Les 3 -Groep 3: Echt vs. Doen alsof

Groep 3 - Echt vs. Nep
Echt versus doen alsof
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
FilmeducatieBasisschoolGroep 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 75 min

Introduction

Filmles cultuurcoach groep 3 Les 5: Echt versus doen alsof In deze les gaan de leerlingen aan de slag met het verschil tussen echt en doen alsof in films. Aan de hand van twee films, één verzonnen en één echt, leren ze over het concept 'acteren'. De leerlingen ervaren hoe het is om zelf te acteren, en onderzoeken vervolgens de verschillen met een film zonder acteurs. Uiteindelijk verwerken ze deze kennis in een maakopdracht.

Instructions

Lesdoelen
  • Leerling kan in eigen taal uitleggen wat 'acteren' is
  • Leerling heeft zelf geacteerd
  • Leerling heeft het verschil tussen films met en zonder acteurs onderzocht
  • Leerling heeft deze kennis toegepast in een maakopdracht
Opzet
  • Intro: Echt versus doen alsof – 2 min
  • Opwarmoefening: Acteren – 5 min
  • Film kijken: Sammy Paramaribo – 10 min
  • Film nabespreken – 5 min
  • Opdracht: nadoen – 10 min
  • Film kijken: When cities fly – 4 min
  • Film nabespreken – 5 min
  • Vraag: Films zonder acteurs? – 5 min
  • Filmopdracht: Wie zoekt zal vinden - 20 min
  • Film tijdens exporteren: Tèr - 5 min
  • Eindresultaat bekijken en nabespreken – 10 min
  • Afsluiting en volgende week – 2 min
Totale tijd: ± 75 minuten

Het is aan de docent om te kiezen hoeveel opdrachten er worden gedaan i.v.m. de beschikbare tijd

Materiaal
  • Ipad
  • Digibord en lessonup
  • Optioneel: 5 snoepjes (of 5 andere makkelijk te verstoppen objecten die je op school kan vinden) 

Thematisch werken
Deze les sluit aan op de thema's: Vliegeren, acteren, buitenspelen, vriendjes maken, reizen

Extra ruimte nodig
Optioneel

2de docent nodig
Optioneel

Instructions

Éléments de cette leçon

Groep 3 - Echt vs. Nep
Echt versus doen alsof

Slide 1 - Diapositive

Intro: Echt versus alsof

In deze les gaan we het hebben over het verschil tussen echt en doen alsof. Dit is een belangrijk verschil in films. Vandaag gaan we aan de hand van twee films onderzoeken waarom!
Opwarmoefening: Acteren

Slide 2 - Diapositive

Opwarmoefening: Acteren (5 min)

In een film zie je vaak een verzonnen verhaal. Zo'n verhaal is dus niet echt gebeurd, maar alle mensen die in de film spelen doen alsof dit wel zo is. Een ander woord voor iemand die in een film speelt, is acteur. Als een acteur doet alsof, heet dat acteren.

Acteurs laten in films vaak gevoelens zien. Ze spelen bijvoorbeeld boos, blij, verdrietig of bang. Voordat we de films gaan kijken, gaan wij ook onze acteertalenten oefenen!
  • Hoe acteer je dat je heel boos bent? Hoe kijk je? Hoe zit je in je stoel?
  • En hoe doe je als je juist verdrietig bent?
  • Hoe acteer je dat je juist heel blij bent?
  • Hoe acteer je dat je super bang bent?
  • En als laatste: hoe acteer je dat je verlegen bent?

Slide 3 - Vidéo

Film kijken: Surinaams vliegeren

Nu gaan we de eerste film kijken! Dit is een aflevering uit de serie Sammy Paramaribo. De serie gaat over het meisje Sammy dat op bezoek is bij haar tante Sjaan in Suriname. Deze aflevering heet Surinaams vliegeren.

Kan je zien wanneer Sammy tijdens de film boos is, of blij, of verlegen?
Nabespreken

Slide 4 - Diapositive

Film nabespreken
  • Wat gebeurde er in de film?
  • Snapte je alles?
  • Wat vond je van de film?
  • Weet je nog wanneer Sammy verlegen was? (toen ze aan de andere kinderen ging vragen of ze mee mocht spelen)
  • Weet je nog wanneer Sammy blij was? (toen ze de vliegerwedstrijd had gewonnen)
Opdracht: Nadoen

Slide 5 - Diapositive

Opdracht: Nadoen (10 min)

Wat we hebben gezien in de film lijkt heel echt, maar het is een verzonnen verhaal. Sammy wordt dus gespeeld door een actrice, die niet echt Sammy is.

We gaan een paar stukjes terugkijken van de film, waarin de actrice van Sammy een gevoel acteert. En wij gaan dat nadoen! Kunnen jullie ook zo goed acteren?

Slide 6 - Vidéo

Fragment 1

Laten we een stukje van de film terugkijken! Hier loopt Sammy voor het eerst op de andere kinderen af.
  • Hoe voelt Sammy zich hier? 

Slide 7 - Diapositive

Gevoel: Verlegen

Sammy was in dit stukje film een beetje verlegen.
  • Waaraan kan je zien dat Sammy verlegen is? (Is een beetje stil, houdt haar tas voor zich)
  • Kunnen jullie ook acteren dat je heel erg verlegen bent?

Slide 8 - Vidéo

Fragment 2

We gaan nog een stukje terugkijken! Hier zit Sammy midden in de vliegerwedstrijd.
  • Hoe voelt Sammy zich hier?

Slide 9 - Diapositive

Gevoel: Boos

In dit stukje film is Sammy inderdaad boos!
  • Waar kan je dat aan zien? (haar gezicht, en ze doet boos haar schoenen uit)
  • Kunnen jullie ook zo boos acteren als Sammy?

Slide 10 - Vidéo

Fragment 3

We gaan kijken naar een laatste stukje film. Hier heeft Sammy net de vliegerwedstrijd gewonnen.
  • Hoe voelt Sammy zich hier?

Slide 11 - Diapositive

Gevoel: Blij

In dit laatste stukje film heeft Sammy net de vliegerwedstrijd gewonnen, en is ze super blij.
  • Waaraan kan je zien dat ze super blij is? (Ze lacht, ze springt en ze juicht)
  • Kan je zelf ook acteren dat je net zo blij bent?
Bestaan er ook films zonder acteurs?

Slide 12 - Diapositive

Echt versus doen alsof

Wat hebben jullie super goed geacteerd! We weten nu dus dat een film een verzonnen verhaal kan vertellen, en dat in een film acteurs zitten die acteren. Maar...
  • Bestaan er ook films zonder acteurs denk je? (ja, een film kan ook gaan over echte mensen)
  • Zijn er ook films zonder verzonnen verhalen? (ja, een film kan gaan over echte verhalen, mensen en gebeurtenissen)

Slide 13 - Vidéo

Film kijken: When Cities Fly

We gaan naar nog een film kijken over vliegeren. Deze film heet 'when cities fly', wat betekent 'als steden vliegen'. Denk tijdens het kijken voor jezelf na:
  • Gaat deze film over echte mensen, of zijn het acteurs?
Film nabespreken

Slide 14 - Diapositive

Film nabespreken
  • Wat gebeurde er in de film?
  • Snapte je alles?
  • Wat vond je van de film? Bijvoorbeeld mooi, leuk, of juist saai?
  • Denk je dat in deze film acteurs speelden? Of waren het echte mensen?
  • Waarom denk je dat?
In deze film spelen inderdaad geen acteurs. Dit zijn echte mensen, die wonen in het land Jordanië. De film laat zien hoe de kinderen daar spelen. Een film kan dus ook gaan over echte dingen!

Denk weer even terug aan de eerste film die we hebben gezien.
  • Hoe lijken de films die we hebben gezien op elkaar? (Ze gaan allebei over vliegeren)
  • Hoe verschillen de films van elkaar? (De eerste film is een verzonnen verhaal, en de tweede film is echt)
Filmopdracht:
echt en doen alsof

Slide 15 - Diapositive

Er zijn twee opties voor deze opdracht, kijk even welke het beste bij je klas past. 

Filmopdracht 1: Wie zoekt zal vinden

We hebben het verschil gezien tussen een film met acteurs, en een film met echte gebeurtenissen en mensen. Nu gaan we zelf met een filmopdracht aan de slag! De opdracht bestaat uit twee delen: 1 deel waarin we een film met een echte gebeurtenis maken, en 1 deel waarin we een film maken waarin we acteren.

Deel 1: Echte gebeurtenis (10 min)
  • Stap 1: Zet de ipad zo neer dat het zo veel mogelijk van het klaslokaal in beeld heeft. Laat alle leerlingen naast of achter de ipad staan, zodat er nog niemand in beeld is. Nu gaat er iets spannends gebeuren! Alle leerlingen moeten hun ogen dicht doen, terwijl de docent vijf snoepjes verstopt (of iets anders herkenbaars).
  • Stap 2: Zodra alles verstopt is, doet iedereen diens ogen weer open. Maak vervolgens duo's van een nummer 1 en een nummer 2. Alle nummers 1 gaan straks zoeken naar de verstopte snoepjes. Daar krijgen ze 3 minuten voor. De nummers 2 gaan heel goed kijken hoe hun nummer 1 dat doet. Probeer dus goed te onthouden waar en hoe jouw partner zoekt!
  • Stap 3: Na de uitleg gaan we beginnen! Zet de camera aan, en zet de timer op 3 minuten. Alle nummers 1 mogen gaan zoeken. Als ze een snoepje hebben gevonden, mogen ze op de grond gaan zitten totdat de 3 minuten voorbij zijn. De nummers 2 letten goed op!
Deel 2: Acteren (10 min)
  • Stap 1: Leg alle snoepjes weer op precies dezelfde plek als dat ze eerst lagen. Nu gaan we omwisselen van groep en gaan alle nummers 2 naar de snoepjes zoeken. Maar deze keer is het anders: zij weten natuurlijk al waar de snoepjes liggen! Hun opdracht is om te doen alsof ze hun nummer 1 zijn die op zoek is naar het snoepje. 
  • Stap 2: Zet de camera aan, en de timer weer op 3 minuten. Alle nummers 2 gaan nu acteren dat ze hun nummer 1 zijn die op zoek is naar het snoepje. Hoe goed kan je het nadoen?
  • Stap 3: Zet de camera stop als de 3 minuten voorbij zijn. Iedereen mag weer gaan zitten op diens stoel, terwijl de docent de twee films exporteert.

Filmopdracht optie 2: jezelf en de buurman

deel 1: jezelf
  • Vertel dat we eerst onszelf gaan spelen, over hoe we de klas inkomen als de schooldag begint. Wat doe je dan meestal? Let op: je gaat niet acteren, wees gewoon jezelf. We filmen dit stukje een minuut.
Deel 2: je buurman nadoen
  • Nu gaan we het nog een keer filmen, maar wel acteren. Nu ga je als je buurman op buurvrouw het lokaal in. Dus je speelt diegene, je acteert. Hoe ziet dat er uit? Ook dit filmen we weer een minuut. 
Iedereen mag weer gaan zitten op diens stoel, terwijl de docent de twee films exporteert.

Slide 16 - Vidéo

Film tijdens het exporteren: Tèr

Kijk tijdens het exporteren van jullie films eventueel deze film! Deze film gaat over een erg druk plein in de stad.
  • Wat gebeurde er allemaal in deze film?
  • Denk je dat de mensen in deze film echt zijn, of acteurs?
  • Waarom voelde de film echt? (Het leek alsof mensen echt met elkaar aan het spelen en praten waren)
  • Wat voelde er minder echt aan de film? (Dat er één jongetje is dat alles bekijkt, en dat hij opstijgt aan het eind van de film)
  • Wat voor film is dit? Een film over echte dingen, of over nagespeelde dingen? Of iets er tussenin?
Eindresultaat

Slide 17 - Diapositive

Eindresultaat bekijken

Nu is het tijd om het eindresultaat van jullie twee films te kijken! Kijk ze achter elkaar, en bespreek ze dan na.
  • Vond je de films erg op elkaar lijken?
  • Welke verschillen zag je tussen de films?
  • Vond je het duidelijk dat de eerste film niet geacteerd is, en de tweede film wel?
  • Welke film vond je leuker? Waarom?
Volgende week

Slide 18 - Diapositive

Volgende week

In deze les hebben we veel geleerd over het verschil tussen echt en doen alsof in een film!
  • We hebben geleerd wat acteren betekent
  • We hebben geleerd dat er ook films zijn zonder acteurs, over echte dingen.
  • We hebben onze eigen films gemaakt!
Volgende week...
Filmopdracht: Vliegeren en filmen

Slide 19 - Diapositive

Weg

Filmopdracht: Vliegeren en filmen

In de films die we hebben gekeken, maken kinderen hun eigen vlieger. Dat gaan wij nu ook doen!

Deze filmopdracht bestaat uit twee delen. Als eerste gaan we onze eigen vlieger maken. Als tweede gaan we het schoolplein op, en gaan we filmen hoe we vliegeren!

Deel 1 - Vlieger maken (10 min)
  • Stap 1: We gaan zelf een vlieger maken, maar geen gewone! De docent heeft een bak met plastic of papieren tassen en vuilniszakken. Kies hier één van uit. Dit wordt de basis van je vlieger.
  • Stap 2: Pak touw. Knoop één uiteinde van het touw aan de hendels van je tas, of maak twee gaatjes aan het uiteinde van je vuilniszak, zodat je deze samen kan knopen. Knip het touw af op de lengte die je zelf wil.
  • Stap 3: Je hebt nu een vlieger met touw. Deze moeten alleen nog versierd worden! Pak knutsel en teken spullen, en versier je eigen vlieger.
Deel 2 - Filmen (15 min)
Als iedereen klaar is met diens vlieger, is het tijd om ze uit te testen op het schoolplein! Maar niet zo maar uittesten, jullie gaan namelijk spelen in jullie eigen film!
  • Stap 1: Ga naar het schoolplein met jullie vliegers. De docent neemt een ipad mee om te filmen. Spreek een plek op het schoolplein af waar de leerlingen gaan vliegeren.
  • Stap 2: De leerlingen mogen gaan vliegeren! Terwijl ze dit doen, maakt de docent ongeveer zes tot tien shots van de spelende leerlingen, zodat er uiteindelijk een filmpje van een minuut kan ontstaan.
  • Stap 3: Als alle shots erop staan, gaan jullie weer naar binnen. De leerlingen ruimen hun knutselspullen op. De docent plakt de gemaakte shots achter elkaar.
  • Stap 4: Upload het filmpje naar het digibord