1/2 Het christendom ontstaat
1 / 28
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Wat is het verschil tussen monotheïsme en polytheïsme?
A
Het monotheïsme heeft maar een radio en polytheïsme heeft een stereo-installatie.
B
Monotheïsme is het geloof in 1 god. Polytheïsme is het geloof in meerdere goden.
C
Monotheïsme is van de Grieken, polytheïsme is van de Romeinen.
D
Monotheïsme is iets wat bij een republiek hoort, polytheïsme bij het keizerrijk.
Slide 3 - Quiz
Wat zijn de 3 grote
monotheïstische
godsdiensten?
Slide 4 - Carte mentale
Waarom noemen we de
3 monotheïstische godsdiensten ook wel 'Abrahamitische religies'?
Slide 5 - Carte mentale
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Vidéo
Slide 9 - Diapositive
In welk van deze 3 gebieden zijn de Joden in de meerderheid?
Ontstaan van het christendom.
A
Amerika.
B
Europa.
C
Midden-Oosten.
Slide 10 - Quiz
Hoe noemen de Joden de tocht van Mozes en zijn volgelingen?
Ontstaan van het christendom.
A
De lange loop.
B
De trek tocht.
C
De wandel 5-daagse.
D
De uittocht.
Slide 11 - Quiz
Wat is een andere benaming
voor het beloofde land?
voor het beloofde land?
Ontstaan van het christendom.
A
Kanaän.
B
Egypte.
C
Libië.
Slide 12 - Quiz
Dit is de tocht van Mozes uit Egypte. Waar eindigt de tocht, en is dus het beloofde land?
Slide 13 - Carte mentale
Welke Joodse profeet leidde het Joodse volk uit Egypte?
Ontstaan van het christendom.
A
Jezus.
B
Nero.
C
Abraham.
D
Mozes.
Slide 14 - Quiz
Wie is de belangrijkste stamvader
van het joodse geloof?
van het joodse geloof?
Ontstaan van het christendom.
A
Jezus.
B
Nero.
C
Abraham.
D
Mozes.
Slide 15 - Quiz
Wat verklaarde Mozes
in het beloofde land?
in het beloofde land?
Ontstaan van het christendom.
A
Dat er een pauze was.
B
Dat er maar 1 god is.
C
Dat er meerdere goden zijn.
D
Dat ze bijna bij de bestemming zijn.
Slide 16 - Quiz
Waarom laat God alleen de Joden
naar het beloofde land reizen?
naar het beloofde land reizen?
Ontstaan van het christendom.
A
Zij waren de enige die luisterde.
B
Zij waren de enige die zijn taal spraken.
C
Zij waren het uitgekozen volk.
Slide 17 - Quiz
Hoe kun jij Joods worden?
Ontstaan van het christendom.
A
Geboren worden met een joodse vader.
B
Geboren worden met een joodse moeder.
C
Opgroeien in Jeruzalem.
D
Naar een joodse school gaan.
Slide 18 - Quiz
Welk antwoord is juist?
Messias = Verlosser
Messias = Verlosser
A
De joden geloven dat Jezus de messias is.
B
De christenen geloven dat Jezus de messias is.
C
De joden wachten nog op een messias.
D
De christenen wachten nog op een messias.
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Romeins geloof
Jodendom
Christendom
Hoeveel goden?
Gebedshuis?
Leefregels?
Leven na de dood?
Heilig boek?
Meerdere goden
1 god
1 god
Anders per gebied
10 geboden
10 geboden
Synagoog
Tempel
Kerk
Voor speciale en vaak rijke mensen
De Tenach
De Bijbel
Voor iedereen,
arm en rijk
Na de Messias en de verlossing
Geen boek
Slide 22 - Question de remorquage
Zou je als Romeinse rijke edelman liever geloven in de Romeinse goden of in de Christelijke God?
Kenmerken van het christendom.
A
Romeinse goden.
B
Christelijke God
Slide 23 - Quiz
Zou je als Romeinse slaaf liever geloven in de Romeinse goden of in de Christelijke God?
Kenmerken van het christendom.
A
Romeinse goden.
B
Christelijke God
Slide 24 - Quiz
Kenmerken van het christendom.
WAAROM zou je als
Romeinse slaaf
liever geloven in
de Christelijke God?
Romeinse slaaf
liever geloven in
de Christelijke God?
Slide 25 - Carte mentale
Slide 26 - Diapositive
Stel een vraag over
iets dat je nog niet zo
goed hebt begrepen.
iets dat je nog niet zo
goed hebt begrepen.
