Einde schooljaar 2B

• Wiskunde
• Secundair onderwijs

2 ... 9

6 ... 6

8 ... 5

<

>

=

Welke breuk is gelijkwaardig aan:

1. 2/6
2. 2/3
3. 2/8
4. 1/2

56 + 12 - 4

1. 54
2. 64
3. 74
4. 84

Duid de best passende naam aan.

1. cilinder
2. balk
3. kegel
4. driehoek

11 ... 17

15 ... 15

18 ... 16

<

>

=

Duid de best passende naam aan.

1. cilinder
2. bol
3. kegel
4. cirkel

Duid de best passende naam aan.

1. vierhoek
2. vijfhoek
3. balk
4. zeshoek

Rangschik de getallen zoals gevraagd.

>

>

..........

..........

..........

0,098

0,29

0,3

Duid de best passende naam aan.

1. cilinder
2. driehoek
3. vierhoek
4. cirkel

Welke breuk is gelijkwaardig aan:

1. 3/4
2. 1/2
3. 3/7
4. 1/3

Sleep de figuren naar de juiste plaats

Ruimtefiguur

Vlakke figuur

Duid de best passende naam aan.

1. cilinder
2. vierhoek
3. bol
4. cirkel

Welke breuk is gelijkwaardig aan 1/2?

1. 4/8
2. 26/50
3. 9/14
4. 10/12

Duid de best passende naam aan.

1. achthoek
2. zeshoek
3. vierhoek
4. piramide

Welke breuk is gelijkwaardig aan 1/5?

1. 5/15
2. 6/12
3. 3/15
4. 20/25

zet de lengte maten in de goede volgorde van groot naar klein

km

hm

dam

m

dm

cm

mm

Duid de best passende naam aan.

1. vierhoek
2. rechthoek
3. balk
4. kubus

Sleep de figuren naar de juiste plaats

Veelhoek

Niet-veelhoek

Welke breuk is gelijkwaardig aan 1/3?

1. 5/15
2. 2/9
3. 3/15
4. 20/25

Dit is een scherphoekige driehoek

Dit is een rechthoekige driehoek

Dit is een stomphoekige driehoek

Welke breuk is gelijkwaardig aan 1/5?
Er zijn meerder antwoorden mogelijk!

1. 5/15
2. 2/10
3. 3/15
4. 20/100

Wat is de oppervlakte?

1. 6cm​2​​
2. 5cm​2​​
3. 4cm​2​​
4. 3cm​2​​

8

6

D

TD

HD

M

TM

Wat
is de
oppervlakte?

1. 35 m²
2. 300 m²
3. 60 m²
4. 70 m²

vierkant

ruit

parallellogram

rechthoek

Zet de breuken in de juiste volgorde.

<

<

........

........

........

7

11

2

11

13

11

24

5

8

12

2

22°C 32°C -12°C -2°C -41°C
Welke temperatuur is het laagst?

1. 32°C
2. -12°C
3. -41°C
4. -2°C

Wat is de waarde van het gele cijfer?

32 769

1. 7 T of 70
2. 7 TD of 70 000
3. 7 H of 700
4. 7E of 7

32 587

Wat is de waarde van het gele cijfer?

182,879

1. 7 T of 70
2. 7 d of 0,007
3. 7 t of 0,7
4. 7h of 0,07

32 587

Wat past er bij deze driehoek?

rechthoekig

scherphoekig

stomphoekig

gelijkzijdig

gelijkbenig

ongelijkbenig

"Op vrijdag werden er meer ijsjes verkocht dan op dinsdag"

1. op het staafdiagram
2. op de lijngrafiek

Zet de breuken in de juiste volgorde.

>

>

........

........

........

 1 

2

 1 

4

 1 

20

7

2

E

T

t

h

d