Markten 3.2

Hoe werken perfecte markten ?
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Hoe werken perfecte markten ?

Slide 1 - Diapositive

Wat is een perfecte markt
  • Bij een perfecte markt komen vraag en aanbod altijd bij elkaar
  • Er is een evenwichtsprijs
  • Marktvom volkomen concurrentie 
  • Kenmerken: Veel aanbieders, veel vragers en een homogeen product 

Slide 2 - Diapositive

Wat valt 
jullie op?

Slide 3 - Diapositive

Kenmerken
De prijs stijgt de gevraagde hoeveelheid neemt af
De prijs daalt de gevraagde hoeveelheid neemt toe

maar er is ook een wet van afnemende meeropbrengsten
en wat is dan
de wet van de grote getallen?

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Kenmerken
De prijs stijgt de aangeboden hoeveelheid neemt toe
De prijs daalt de aangeboden hoeveelheid neemt af

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Vraag 
Aanbod

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

De evenwichtsprijs 
De evenwichtsprijs is 2,50 op dat kruispunt snijden de vraag en aanbodcurve elkaar

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Stel nu dat er een popconcert is?

Slide 13 - Diapositive

Verandering in 
de vraagcurve

Slide 14 - Diapositive

De prijs stijgt wat gebeurd er met het aanbod
A
Neemt af
B
neemt toe
C
verandert niets
D
schiet mij maar lek

Slide 15 - Quiz

De vraag daalt wat gebeurt er met de prijs
A
Die zal dalen
B
Die zal stijgen
C
Er verandert niets
D
Schiet mij maar lek

Slide 16 - Quiz

Er is een slechte aardappel oogst wat is een logisch gevolg
A
De vraag neemt toe
B
De vraag neemt af
C
De aanbodprijs neemt toe
D
We gaan meer ijsjes eten

Slide 17 - Quiz

Er is een grote vraag naar technisch personeel wat doet dat met het salaris van een techneut?
A
Neemt toe
B
Neemt af
C
Er verandert niets
D
Schiet mij maar lek

Slide 18 - Quiz

Er is een economische crisis in Brazilië Economen verkopen hun aandelen. De vraag naar aandelen.....
A
Stijgt
B
Daalt
C
Blijft hetzelfde
D
Verandert in aanbod

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Diapositive

Aan de slag!!!
3.11 tot en met 3.16

Slide 21 - Diapositive