Stijlfigurenquiz
1 / 22
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Zij werkt daar als interieurverzorgster
A
pleonasme
B
eufemisme
C
tautologie
D
herhaling
Slide 2 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
ik heb wel een eeuw op je staan wachten.
A
herhaling
B
hyperbool
C
drieslag
D
tautologie
Slide 3 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
De politieke partij boekte een overwinning van vier zetels. De fractieleider zei 'Niet slecht!'.
A
hyperbool
B
herhaling
C
understatement
D
eufemisme
Slide 4 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Ze kenden daar heg nog steg
A
tweeslag
B
pleonasme
C
tautologie
D
understatement
Slide 5 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Onze kat is gisteren geholpen.
A
climax
B
tautologie
C
pleonasme
D
eufemisme
Slide 6 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Het kost een paar centen, maar dan heb je ook wel wat.
A
understatement
B
eufemisme
C
hyperbool
D
pleonasme
Slide 7 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Je wordt doodgegooid met informatie over corona.
A
tautologie
B
pleonasme
C
hyperbool
D
understatement
Slide 8 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
ik kwam, ik zag en ik overwon
[Dit stijlfiguur is een ....]
[Dit stijlfiguur is een ....]
Slide 9 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Drommels, drommels en nog eens drommels.
[Dit stijlfiguur noem je ...]
[Dit stijlfiguur noem je ...]
Slide 10 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Het is schítterend, prachtig, mooi, eigenlijk best aardig.
[Dit stijlfiguur is een...]
[Dit stijlfiguur is een...]
Slide 11 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Ze steunen elkaar door dik en dun.
[Dit stijlfiguur is een ...]
[Dit stijlfiguur is een ...]
Slide 12 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Ik weet wat een climax en een omgekeerde climax zijn
JA
VOLGENDE WEEK WEL
NEE
Slide 13 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
Ik weet wat een drieslag is
JA
NEE
Slide 14 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
Ik weet het verschil tussen een eufemisme en een understatement
JA
ONGEVEER
NEE
Slide 15 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
Ik snap hoe ik herhaling als stijlfiguur herken
JA
ONGEVEER
NEE
Slide 16 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
Ik weet wat een pleonasme is
JA
NEE
Slide 17 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
Ik weet wat tautologie is
JA
NEE
Slide 18 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
ik heb echt nog nooooooooit gehoord van hyperbool :-)
INDERDAAD!
JAWEL!
Slide 19 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
voorbeelden van
tautologie?
tautologie?
Slide 20 - Carte mentale
enkel en alleen,
nooit ofte nimmer,
schots en scheef,
pais en vree
Ik ben de woordjes en uitdrukkingen van H1 en H2 al aan het leren!
JA
NEE
moest dat dan?
Slide 21 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
Ik weet wat ik nog moet doen om de toets goed voor te bereiden!
😒🙁😐🙂😃
Slide 22 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
