Muzikale lagen
1 / 20
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Als er gezongen wordt is dat meestal de:
A
Melodielaag
B
Akkoordenlaag
C
Baslaag
D
Ritmelaag
Slide 5 - Quiz
Lage tonen horen meestal bij de:
A
Melodielaag
B
Akkoordenlaag
C
Baslaag
D
Ritmelaag
Slide 6 - Quiz
Als er meerdere tonen tegelijk samen klinken, is er sprake van de:
A
Melodielaag
B
Akkoordenlaag
C
Baslaag
D
Ritmelaag
Slide 7 - Quiz
Als je een slag- of percussie-instrument hoort spelen (een drumstel, koebel, etc), is dat de:
A
Melodielaag
B
Akkoordenlaag
C
Baslaag
D
Ritmelaag
Slide 8 - Quiz
Als er sprake is van een 2e melodielaag of een achtergrondkoortje is dat de:
A
Melodielaag
B
Tegenstemmenlaag
C
Akkoordenlaag
D
Baslaag
Slide 9 - Quiz
Op welk instrument kun je akkoorden spelen?
A
Trompet
B
Drumstel
C
Basgitaar
D
Piano
Slide 10 - Quiz
Bij een ritmelaag hoor je geen lage of hoge tonen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quiz
Bij een baslaag hoor je maar 1 toon tegelijk:
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
Een samenklank van meerdere tonen heet een:
A
melodie
B
baspartij
C
akkoord
D
ritme
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Vidéo
Welk instrument hoor je akkoorden spelen?
A
Piano
B
Gitaar
C
Banjo
D
Basgitaar
Slide 15 - Quiz
Er kwamen 2 lagen bij. Welke?
A
Melodielaag en baslaag
B
Melodielaag en tegenstemmenlaag
C
Melodielaag en ritmelaag
D
Akkoordenlaag en baslaag
Slide 16 - Quiz
De laag die hier nog bij kwam is de baslaag. Welk instrument speelt dit?
A
Piano
B
Drumstel
C
Gitaar
D
Basgitaar
Slide 17 - Quiz
Welke laag hoor je als eerste?
A
Melodielaag
B
Akkoordenlaag
C
Baslaag
D
Ritmelaag
Slide 18 - Quiz
De tegenstemmenlaag klonk hier in de vorm van achtergrondzang. Welke laag ontbrak er nog?
A
Melodielaag
B
Akkoordenlaag
C
Baslaag
D
Ritmelaag
