Bedenk een PLAN (inleiding, kern, slot)
Noem TITEL en SCHRIJVER
Beschrijf de HOOFDPERSOON (uiterlijk en karakter)
Geef een SAMENVATTING (Wat maakt de hoofdpersoon mee?)
Beschrijf RUIMTE en TIJD
Geef je MENING
Zorg dat je goed verstaanbaar bent (tempo, volume, enz.)