Cette leçon contient 16 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
3.3 Geloven en weten
Slide 1 - Diapositive
Planning
- Introductie
- Leerdoelen
- Uitleg
- Leerdoelen
- Afsluiting
Slide 2 - Diapositive
In deze paragraaf leer je…
- hoe belangrijk goden waren in het leven van de Grieken
- welke culturele eenheid er was onder de Grieken
- hoe Griekse wetenschappers gingen denken en onderzoeken
Slide 3 - Diapositive
De Grieken hadden een polytheïstische godsdienst
Goden hadden een menselijk uiterlijk en eigenschappen (boos, verdrietig, jaloezie etc)
Slide 4 - Diapositive
Zeus: oppergod en god van de donder en bliksem
Athene: godin van de strijd kunst en wijsheid
Aphrodite: godin van de liefde
Ares: god van de oorlog
Artemis: godin van de jacht
Demeter: godin van de oogst
Hades: god van de onderwereld
Hera: godin van het huwelijk
Poseidon: god van de zee
Slide 5 - Diapositive
Zeus
Athene
Slide 6 - Diapositive
Artemis
Poseidon
Slide 7 - Diapositive
Mythen
Goden zorgden voor natuurverschijnselen, die in mythen worden uitgelegd
Ook voorspoed en tegenspoed kwam door de goden
Daarom brachten de Grieken offers en bouwden ze tempels. Offers legden ze op een altaar
Asclepius: god van de genezing
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Orakel van Delphi
Slide 10 - Diapositive
Culture eenheid
- Barbaren
- Grieken waren wel een eenheid: dezelfde taal en schrift dezelfde goden
- Mythen, sagen (heldenverhalen) en legenden (wonderlijke verhalen)
- Homerus: Ilias en Odyssee
- Zo’n lang verhalend gedicht noemen we een epos
Slide 11 - Diapositive
Vanaf 6e eeuw v.C. waren er Grieken die de mythische verklaring voor verschijnselen niet meer geloofden. Met verstand uitzoeken hoe dingen in elkaar zaten.
Filosofen/ filosofie
Slide 12 - Diapositive
Hippocratus: ziektes hadden geen goddelijke, maar biologische oorzaak
Herodotus: ‘vader van de geschiedschrijving’
Pythagoras: wiskundige en natuurkundige stellingen
Socrates: zoektocht naar de waarheid → stelde veel vragen
Slide 13 - Diapositive
Plato: leerling van Socrates: vroeg zich af hoe je het beste aan kennis kon komen (kijken of nadenken), stichtte de Academie (voorloper universiteit)