Afsluitende quiz
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
WereldoriëntatieBegrijpend lezen+3BasisschoolGroep 7,8

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Introduction

Afsluitende quiz

Éléments de cette leçon

Afsluitende quiz

Slide 1 - Diapositive

Uw leerlingen doen mee met hun eigen device
  • Vink links onderaan uw scherm Devices in de klas aan.
  • Klik op Deel scherm om het scherm op het digibord te delen met uw leerlingen.
  • Uw leerlingen gaan naar lessonup.app en voeren hun naam in. Daarna voeren zij de viercijferige toegangscode in die links onderaan uw scherm staat. U ziet links onderaan uw scherm hoeveel leerlingen er meedoen.
  • Uw leerlingen geven via hun eigen device antwoord op de vragen. U ziet hoeveel leerlingen de vragen juist beantwoord hebben. Uw leerlingen krijgen op hun eigen device directe feedback, zoals ‘Yes, goed gedaan!’ of ‘Helaas ...’
  • Wilt u de tussenstand die tussendoor in beeld komt aan- of uitzetten? Klik dan (bij de eerste slide) op leerlingen links onderaan uw pagina en zet het vinkje bij Toon tussenstand aan of uit.
Het wisbordje of kladblaadje
Uw leerlingen lezen de vraag en schrijven op hun wisbordje of kladblaadje hun antwoord op de vraag (A, B, C of D). Op uw teken houden de leerlingen hun wisbordje of kladblaadje in de lucht. Hoeveel hebben uw leerlingen onthouden van de afgelopen lessen?
Wat hebben jullie geleerd over het onderwerp van deze week?
Doe de quiz!

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

..
.
Wat wordt er verstaan onder fairtrade?
Er zijn twee antwoorden goed.
Heb jij het artikel goed begrepen? Test je kennis!
A
Boeren krijgen een eerlijke prijs voor hun producten.
B
Boeren krijgen twee keer zoveel betaald als anders.
C
Dat houdt in dat twee voetbalclubs eerlijk tegen elkaar spelen, zonder ruzie.
D
Er is geen sprake van kinderarbeid.

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slepen maar!
Wat heb jij geleerd over het onderwerp? Test je kennis!
Hoe komt het dat boeren in andere landen vaak weinig verdienen?

Vaak staan de boeren er alleen voor. Als boer A zijn bananen niet voor een lage prijs verkoopt, dan doet boer B het wel.

Ze kunnen niet de hele dag werken door de regen. Als je minder werkt, krijg je ook minder betaald.

De regering heeft in het buitenland een maximumloon ingesteld. Boeren kunnen niet meer verdienen dan dat loon.

De prijzen voor de producten veranderen steeds, waardoor boeren lang niet altijd een vast inkomen hebben.

Onze supermarkten willen de boeren niet méér betalen, omdat hun spullen dan duurder worden. 

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

..
.
Wat betekent fair trade?
Wat heb jij geleerd over het onderwerp? Test je kennis!
A
eerlijke voetbal
B
eerlijke sport
C
eerlijke handel
D
eerlijke traptreden

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slepen maar!
Wat heb jij geleerd over het onderwerp? Test je kennis!
NIET WAAR
WAAR
Als er sprake is van fair trade krijgen boeren een minimumprijs. Ze kunnen nooit minder verdienen dan dat.

Slide 6 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

..
.
WAAR of NIET WAAR?
Als er sprake is van fair trade kan het zijn dat de boeren de ene maand meer verdienen dan de andere maand.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

..
.
Welke zin is WAAR?
Wat heb jij geleerd over het onderwerp? Test je kennis!
A
Er zijn veel producten die fair trade kunnen zijn, zoals rijst, katoen, thee, koffie en chocola.
B
Er zijn veel producten die fair trade kunnen zijn, zoals koffie, thee, chocola, schoenen en aardappelen.

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slepen maar!
Wat hoort bij biologisch? En wat bij fair trade?
biologisch
fair trade
Gaat over het milieu.
Gaat over mensen.
Er zijn geen chemische middelen gebruikt.
Er is geen sprake van kinderarbeid.
Er is geen kunstmest gebruikt.
De boer krijgt een eerlijke prijs voor zijn producten.

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

..
.
WAAR of NIET WAAR?
Als er sprake is van fair trade dan werken boeren samen in organisaties. Samen staan ze sterker.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slepen maar!
Wat heb jij geleerd over het onderwerp? Test je kennis!
NIET WAAR
WAAR
In Nederland hebben we fair trade producten. Helaas bestaat dit in andere landen nog niet.

Slide 11 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slepen maar!
Wat hoort bij biologisch? En wat bij fair trade?
waarschijnlijk niet fair trade
fair trade

Slide 12 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

.
Stel: jij mag zelf bepalen welke producten jij in de supermarkt koopt. Zou jij dan na deze lessen vaker fair trade producten willen kopen? Waarom wel of niet?
Wat heb jij geleerd over het onderwerp? Test je kennis!

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

              Tot de volgende keer!

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions