winter owk

welke plaats in friesland behoort niet tot de friese elfstedentocht
A
drachten
B
stavoren
C
leeuwarden
D
franeker
1 / 16
suivant
Slide 1: Quiz
mens en wereldMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

welke plaats in friesland behoort niet tot de friese elfstedentocht
A
drachten
B
stavoren
C
leeuwarden
D
franeker

Slide 1 - Quiz

Wat stopten mensen vroeger in de winter onder hun jas om warm te blijven?
A
aardappelen
B
dekens
C
stro
D
oude kranten

Slide 2 - Quiz

stelling :
de astronomische winter bigint op 21 december

A
juist
B
juist
C
onjuist
D
onjuist

Slide 3 - Quiz

stelling 2: de meteorologische winter beginop 1 december
A
juist
B
juist
C
onjuist
D
onjuist

Slide 4 - Quiz

1963 staat bekend als een ijskoude winter. wat was de laagst gemeten temperatuur in nederland in februari?
A
-19,2
B
- 14,8
C
-10,5
D
-29,9

Slide 5 - Quiz

2015 staat bekend als een warme kerst in nederland. welke temperatuur werd gemeten
A
13,9 graden
B
11,3 graden
C
19 graden
D
9, graden

Slide 6 - Quiz

welk dier houdt geen winterslaap?
A
vleermuis
B
kikker
C
egel
D
konijn

Slide 7 - Quiz

als de wintertijd wordt ingezet wat doen we dan met de klok
A
de tijd 1 uur voorruit
B
de tijd gaat een uur terug
C
tijd blijft hetzelfde
D
de klok gaat 8 uur achteruit

Slide 8 - Quiz

in amerika werd ooit de grootste sneeuwman ooit gemaakt. hoe groot was die?
A
40,4 meter
B
66,8 meter
C
37,4 meter
D
22,3 meter

Slide 9 - Quiz

welke kleur heeft een sneeuwvlokje?
A
wit
B
doorzichtig
C
geel
D
lichtblauw

Slide 10 - Quiz

Waar staat de afkorting ‘CV’ voor, als het over verwarmen gaat?

Slide 11 - Question ouverte

Wat stopten mensen vroeger in de winter onder hun jas om warm te blijven?
A
aardappelen
B
oude kranten
C
dekens
D
ze haalden de wol uit hun kussens om in hun jas te doen

Slide 12 - Quiz

welke 4 feesten worden er in nederland gevierd in de winter?

Slide 13 - Question ouverte

hoeveel kanten heeft een sneeuwvlokje
A
4
B
8
C
6
D
5

Slide 14 - Quiz

welke kleur(en) hebben sneeuw?
A
transparant
B
blauw
C
zwart, rood en transparant
D
alle kleuren kan sneeuw hebben

Slide 15 - Quiz

rode sneeuw voorbeeld

Slide 16 - Diapositive