Spreekopdracht

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Spreekopdracht 2e jaar

Nederlands

Introductie:

Presenteren kun je leren

Waarom is het handig om te kunnen presenteren?

Waarom is het handig om te kunnen presenteren?

1. Om anderen te overtuigen
2. Handig voor later, voor als je werkt
3. Om anderen wat te leren
4. Omdat het leuk is om te doen

Ik vind presenteren spannend

1. Waar
2. Niet waar

0

 Beroepen en presenteren

Beroepen en presenteren?

Zoek de verschillen....

Je krijgt nu twee filmpjes te zien van personen die presenteren. Wat zijn verschillen tussen deze twee presentaties? 

Schrijf drie verschillen op.

0

0

Welke verschillen kun je noemen?

Wat zijn valkuilen bij presenteren?

Wat leer je van deze opdracht?

- Je gaat creatief aan de slag en bedenkt het beste idee van Nederland.

- Je leert je klasgenoten beter kennen, samen te werken.

- Je leert een handleiding te maken en te presenteren van jouw 'Beste idee'.

- Je leert presenteren voor de camera in teams.

Wat is ...

Het beste schoolidee van Nederland

Opdracht: Hoe kun je school een stuk makkelijker  maken?

Wat kan jouw idee/apparaat? Noteer dit in jouw woordweb.  

midden: probleem

web: wat kan jouw apparaat / hoe los je het probleem op

Zoek de verschillen....

Je krijgt nu twee filmpjes te zien van personen die presenteren. Wat zijn verschillen tussen deze twee presentaties? 

Schrijf drie verschillen op.

Welke verschillen kun je noemen?

- woordweb rond een probleem op school

- creatieve opdracht: voer je idee of prototype uit

- leer een instructie maken

- uitleg instructie

- voorbereiden presentatie

 Mindmap

 Creatief aan de slag!

handleidingen

Opbouw van het verhaal

Introductie:

In 1 minuut vertel je je beste idee 

Midden:

In 4 minuten vertel je hoe je op het idee bent gekomen, waarom het belangrijk is, voor wie, 

Slot:

Samenvatting en conclusie met een krachtig einde, waarom jullie het beste idee voor school hebben bedacht!

Introductie 1 minuut

• Pakkende opening
• Wie zijn jullie?
• Wat is het probleem?
• Wat hebben jullie hiervoor bedacht?

Midden 4 - 5 minuten

• Uitleg van jullie idee. ( handleiding)
• Laat zien hoe het precies werkt.
• Maak gebruik van materialen/foto's en doe voor
• Hoe is het idee tot stand gekomen
• Hoe hebben jullie het gemaakt.
• Wat verwacht je ervan. Hoeveel mensen gaan dit gebruiken en worden hier blij van :)

Slot 1 minuut

• Geef een samenvatting/conclusie
• Vertel hoe de samenwerking is gegaan
• Geef jullie mening over de opdracht
• Denk na over een krachtige actieve slotzin 

  Spreekopdracht

• Ga in overleg met elkaar en maak tweetallen.

Tweetallen aangeven

 Een geboeid publiek

  Spreekopdracht

• In tweetallen.
• Gebruik geen PowerPoint, maar laat echte materialen voor de camera zien.
• De presentatie duurt tussen de 5 en 7 minuten. 
• Het is leuk wanneer je bij elkaar kunt zitten tijdens het presenteren (en natuurlijk met de voorbereiding). Als dit niet mogelijk is, doen jullie het gewoon op afstand. Maak goede afspraken over wie welke dingen vertelt.
  
• Voorkom spelfouten.
  
• Het cijfer telt 1x mee. Je krijgt je cijfer als alle presentaties zijn geweest.
  
• Jullie krijgen allebei een eigen cijfer.

Waarom is het handig om te kunnen presenteren?

Hoe maak je een presentatie pakkend?

1. Je doet iets onverwachts.
2. Je geeft hele concrete voorbeelden.
3. Je vertelt een spannend verhaal.
4. Je gebruikt je zintuigen.

Waarom is het handig om te kunnen presenteren?

Hoe lang van te voren begin je met je presentatie?

1. Een uur.
2. Een dag.
3. Een week.
4. Een maand.

Waarom is het handig om te kunnen presenteren?

Hoe vaak oefen je een presentatie?

1. Nooit.
2. 1 of 2 keer.
3. 3 tot 10 keer.
4. 20 keer of meer.

 Mindmap

Probleem op school

Oplossing 1

Oplossing 2

Oplossing 3

 Aan de slag met je       eigen presentatie!

Maak een mindmap het probleem dat jullie gaan oplossen. Daarna klassikaal terugkoppelen.

Groepjes

 Aan de slag met je       eigen presentatie!

Maak een plan voor je presentatie:

- Tekst: inleiding, midden slot

- Vormgeving idee, hoe ziet het eruit: tekening, van karton, anders

- Wie vertelt wat

- Oefenen, oefenen en oefenen