Hoofdstuk 4 2HV NASK

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Programma

Korte herhaling paragraaf 1 t/m 3

Paragraaf 4 bespreken

Zelfstandig aan het werk

Deeltjesmodel

Het deeltjesmodel voor faseovergangen (de 6 faseovergangen moet je kennen)

Temperatuur meten

Temperatuur meet je met een thermometer.

Een digitale thermometer heeft een afleesvenster.

Een vloeistof thermometer heeft een meer onderdelen.

De vloeistofthermometer

bestaat uit:

• reservoir

• schaalverdeling --> is in Celsius
• wordt ook wel Celsiusschaal genoemd

• stijgbuis

vloeistofthermometer

Een bekend soort thermometer is de vloeistofthermometer. Zo’n thermometer bestaat uit een reservoir en een stijgbuis. Langs de stijgbuis is een schaalverdeling aangebracht. Het reservoir en een deel van de stijgbuis zijn gevuld met alcohol

De vloeistofthermometer

Heeft:

Meetbereik: het verschil tussen

de hoogste en laagste temperatuur die je met

een thermometer kunt meten.

Leerdoelen paragraaf 4

Je kunt beschrijven wat er gebeurt als water kookt.

Je kunt beschrijven wat het kookpunt en smeltpunt (vriespunt/stolpunt) van een stof zijn.

Je kunt uitleggen waarom het kookpunt of smeltpunt stofeigenschappen zijn.

Je kunt uitleggen hoe je het vriespunt of smeltpunt van water kunt verlagen.

Je kunt in een temperatuur-tijddiagram smelt-, stol- en kookgrafieken van een stof interpreteren.

Smelt en kookpunt

ijs smelt altijd bij 0 C. Dit is het smeltpunt van ijs.

Water kookt altijd bij 100 C. Dit is het kookpunt van water.

Iedere stof heeft een eigen smelt en kookpunt.

Elke stof heeft zijn eigen smeltpunt en kookpunt:

lager dan smeltpunt:

vaste stof

tussen smeltpunt en kookpunt:

vloeistof

hoger dan kookpunt:

gas 

TABEL HOEF JE NIET TE LEREN!

Het smeltdiagram (en een stoldiagram)

Stearinezuur heeft dit smeltdiagram

Zelfstandig aan het werk

Maak opdrachten 1 t/m9 van hoofdstuk 3 paragraaf 4