paragraaf 3.3 Het Middellandse zeeklimaat

3.3 Antropogene invloeden
H3 Verder kijken dan de Costa's
(over)leven in Europa
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.3 Antropogene invloeden
H3 Verder kijken dan de Costa's
(over)leven in Europa

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Landdegradatie

Slide 5 - Carte mentale

Landdegradatie= minder bruikbaar worden van land voor het groeien van planten en gewassen en het houden van vee.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

landdegradatie wil zeggen dat
A
het land minder waard wordt
B
de productiecapaciteit van de bodem afneemt
C
de bodem naar beneden spoelt

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Diapositive

Verdroging = daling grondwaterstand

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Ontbossing kan leiden tot erosie en verwoestijning
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quiz

Door overbeweiding verdwijnt vegetatie. De bodem wordt dan niet meer vastgehouden door plantenwortels. Zo ontstaan erosie en verwoestijning.
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

verzilting = zouten blijven achter na verdamping van (grond)water

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Verzilting heeft vaak een antropogene (door de mens veroorzaakte) oorzaak. Deze oorzaak is
A
een verkeerde manier van irrigeren
B
het kappen van bossen
C
kwelwater onder dijken

Slide 17 - Quiz

Verzilting kan worden voorkomen door
A
overdag veel water over de akkers te laten vloeien
B
zuiniger met water om te gaan waardoor de grondwaterspiegel niet omhoog komt
C
alleen te irrigeren op hele warme dagen

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Erosie is
A
het uit elkaar vallen van gesteente
B
het oplossen van gesteente
C
de schurende en de de de transporterende werking van wind, water en ijs
D
achterlaten van sediment

Slide 21 - Quiz

In gebieden met veel reliëf is er een groot risico op erosie door afspoelend water
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Erosie is ongunstig voor de plaats waar de erosie plaatsvindt. Een positief gevolg is echter
A
dat het vruchtbare laagje dat wegspoelt elders blijft liggen en hier een vruchtbare bodem ontstaat
B
dat op de plaats waar de erosie plaatsvindt een nieuwe vruchtbare bodemlaag ontstaat.
C
dat het vruchtbare laagje dat wegspoelt zich over de hele wereld verspreidt en zo de bodem vruchtbaarder wordt
D
dat de bodem harder wordt waardoor je er makkelijker kunt bouwen

Slide 23 - Quiz

Erosie kun je tegengaan door
A
op een juiste manier te irrigeren
B
hellingen te beplanten
C
de bodem langer kaal te laten liggen(braak)

Slide 24 - Quiz