T7 herhaling, quiz


Als planten steeds eerder gaan bloeien, kan het gebeuren dat er opeens geen insecten zijn om ze te bestuiven
A
waar
B
niet waar
1 / 48
suivant
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon


Als planten steeds eerder gaan bloeien, kan het gebeuren dat er opeens geen insecten zijn om ze te bestuiven
A
waar
B
niet waar

Slide 1 - Quiz

T7 herhaling

Slide 2 - Diapositive


Welke vorm van landbouw levert de grootste stikstofuitstoot?
A
akkerbouw
B
tuinbouw op de koude grond
C
veeteelt
D
tuinbouw in kassen

Slide 3 - Quiz

Biologische bestrijding betekent...
A
werken met selectieve bestrijdingsmiddelen
B
werken met natuurlijke vijanden
C
werken zonder kunstmest
D
zorgen dat alle ziekteverwekkers dood gaan

Slide 4 - Quiz


Zelfreinigend vermogen is...
A
afbraak door gebruik van chemicaliën
B
water wordt schoon door planten die zuurstof maken
C
reducenten ruimen organische stoffen op
D
reducenten ruimen anorganische stof op

Slide 5 - Quiz


Door teveel meststoffen in de sloot ontstaat...
(één woord!)

Slide 6 - Question ouverte


Als je chemicalën door het toilet spoelt, wordt het...
A
grondwater vervuild
B
oppervlaktewater vervuild

Slide 7 - Quiz


Rioolwater wordt gereinigd door...
A
speciale chemicaliën
B
reducenten
C
producenten
D
consumenten

Slide 8 - Quiz

Waarom wordt drinkwater steeds duurder?
A
bodemsanering wordt duurder
B
er is meer mest in het milieu
C
er zijn meer bestrijdingsmiddelen in het milieu
D
er wordt meer geloosd door bedrijven en drugslabs

Slide 9 - Quiz

Om het aantal hoogproductieve landbouwhuisdieren te vergroten, kan men gebruikmaken van...
A
kunstmatige inseminatie
B
genetische modificatie
C
in vitro fertilisatie
D
een monocultuur

Slide 10 - Quiz

Welke organismen hebben de meeste last van bestrijdingsmiddelen
A
producenten
B
consumenten van de 3e orde
C
organismen aan de top van de voedselpiramide
D
de mens

Slide 11 - Quiz

Als een ziekteverwekker resistent is...
A
is het moeilijker hem te bestrijden
B
is het makkelijker hem te bestrijden
C
gaan er minder planten dood
D
hoef je hem niet te bestrijden

Slide 12 - Quiz

Gebruik van selectieve pesticiden zorgt ervoor dat alleen het plaagdier dood gaat
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Biologische bestrijding betekent...
A
werken met selectieve bestrijdingsmiddelen
B
werken met natuurlijke vijanden
C
werken zonder kunstmest
D
zorgen dat alle ziekteverwekkers dood gaan

Slide 14 - Quiz

Welk type afval wordt verbrand?
A
papier/karton
B
gft
C
restafval
D
kca

Slide 15 - Quiz

Bij welk type afvalverwerking komt koolstofdioxide vrij?
A
recycling
B
verbranden
C
composteren
D
dumpen in het milieu

Slide 16 - Quiz

Bij welk type afvalverwerking spelen reducenten een belangrijke rol?
A
recycling
B
verbranden
C
composteren
D
rioolzuivering

Slide 17 - Quiz


Als ergens langdurige droogte optreedt, kan...
A
een gebied overstromen
B
een gebied dichtgroeien met teveel bomen
C
een gebied verzilten

Slide 18 - Quiz

Zelfreinigend vermogen is...
A
afbraak door gebruik van chemicaliën
B
water wordt schoon door planten die zuurstof maken
C
reducenten ruimen organische stoffen op
D
reducenten ruimen anorganische stof op

Slide 19 - Quiz

Door teveel meststoffen in de sloot ontstaat...
(één woord!)

Slide 20 - Question ouverte

Als je chemicalën door het toilet spoelt, wordt het...
A
grondwater vervuild
B
oppervlaktewater vervuild

Slide 21 - Quiz

rioolwater wordt gereinigd door...
A
speciale chemicaliën
B
reducenten
C
producenten
D
consumenten

Slide 22 - Quiz

Welke organismen hebben de meeste last van bestrijdingsmiddelen
A
producenten
B
consumenten van de 3e orde
C
organismen aan de top van de voedselpiramide
D
de mens

Slide 23 - Quiz

Gebruik van selectieve pesticiden zorgt ervoor dat alleen het plaagdier dood gaat
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quiz

Als een ziekteverwekker resistent is...
A
is het moeilijker hem te bestrijden
B
is het makkelijker hem te bestrijden
C
gaan er minder planten dood
D
hoef je hem niet te bestrijden

Slide 25 - Quiz

Biologische bestrijding betekent...
A
werken met selectieve bestrijdingsmiddelen
B
werken met natuurlijke bestrijdingsmiddelen
C
werken zonder kunstmest
D
zorgen dat alle ziekteverwekkers dood gaan

Slide 26 - Quiz

Je ziet hier twee keurmerken:
het Europese en Nederlandse
keurmerk die beide garanderen
dat een product ...
A
100% biologisch is
B
100% dierlijk is
C
100% vegan is
D
100% menselijk is

Slide 27 - Quiz


Welke vorm van landbouw vraagt de grootste input van voedingsstoffen?
A
akkerbouw
B
tuinbouw op de koude grond
C
veeteelt
D
tuinbouw in kassen

Slide 28 - Quiz

In de landbouw spreekt men van een "stikstofgift" om het gras te laten groeien. Wat wordt bedoeld?
A
bemesting
B
veredeling
C
bodembewerking
D
gewasbescherming

Slide 29 - Quiz

Om het aantal hoogproductieve landbouwhuisdieren te vergroten, kan men gebruikmaken van...
A
kunstmatige inseminatie
B
genetische modificatie
C
in vitro fertilisatie
D
een monocultuur

Slide 30 - Quiz

Welke organismen hebben de meeste last van bestrijdingsmiddelen
A
producenten
B
consumenten van de 3e orde
C
organismen aan de top van de voedselpiramide
D
reducenten

Slide 31 - Quiz

Gebruik van selectieve pesticiden zorgt ervoor dat alleen het plaagdier dood gaat
A
waar
B
niet waar

Slide 32 - Quiz

Als een ziekteverwekker resistent is...
A
is het moeilijker hem te bestrijden
B
is het makkelijker hem te bestrijden
C
gaan er minder planten dood
D
hoef je hem niet te bestrijden

Slide 33 - Quiz

Biologische bestrijding betekent...
A
werken met selectieve bestrijdingsmiddelen
B
werken met natuurlijke bestrijdingsmiddelen
C
werken zonder kunstmest
D
zorgen dat alle ziekteverwekkers dood gaan

Slide 34 - Quiz


Welk gas is een broeikasgas?
A
zuurstof
B
koolstofdioxide
C
stikstofgas
D
waterstofgas

Slide 35 - Quiz


Klimaatverandering komt door...
A
het versterkte broeikaseffect
B
opname van koolstofdioxide door planten
C
winning van grondstoffen
D
gebruik van teveel water door de mens

Slide 36 - Quiz


Opwarming kan worden beperkt door...
A
de uitstoot van stikstof te verminderen
B
de uitstoot van fijnstof te verminderen
C
de uitstoot van koolstofdioxide te verminderen
D
de productie van mest te verminderen

Slide 37 - Quiz


Als ergens langdurige droogte optreedt, kan...
A
een gebied overstromen
B
een gebied dichtgroeien met teveel bomen
C
een gebied verzilten

Slide 38 - Quiz


Als planten steeds eerder gaan bloeien, kan het gebeuren dat er opeens geen insecten zijn om ze te bestuiven
A
waar
B
niet waar

Slide 39 - Quiz

Waardoor stijgt de temperatuur op aarde?

A
Bodemvervuiling
B
Luchtvervuiling
C
Watervervuiling
D
Lichtvervuiling

Slide 40 - Quiz

Wat is een nadeel van monocultuur?

A
Grote kans op een plaag
B
Lage voedselproductie
C
Akkers zijn moeilijk te bewerken
D
Hoge kosten

Slide 41 - Quiz

Wat is een kenmerk van intensieve veehouderij?

A
Dieren hebben veel ruimte
B
Lage voedselproductie
C
Hoge kosten
D
Er is een mestoverschot

Slide 42 - Quiz

biologische landbouw
kringlooplandbouw
precisie landbouw
verticale landbouw
vruchtwisseling
hergebruik grondstoffen
meetapparatuur
neemt weinig ruimte in

Slide 43 - Question de remorquage

niet selectief
bio-accumulatie
resistent
bestrijdingsmiddel doodt ook nuttige organismen
ophoping bestrijdingsmiddel in natuur
ongevoelig voor bestrijdingsmiddel

Slide 44 - Question de remorquage

duurzame energie
kernenergie
fossiele brandstoffen

Slide 45 - Question de remorquage

Wat is géén broeikasgas?
A
koolstofdioxide
B
methaan
C
zuurstof
D
waterdamp

Slide 46 - Quiz

Waardoor ontstaat waterbloei?
A
vermesting
B
plasticsoep
C
chemische afvalstoffen

Slide 47 - Quiz

Recyclen
Composteren
Storten
Verbranden

Slide 48 - Question de remorquage