mavo4 th.14 gaswisseling en uitscheiding H7 de lever en de nieren

1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

herhaling H1
  • teveel glucose in bloed: alvleesklier maakt insuline. 
  • insuline: glucose wordt in de lever en spieren opgeslagen als glycogeen  

Slide 6 - Diapositive

Werking insuline

Slide 7 - Diapositive

glucacon
  • teweinig glucose in bloed: alvleesklier maakt glucacon. 
  • glycogeen komt vrij als glucose uit de lever en spieren

Slide 8 - Diapositive

Aan de slag:
  • Lees eerst blz. 232 en 233
  • Maak opdr. 2
  • klaar? Lees blz. 234 en 235
  • Maak opdr. 1, 3, 5, 7
  • extra: 8

Slide 9 - Diapositive

Glucose gehalte regeling

Slide 10 - Diapositive

In gal zitten enzymen
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

Gal emulgeert vet.
Wat houdt dat in ?
A
Gal breekt vet af tot vetzuren
B
Gal maakt van grote vetdruppels kleine vetdruppels
C
Gal breekt zetmeel af tot glucose
D
Gal maakt kleine bolletjes van zetmeel.

Slide 12 - Quiz

voedingsstoffen
zuurstof
glycogeen 2x
vet 2x
Koolstofdioxide
afvalstoffen
afvalstoffen en water

Slide 13 - Question de remorquage

Alvleesklier
Glucose
Glycogeen
Insuline
Glucagon
Bloedsuikerspiegel gaat omlaag
Bloedsuikerspiegel gaat omhoog
Lever

Slide 14 - Question de remorquage

Leerdoelen
  1. Je kunt de delen van de nieren en urinewegen noemen met hun kenmerken en functies.

Slide 15 - Diapositive

Ligging van de nieren

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Selena Gomez

Slide 18 - Diapositive

Functie nieren
  • Uitscheiding: afvalstoffen uit het bloed halen en verwijderen uit je lichaam.
  • Bloed loopt door de nieren, via de nierslagader.
  • Bloed wordt gezuiverd in de nieren en stroomt terug via de nierader.
  • De afvalstoffen verlaten het lichaam via urine.

Slide 19 - Diapositive

De onderdelen van de nier
Nierschors en het niermerg uitscheiding van te veel water, afvalstoffen en onwerkzaam gemaakte schadelijke stoffen, 

Nierbekkens: verzamelen van urine

Urineleiders: afvoeren van urine van de nieren naar de blaas.

Urineblaas: tijdelijke opslag van urine. 

Urinebuis: urine vanuit de blaas naar BUITEN vervoeren (=plassen= uitscheiden)

Slide 20 - Diapositive

De ligging van de nieren. Boven in de buikholte. Achter de lever en de maag.

Slide 21 - Diapositive

Nierslagaders vervoeren zuurstofrijk bloed naar de nieren. Het bloed bevat overtollige en schadelijke stoffen. 
Nieraders vervoeren zuurstofarm en gezuiverd bloed terug naar het hart.

Slide 22 - Diapositive

Nieren van een mens

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Samenstelling urine
Kleur urine

Slide 25 - Diapositive

opdrachten
Maak opdr. 1, 2, 3, 5, 7 (en extra 8)
klaar?
Maak de oefenvragen in deze lessonUp en/of

Slide 26 - Diapositive

Bekijk de afbeelding.

Welk onderdeel wordt aangegeven met cijfer 6 ?
A
Nierslagader
B
Nierader
C
Urinebuis
D
Urineleider

Slide 27 - Quiz

Bekijk de afbeelding.

Welk onderdeel wordt aangegeven met cijfer 4 ?
A
Nierslagader
B
Nierader
C
Urinebuis
D
Urineleider

Slide 28 - Quiz

Bekijk de afbeelding.

Welk onderdeel wordt aangegeven met cijfer 8 ?
A
Nierslagader
B
Nierader
C
Urinebuis
D
Urineleider

Slide 29 - Quiz

Bekijk de afbeelding.

Welk onderdeel wordt aangegeven met cijfer 1 ?
A
Nierslagader
B
Nierbekken
C
Nierschors
D
Urineleider

Slide 30 - Quiz

Sleep de gele kaartjes naar de juiste uitleg.
Urine afvoeren naar de urineblaas
urine afvoeren uit het lichaam
urine tijdelijk opslaan
urine verzamelen
urine vormen
Urineleiders
Urinebuis
Urineblaas
Nierbekken
Nierschors- en merg

Slide 31 - Question de remorquage

Het bloed stroomt naar de nieren toe door de ...
A
nierslagader
B
poortader
C
nierader

Slide 32 - Quiz

In welke delen wordt de urine gevormd?
A
nierbekken en nierschors
B
niermerg en nierschors
C
nierbekken, niermerg en nierschors
D
of alleen de nierschors

Slide 33 - Quiz

Hieronder zie je een doorsnede van een nier. 
Zet de namen van de onderdelen op de juiste plaats.
nierbekken
nierschors
niermerg
urineleider
nierslagader
niersader

Slide 34 - Question de remorquage

Afvalstoffen en mineralen zorgen voor een donkere kleur van urine.

Welke kleur heeft je urine als je weinig water hebt gedronken?
A
Licht van kleur
B
Donker van kleur

Slide 35 - Quiz

Als je veel hebt gedronken, maken de nieren... urine aan
A
veel
B
weinig

Slide 36 - Quiz

Vervoert de urine vanuit de nieren naar de (urine)blaas.
Slaat de urine tijdelijk op
Via deze buis verlaat urine het lichaam
Hier worden afvalstoffen uit het bloed gehaald.
Niermerg en nierschors
Urineleider
Urineblaas
Urinebuis

Slide 37 - Question de remorquage

Afvalstoffen volgen een weg door het lichaam. 
Zet de delen waar deze afvalstoffen langsgaan in de juiste volgorde. 
Zet het deel waar de afvalstoffen als eerste komen bovenaan. 
1
2
3
4
5
6
urine blaas
urine leider
Urine buis
nierslagader
aorta
nier

Slide 38 - Question de remorquage