Eco vmbo 4gl Examenopgaven vraag 1

Economie
VMBO

4GL
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Economie
VMBO

4GL

Slide 1 - Diapositive

Examenvragen

Slide 2 - Diapositive

Omschrijving 1a
Erben en Fabia hebben een energieadviseur ingeschakeld, die een aantal
energiebesparende investeringen heeft voorgesteld. De adviseur heeft
berekend hoeveel het verbruik kan dalen, nadat ze hun investeringen in
hun huis hebben gedaan. Door deze maatregelen wordt ook het milieu
minder belast. De uitstoot van CO2 wordt gezien als grote veroorzaker van
de opwarming van de aarde.

Gebruik informatiebron 2     (bijlage 1a).

Slide 3 - Diapositive

Bijlage 1a

Slide 4 - Diapositive

Vraag 1a
Bereken in hele kilogrammen hoeveel minder CO2 door
elektriciteitsverbruik en ook hoeveel minder CO2 door gasverbruik Erben en Fabia uitstoten per jaar na de investeringen in hun huis. 

Schrijf je berekeningen op.

Slide 5 - Diapositive

Schrijf hier het antwoord op vraag 1a

Slide 6 - Question ouverte

Bespreking antwoord 1a
voorbeeld van een juiste berekening:

• besparing elektriciteit: (4.000 kWh − 3.400 kWh) = 600 kWh 
600 kWh/1.000 kWh × 515 kg = 309 kg 

• besparing gas: (2.000 m3 − 1.600 m3) = 400 m3
400 m3/m500 m3 × 890 kg = 712 kg

Slide 7 - Diapositive

Omschrijving 1b
Erben en Fabia moeten het geld voor de investeringen lenen. De
energieadviseur legt uit, dat je voor dit soort investeringen geld kunt lenen via de gemeente, de zogenaamde duurzaamheidslening, óf geld kunt lenen van een bank.

Slide 8 - Diapositive

Vraag 1b

Er zijn in Nederland maar weinig banken, waar zij het geld kunnen lenen.
Van welke marktvorm is hier sprake?

A monopolistische concurrentie, want er zijn veel aanbieders van geld
B monopolistische concurrentie, want er zijn weinig aanbieders van geld
C oligopolie, want er zijn veel aanbieders van geld
D oligopolie, want er zijn weinig aanbieders van geld

Slide 9 - Diapositive

Antwoord vraag 1b
A
monopolistische concurrentie, want er zijn veel aanbieders van geld
B
monopolistische concurrentie, want er zijn weinig aanbieders van geld
C
oligopolie, want er zijn veel aanbieders van geld
D
oligopolie, want er zijn weinig aanbieders van geld

Slide 10 - Quiz

Bespreking antwoord 1b
D. oligopolie, want er zijn weinig aanbieders van geld

Slide 11 - Diapositive

Extra uitleg / informatie
Er is geen extra informatie bij deze les.

Slide 12 - Diapositive

Extra oefenen
Er zijn geen extra oefeningen bij deze les.

Slide 13 - Diapositive



Deze les is gemaakt door:


Rob van Krimpen
Email: rkrimpen@gmail.com

Slide 14 - Diapositive