Les 4; Communicatie Vragen stellen

Les 4 Communicatie 3

Goede vragen stellen is een kunst!
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Les 4 Communicatie 3

Goede vragen stellen is een kunst!

Slide 1 - Diapositive

Soorten vragen
Wat voor soorten vragen ken je?

Slide 2 - Question ouverte

Slide 3 - Vidéo

Dubbelvraag
Een gemakkelijke valkuil is de dubbelvraag. In een dubbelvraag worden twee vragen in één vraag gesteld.


Risico is een onvolledig antwoord

Voorbeeld
‘Waar heb je hiervoor gewerkt en wat waren je taken?’

Slide 4 - Diapositive

Suggestieve vragen 
Vragen waarbij het gewenste antwoord al in de vraag besloten ligt. De vraag stuurt de ander in de richting van een bepaald antwoord. 

Risico is een sociaal wenselijk antwoord geven. 

Voorbeeld?


Slide 5 - Diapositive

Tips
Doorvragen
Navragen

Slide 6 - Diapositive

Voorbeelden van Samenvatten
  • Als ik ... zeg, vat ik dan het goed samen wat je zegt?
  • Met andere woorden ... ?
  • Is het belangrijkste dat ... ?
  • Zeg je nu dat ... ?
  • In mijn eigen woorden hoor ik je dit zeggen ..., klopt dat?
  • Is de kern van wat je zegt dat ... ?
  • Kan ik - met wat je nu zegt - samenvatten met ...
  • Bedoel je te zeggen dat ... ?
  • Zeg je nu dat ... ?

Slide 7 - Diapositive

LSD
  1. Ga goed luisteren (om zeker ervan te zijn dat je de ander goed hoort)
  2. Ga samenvatten wat de ander heeft gezegd (om te kijken of je het wel echt goed hebt begrepen)
  3. Ga doorvragen (om meer diepgang aan het gesprek te geven of om het gesprek breder te trekken)

Slide 8 - Diapositive

Oefenen
  • Oefen met doorvragen

  • In groepjes van 3 maken jullie de opdrachten:
Gesloten - open vragen
Gesprek  LSD

Slide 9 - Diapositive

Volgende week
Communicatiebeperkingen in verschillende branches (VVT, GHZ, GGZ, VVT) 

Voorbereiding:
  1. Beschrijf welke communicatiemiddelen worden gebruikt in jouw branche (ZKH/VVT/GGZ/GHZ)?
  2. Beschrijf een casus waarin jij te maken kreeg met beperkte communicatiemogelijkheid. Beschrijf de situatie/wat deed je/hoe kwam je tot communicatie? 

Slide 10 - Diapositive