Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs.
Éléments de cette leçon
Op welke leeftijd beginnen kinderen te puberen?
A
10
B
12
C
15
D
Dat is voor iedereen anders
Slide 1 - Quiz
Waarvoor zorgt de adamsappel bij jongens?
A
Lager stemgeluid
Slide 2 - Quiz
Waarvoor zorgt de adamsappel bij jongens?
A
Lager stemgeluid
B
Hoger stemgeluid
C
niets
Slide 3 - Quiz
Is de balzak een primaire of secundaire geslachtskenmerk?
A
primair
B
secundair
Slide 4 - Quiz
Is de beharing van de oksels een primair of secundaire geslachtskenmerk?
A
primair
B
secundair
C
geen van beide
Slide 5 - Quiz
Welk orgaan hoort bij de volgende beschrijving: Het vervoeren van zaadcellen
Slide 6 - Question ouverte
Waar vindt de bevruchting plaats?
Slide 7 - Question ouverte
Op welke dag in de cyclus vindt de eisprong ongeveer plaats ?
Slide 8 - Question ouverte
Wat is niet waar over het maagdenvlies?
A
Het is een vliesje dat de vagina afsluit
B
Het kan bloeden bij de eerste keer gemeenschap
C
Het is een randje langs de vagina
D
Het is een slijmvlies
Slide 9 - Quiz
Waarom is de eicel groter dan de zaadcel?
Slide 10 - Question ouverte
Iris had op 3 maart haar eerste dag van de menstruatie. Op welke dag zal haar eerst volgende eisprong vermoedelijk zijn?
Slide 11 - Question ouverte
Waaruit bestaat sperma?
Slide 12 - Question ouverte
Wat gebeurt er bij een erectie?
A
De spieren in de penis trekken samen, waardoor de penis in erectie komt.
B
De spieren in de penis vullen zich met bloed, waardoor de penis in erectie komt.
C
De zwellichamen vullen zich met bloed, waardoor de penis in erectie komt. de spiertjes om afvoerende bloedvaatjes trekken samen
D
De zwellichamen vullen zich met bloed, waardoor de penis in erectie komt. De spiertjes om afvoerende bloedvaatjes ontspannen
Slide 13 - Quiz
Als je nog nooit ongesteld bent geweest kun je niet zwanger raken. Waar of niet waar
Slide 14 - Question ouverte
Okselhaar ontstaat eerder dan schaamhaar
A
waar
B
niet waar
Slide 15 - Quiz
Hoe heet de klier die onder aan de hersenen hangt en de geslachtshormonen FSH en LH uitscheidt?
Slide 16 - Question ouverte
Welk hormoon scheidt het follikel uit
Slide 17 - Question ouverte
Na de eisprong als het follikel is opengebarsten gaat het overblijfsel van het follikel een hormoon produceren. Hoe wordt het restant genoemd en welk hormoon wordt er geproduceerd?
Slide 18 - Question ouverte
Welk onderdeel van het mannelijk geslachtsorgaan is gevoelig voor FSH
Slide 19 - Question ouverte
Welk hormoon zorgt voor de man voor de secundaire geslachtskenmerken?
Slide 20 - Question ouverte
Welk hormoon van de man remt zijn eigen aanmaak?
Slide 21 - Question ouverte
Welk hormoon zorgt er bij de vrouw voor dat de aanmaak van FSH en LH wordt geremd?
Slide 22 - Question ouverte
Een zwangerschap kan worden vastgesteld met behulp van een zwangerschapstest waarbij je een teststrip in je urine doet. Welk hormoon zorgt er dan voor een positieve zwangerschapstest? Door wat wordt dit hormoon geproduceerd?
Slide 23 - Question ouverte
Wat is de functie van de prostaat?
A
vocht met voedingsstoffen meegeven aan de spermacellen
B
vocht met een stof die de zure omgeving van de vagina neutraliseert meegeven aan de zaadcellen