Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
5.2 Waar kun je werken?
Slide 1 - Diapositive
Je leert:
Welke ondernemingsvormen er zijn
Hoe een bedrijf georganiseerd is
In welke sectoren je kunt werken
Slide 2 - Diapositive
Loondienst <-> zelfstandige
In loondienst heb je als werknemer een arbeidsovereenkomst met je werkgever. --> Afgesproken loon, recht op vakantiedagen en vakantiegeld. Ook ben je zeker van geld bij werkloosheid, ziekte en arbeidsongeschiktheid.
Zelfstandigen hebben hun eigen onderneming. De winst die ze daarmee behalen, is hun inkomen. Een deel van de ondernemers heeft personeel in dienst, de rest is zzp'er (zelfstandig zonder personeel)
Slide 3 - Diapositive
Een zelfstandige ondernemer moet:
Zich inschrijven bij de Kamer van Koophandel (KVK)
Een ondernemingsvorm kiezen
Eenmanszaak
Één eigenaar
Zakelijk & privé
VOF (venootschap onder firma)
Meerdere eigenaren
Zakelijk & privé
NV (naamloze venootschap)
aandeelhouder naamloos
Zakelijk
BV (Besloten venootschap)
aandeelhouder op naam
Zakelijk
Slide 4 - Diapositive
Organigram
Om het werk zo goed mogelijk te doen is er een arbeidsverdeling (specialisatie)
Slide 5 - Diapositive
Welke ondernemingsvormen zijn er?
Slide 6 - Question ouverte
Hoe heet het register waar je de eenmanszaak moet inschrijven?
A
Verkoopregister
B
Kamer van Koophandel register
C
handelsregister
D
Belastingregister
Slide 7 - Quiz
Welke van onderstaande bedrijven geeft aandelen uit?
A
NV
B
Eenmanszaak
C
CV
D
VOF
Slide 8 - Quiz
Welke ondernemingsvorm geeft aandelen uit die vrij verhandelbaar zijn?