Klas 2A - 17 maart

 Klas 2A - 17 maart 2021
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

 Klas 2A - 17 maart 2021

Slide 1 - Diapositive

Deze les:
- Herhaling voltooid deelwoord
- Herhaling derde naamval
- Luistervaardigheid

Slide 2 - Diapositive

Voltooid deelwoord
Hoe zat het ook al weer? 
- Zwakke werkwoorden
- Sterke werkwoorden

Slide 3 - Diapositive

Sleep de woorden naar het juiste vak
Zwakke werkwoorden
sterke werkwoorden
machen
laufen
schlafen
tanzen

Slide 4 - Question de remorquage

Voltooid deelwoord
Basisregel: ge + stam + t
d/t: ge + stam + et

Slide 5 - Diapositive

Wat is het voltooid deelwoord van machen?
A
gemachet
B
gemoget
C
gemocht
D
gemacht

Slide 6 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van arbeiten?

Slide 7 - Question ouverte

Voltooid deelwoord
uitzondering: -ieren, + voorvoegsels (ver, be, ge, her, ont): 

geen GE- voor de stam
stam + (e)t 

Slide 8 - Diapositive

Wat is het voltooid deelwoord van bezahlen
A
gebezahlt
B
bezahlet
C
bezahlt
D
gebezahlet

Slide 9 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van reagieren?
A
reagiert
B
gereagiert
C
gereagieret
D
reagieret

Slide 10 - Quiz

Hulpwerkwoorden

Slide 11 - Diapositive

Welke twee hulpwerkwoorden gebruik je bij een voltooid deelwoord?

Slide 12 - Question ouverte

Bij zwakke werkwoorden gebruik je het hulpwerkwoord...
A
haben
B
sein

Slide 13 - Quiz

Bij welke sterke werkwoorden gebruik je haben/sein? Sleep de antwoorden naar het juiste vak.
haben
sein
bleiben
overige sterke werkwoorden
bewegingswerkwoorden

Slide 14 - Question de remorquage

De derde naamval

Slide 15 - Diapositive

De derde naamval is ......
A
het onderwerp in de zin
B
het lijdend voorwerp in de zin
C
het gezegde in de zin
D
het meewerkend voorwerp in de zin

Slide 16 - Quiz

Sleep de woorden naar de juiste begrippen.
onderwerp
gezegde
Lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
Ich
gebe
dir
zwei Euro.

Slide 17 - Question de remorquage

Welke voorzetsels horen bij de derde naamval?

Slide 18 - Carte mentale

Persoonlijke voornaamwoorden

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Ich will mit _____ tanzen. (jou)
A
du
B
dir
C
dich

Slide 21 - Quiz

Er kommt morgen bei _____ vorbei. (U)
A
Sie
B
Ihnen
C
Ihn
D
Ihm

Slide 22 - Quiz

Luistervaardigheid

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Lien

Hoe vaak per dag zien kinderen reclamespots over ongezond eten?
A
10x
B
12x
C
15x
D
20x

Slide 25 - Quiz

Wat wordt er bedoeld met:
versteckter Zucker?

Slide 26 - Question ouverte

Welke uitspraken zijn waar?
A
De aarde draait in één jaar om de zon.
B
De aarde draait in 24 uur om zijn eigen as.
C
De aarde draait in een half jaar om de zon.
D
De aarde draait niet om de zon.

Slide 27 - Quiz

Wat is er in Kroatië gebeurd?
A
Er was een tsunami
B
Er was een vloedgolf
C
Er was een aardbeving
D
Er was een bomexplosie

Slide 28 - Quiz

Op welke manier krijgen de leerlingen nu muziekles?

Slide 29 - Question ouverte

Waarom wordt er geld ingezameld?
A
Om het dorp weer op te bouwen
B
Om de muziekdocenten door te betalen
C
Om nieuwe instrumenten te kopen.
D
Om een nieuwe muziekschool te kunnen bouwen

Slide 30 - Quiz

Wat is er zo bijzonder aan 'Blässhühner'?

Slide 31 - Question ouverte

Waar gaat het onweren?
A
In het noorden en het westen
B
In het oosten en het westen
C
In het noorden en het oosten
D
In het noorden en het zuiden

Slide 32 - Quiz

Zelfstandig werken
Opdrachten voltooid deelwoord & derde naamval

Inleveren! 
 

Slide 33 - Diapositive