
B
Naden
C
Kraakbeen
D
Gewricht
Slide 8 - Quiz
Hoe heet het bot waar je op zit? (1 woord)
Slide 9 - Question ouverte
Spierstelsel
Skeletspieren: spieren die met pezen aan botten vast zitten
Onbewuste spieren in darmen
Hartspier
Spieren in huid
Slide 10 - Diapositive
Bouw van een spier
Spieren bestaan uit een groot aantal spiervezels (spiercellen)
Spier is omgeven door een spierschede
Spierschede loopt uit in een pees
Pezen verbinden spieren met botten
De spiervezels zitten in groepjes bij elkaar in een spierbundel
Om elke spierbundel zit een vlies/bindweefsel
Slide 11 - Diapositive
Spierschede
Een laag bindweefsel.
Houdt alles bij elkaar en beschermt het weefsel
Spierbundel
een aantal spiervezels bij elkaar, om een bundel zit ook een laag bindweefsel
Spiervezel
trekken samen om korter (en dikker) te worden. Hierdoor ontstaat beweging
Pees
Aan beide uiteinden van een spier zit de pees.
Pees is taai, slecht rekbaar weefsel. Hiermee zit de spier vast aan een bot
Slide 12 - Diapositive
Antagonistisch paar
Een spier kan alleen trekken, niet duwen!
Twee spieren werken vaak samen om een bot te bewegen.
Als spier 1 trekt , ontspant spier 2
Als spier 2 trekt, ontspant spier 1
Deze spieren zijn elkaars antagonist
Slide 13 - Diapositive
Hoe buig en strek je je arm?
Voor het buigen en strekken van je arm werken de armbuigspier en de armstrekspier samen
Arm buigen: de armbuigspier wordt korter en dikker
Arm strekken: de armbuigspier ontspant zich en wordt uitgerekt
Slide 14 - Diapositive
Arm buigen
Armbuigspier samentrekken: wordt korter en dikker
Pezen trekken aan je spaakbeen
Armstrekspier ontspant: wordt langer en dunner
Slide 15 - Diapositive
Arm strekken
Armstrekspier samentrekken: wordt korter en dikker
Pezen trekken aan je ellepijp
Armbuigspier ontspant: wordt langer en dunner
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Vidéo
Spierweefsel
Spieren bevatten eiwitten die in elkaar kunnen schuiven, waardoor spier korter en dikker wordt.
Deze eiwitten zijn actine en myosine (samen spierfibril)
3 typen spierweefsel:
Dwarsgestreept spierweefsel (zie afbeelding)
Glad spierweefsel
hartspierweefsel
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Andere spierbewegingen
Dwarsgestreept spierweefsel
Spierweefsel in skeletspieren.
Spieren die ervoor zorgen dat je je bewust kan bewegen.
hartspierweefsel
Ook je hart is een spier. Door samen te trekken pompt de hartspier bloed door het lichaam. Je doet dit ook onbewust...gelukkig maar.
glad spierweefsel
Spieren in organen. Voorbeelden: in de wand van slokdarm, maag, darmen en om je bloedvaten. Deze orgaanspieren bewegen zonder dat je je daar bewust van bent.