H3 - Taalverzorging les 5: alle(n), sommige(n) enzovoorts

Taalverzorging 5
Ik kan woorden als alle(n), sommige(n)
enzovoorts goed schrijven
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Taalverzorging 5
Ik kan woorden als alle(n), sommige(n)
enzovoorts goed schrijven

Slide 1 - Diapositive

Vul de juiste vorm in:
"Ik hou niet van krentenbollen, maar ... houden er wel van."
A
sommigen
B
sommige

Slide 2 - Quiz

Taalverzorging 5
Ik kan woorden als alle(n), sommige(n)
enzovoorts goed schrijven

Slide 3 - Diapositive

Alle of allen?

Beide of beiden?


Woorden als alle(n), enkele(n), weinige(n), sommige(n) 

en vele(n) schrijf je soms zonder (-n) en soms met (-n).


Hoe zit het nou?

Slide 4 - Diapositive

Meervouds - n bij verwijzingen
Wanneer schrijf je sommige(n), alle(n), enkele(n), andere(n), vele(n) etc.?
  1. Als het een bijvoeglijk naamwoord is, schrijf je het zonder -n.                        Alle jongens hebben een voetbalbroek aan.
  2. Verwijst het woord niet naar personen, schrijf je het zonder-n.                      De boeken uit de mediatheek gaan alle mee naar beneden.
  3. Verwijst het woord naar personen, schrijf je het met -n. Sommigen van deze groep sporten liever in een jogging.

Slide 5 - Diapositive

Beide(n) zijn getrouwd en hebben kinderen.
A
beide
B
beiden

Slide 6 - Quiz

De lege inktpatronen zijn alle(n) vervangen door nieuwe.
A
alle
B
allen

Slide 7 - Quiz

Ze zijn alle(n) lid van de bibliotheek.
A
alle
B
allen

Slide 8 - Quiz

De chocoladeletters waren beide(n) gebroken.
A
beiden
B
beide

Slide 9 - Quiz

Alle proefwerkblaadjes waren ingeleverd, maar op sommige(n) stond geen naam.
A
sommige
B
sommigen

Slide 10 - Quiz

Peter en Wim weten nog niet of ze gaan, maar de meeste(n) gaan zeker.

Slide 11 - Question ouverte

Beide(n) zijn gebouwd in de jaren dertig van de vorige eeuw.

Slide 12 - Question ouverte

Aan de slag


Bestudeer blz. 28 t/m 31

 Maak opdracht 18 en 20


Slide 13 - Diapositive