4 Activeren en amuseren

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

programma

Je leert wat activerende en amuserende teksten zijn 

Weet je nog?

Vijf tekstdoelen in totaal

Nu drie besproken,

Welke? 

Weet je nog?

Vijf tekstdoelen in totaal:

1. Informeren - feiten, objectief

2. Overtuigen - standpunt, mening argumenten 

3. Beschouwen - meerdere kanten, lezer moet besluiten 

Hst 4 

Vijf tekstdoelen in totaal:

4. Activeren - aanzetten tot iets doen

5. Amuseren - voor het plezier, of omdat je iets mooi vindt

activeren en amuseren

activeren: De schrijver wil dat de lezer het met hem eens wordt en dat de lezer iets gaat doen 'in actie komt' (iets kopen, lid worden, ergens geld aan geeft)

amuseren: de schrijver wil je óf aan het lachen maken, óf bewerkstelligen (voor elkaar krijgen) dat je ontspanning of plezier uit de tekst haalt. Dat mag ook omdat iets mooi i.p.v. grappig is

Amuserende tekst

Amuseren: 

de lezer vermaken met 

een grappige of mooie tekst.

(Toon Hermans - Hoop =>) 

Amuserende tekst

Amuseren: 

de lezer vermaken met 

een grappige of mooie tekst.

Activerende teksten

Melk is gezond en daarom moet je het veel drinken.

1. amuserend
2. overtuigend
3. activerend
4. informerend

Als je veel melk drinkt, krijgt je lichaam de nodige calcium binnen, maar ook veel stoffen die niet goed voor je zijn

1. amuserend
2. overtuigend
3. activerend
4. informerend

Melk is goed voor elk.

1. amuserend
2. overtuigend
3. activerend
4. informerend

De meeste Nederlanders drinken koemelk, en en geen geitenmelk

1. amuserend
2. overtuigend
3. activerend
4. informerend

De koe is een merkwaardig beest, wat er ook in haar geest moge zijn, haar laatste woord is altijd: boe.

1. amuserend
2. overtuigend
3. activerend
4. informerend

programma

Huiswerk bespreken

Oefening voor SO met 2 vragen

Afronden leesvaardigheid hst 12/3/4

Evt. nog even aan Numo 

Weet je nog?

1. Informeren - feiten, objectief

2. Overtuigen - standpunt, mening argumenten 

3. Beschouwen - meerdere kanten, lezer moet besluiten 

4. Activeren - lezer moet iets gaan doen

5. Amuseren - plezier of ontroering beleven aan een tekst 

Huiswerk op tafel

Opdracht 1, 2 en 3 van hoofdstuk 4

Pak het erbij 

Oefenvraag:
Wat is een kenmerk van non-verbale communicatie?

1. Het is communicatie met woorden
2. Je zendt voortdurend non-verbale communicatie uit
3. Het is overal ter wereld hetzelfde
4. Een voorbeeld is communicatie per whatsapp

Lees deze zin. Is dit alleen informerend of niet? Leg uit.
"Die idioten stonden oude mensen lastig te vallen met hun valse informatie over vaccinaties, terwijl ze bij de GGD naar binnen wilden."

SO = je leert:

1. De tekst onder het oranje balkje van hst 1 t/m 4 

2. Je nagekeken huiswerk, dus de oefeningen die we gedaan hebben thuis en in de les. 

NU 

Aan Numo (ook huiswerk)

Tot aan einde van de les  

Bereikt?

Geleerd of een korte tekst informerend, beschouwend, overtuigend, activerend of amuserend is