Week 39 les 1 discussie + herhaling spelling

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Spelling

Spelling H1

• Hoofdletters (mevrouw De Vos)
  
• Dicteewoorden (wat betekent het + hoe schrijf je het)
  
• Meervouden (bacteriën of bacterieën?)
  
• Aan elkaar of los (er op/erop)
  
• Speciale tekens: koppelteken (zomer- en herfstvakantie), trema (kopiëren) en apostrof ('s morgens)
  
• Werkwoordspelling 

Wat is goed geschreven?

1. 't is niks voor mij.
2. 'T is niks voor mij.
3. 't Is niks voor mij.
4. 'T Is niks voor mij.

Wat is goed geschreven?

1. Beste meneer Jansen
2. Beste Meneer Jansen
3. Beste meneer jansen
4. Beste Meneer jansen

Wat is goed geschreven?

1. ronnie flex
2. Ronnie flex
3. Ronnie Flex
4. ronnie Flex

Wat is goed geschreven?

1. Lisa de Vries - de Groot
2. Lisa De Vries - De Groot
3. Lisa De Vries - de Groot
4. lisa de vries - de groot

Wat is goed geschreven?

1. pepsi max
2. Pepsi Max
3. Pepsi max
4. Maxi Peps

Wat is goed geschreven?

1. dansschool style
2. Dansschool style
3. dansschool Style
4. Dansschool Style

Wat is goed geschreven?

1. het eiland ameland
2. het Eiland Ameland
3. Het Eiland Ameland
4. het eiland Ameland

Wat is goed geschreven?

1. belgische gerechten
2. belgische Gerechten
3. Belgische Gerechten
4. Belgische gerechten

Met of zonder hoofdletter?

1. Ramadan
2. ramadan

Met of zonder hoofdletter?

1. maandag
2. Maandag

Met of zonder hoofdletter?

1. December
2. december

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?

1. kerstmis
2. december
3. kerstviering
4. kerstboom

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?

1. winkel
2. supermarkt
3. lidl
4. aanbieding

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?

1. sara
2. meisjesnaam
3. zus
4. vriendin

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?

1. adres
2. postcode
3. nederland
4. woonplaats

Welk woord schrijf je niet met een hoofdletter?

1. portugees
2. port
3. portugal
4. porto

Welk woord schrijf je niet met een hoofdletter?

1. gelredome
2. arena
3. kuip
4. stadion

Wat is het juiste meervoud?

1. cowboys
2. cowboy's

Wat is het juiste meervoud?

1. cafés
2. cafees
3. cafe's
4. café's

Wat is het meervoud van perzik?

1. perziken
2. perzikken

Wat is het meervoud van paragraaf?

1. paragraven
2. paragrafen

Wat is het meervoud van musicus?

1. musicussen
2. musici

Aan elkaar of los?

1. Zuid-Hollander
2. ZuidHollander
3. Zuid Hollander

Aan elkaar of los?

1. Babybed
2. Baby bed

Aan elkaar of los?

1. lange termijn planning
2. langetermijnplanning
3. lange termijnplanning
4. langetermijn planning

Aan elkaar of los?

1. adembenemende voorstelling
2. adembenemendevoorsteling
3. adem benemende voorstelling
4. adem benemendevoorstelling

Aan elkaar of los?

1. bananen schil
2. bananenschil

Aan elkaar of los?

1. driekamer appartement
2. driekamerappartement
3. drie-kamer-appartement
4. drie kamer appartement

Aan elkaar of los?

1. Operatiekamer
2. Operatie kamer
3. Operatie-kamer

Aan elkaar of los?

1. Politie auto
2. Politieauto

Aan elkaar of los?

1. Vijf sterren hotel
2. Vijfsterren hotel
3. Vijf sterrenhotel
4. Vijfsterrenhotel

(worden) ... je vader boos als je een onvoldoende haalt?

1. Word
2. Wordt

Onze leraar ….. iedere dag naar school.

1. joggt
2. joggd
3. jogt
4. jogd

In welke zin is de persoonsvorm goed gespeld?

1. Tante Joke verstaptte zich tijdens het traplopen.
2. Joris deelde mijn mening niet.
3. Anne promoote haar zelfgemaakte cd´s.
4. Ik vergrote mijn kans op het kampioenschap.

Bij het mentorgesprek ___ de leraar Hannah met zittenblijven als haar cijfers niet verbeteren.

1. confronteren
2. confronteerde
3. confronteerden
4. confronteer

In welke zin is het voltooid deelwoord goed gespeld?

1. Het hout is opgebrand.
2. Het hout is opgebrandt.

Afgelopen weken ... we veel tijd aan werkwoordspelling.

1. besteden
2. besteede
3. besteedden
4. besteeden

Het ... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.

1. gebeurd
2. gebeurdde
3. gebeurdt
4. gebeurt

De docent ... ons op onze kennis van werkwoordspelling.

1. beoordeeld
2. beoordeelt

Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste manier: Ik ... (vinden) dat hij eerlijk moet zijn.

Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste manier: De jongens ... (stoten) gisteren de vaas van de tafel.

Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste manier: De behoefte om een sigaret te roken ... (verminderen) met een nicotinepleister.

De film wordt door de pers ... (bejubelen).

1. bejubelt
2. bejubeld

Morgen: toets spelling H1

• Hoofdletters (mevrouw De Vos)
  
• Dicteewoorden (wat betekent het + hoe schrijf je het)
  
• Meervouden (bacteriën of bacterieën?)
  
• Aan elkaar of los (er op/erop)
  
• Speciale tekens: koppelteken (zomer- en herfstvakantie), trema (kopiëren) en apostrof ('s morgens)
  
• Werkwoordspelling