Week 16 - les 2 - B1D en B1E

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Bienvenue!

Le programme:

* Répéter bloc A (les mots)

* Corriger les devoirs

* Bloc B: lire un texte sur Paris

* Au travail

* La fin

Aan het einde van de les:

* kan je met de woorden van bloc A korte zinnen maken (met boek erbij).

* heb je het huiswerk nagekeken.

* kun je een internetpagina over reistips begrijpen.

* weet je hoe je woorden opzoekt in een woordenboek.

Le programme:

* Répéter bloc A (les mots)

* Corriger les devoirs

* Bloc B: lire un texte sur Paris

* Au travail

* La fin

Tip: utilisez p. 78! :)

Aan het einde van de les:

* kan je met de woorden van bloc A korte zinnen maken (met boek erbij).

* heb je het huiswerk nagekeken.

* kun je een internetpagina over reistips begrijpen.

* weet je hoe je woorden opzoekt in een woordenboek.

Traduis (zonder hoofdletter en punt):
het station is heel dichtbij

Traduis (zonder hoofdletter):
het is waar? daar!

Traduis (zonder hoofdletter en punt):
het noorden en het zuiden

Traduis (zonder hoofdletter en punt):
het is 15 minuten met de auto

Traduis (zonder hoofdletter en punt):
dan gaan wij met de fiets

Le programme:

* Répéter bloc A (les mots)

* Corriger les devoirs

* Bloc B: lire un texte sur Paris

* Au travail

* La fin

Aan het einde van de les:

* kan je met de woorden van bloc A korte zinnen maken (met boek erbij).

* heb je het huiswerk nagekeken.

* kun je een internetpagina over reistips begrijpen.

* weet je hoe je woorden opzoekt in een woordenboek.

Corriger les devoirs!

Ex. 6a (p. 52)

A blijft over (la gare)

1	2	3	4	5
F	C	E	B	D

Ex. 6b

1. gare (station)
2. facile (makkelijk)
3. tout droit (rechtdoor)
4. gauche (links)
5. à pied (te voet)
6. loin (ver) 

Ex. 6c

1. en voiture

2. en métro

3. à vélo

4. en train

5. à pied

6. en bus

Ex. 7a (samen)

1. c'est loin?
2. Non, c'est tout près.
3. On va en bus?
4. C'est 5 minutes à pied.
5. C'est tout droit.
6. c'est où
7. Je ne comprends pas. 

Le programme:

* Répéter bloc A (les mots)

* Corriger les devoirs

* Bloc B: lire un texte sur Paris

* Au travail

* La fin

Aan het einde van de les:

* kan je met de woorden van bloc A korte zinnen maken (met boek erbij).

* heb je het huiswerk nagekeken.

* kun je een internetpagina over reistips begrijpen.

* weet je hoe je woorden opzoekt in een woordenboek.

Bloc B (p. 54)

Ex. 9: tu es un vrai Parisien(ne) ou un touriste? 

Fais le test!

Weetjes:

Eiffeltoren = 324 m hoog (met antenne)

Gustave Eiffel = architect

Trekt veel toeristen!

Met de trap of met de lift te bezoeken

's Avonds: op elk heel uur 5 min. lichtjes

3 verdiepingen

2e verdieping: (duur) restaurant

MOET je gezien hebben 

Bloc B

* Doornemen tekst B: le titre, l'introduction, les photos

* Quel type de texte?

* Ex. 10a

* Lisez le texte entièrement, après faites ex. 10b

* Contrôle

Le programme:

* Répéter bloc A (les mots)

* Corriger les devoirs

* Bloc B: lire un texte sur Paris

* Au travail

* La fin

Aan het einde van de les:

* kan je met de woorden van bloc A korte zinnen maken (met boek erbij).

* heb je het huiswerk nagekeken.

* kun je een internetpagina over reistips begrijpen.

* weet je hoe je woorden opzoekt in een woordenboek.

Au travail!

* Faites ex. 11bcd (p. 56/57).

* Temps: 10 minutes.

* Travail individuel ou à deux.

* Questions? Posez-les!

* Aide: p. 78. 

Tip ex. 11b: hoe zou je deze woorden opzoeken in een woordenboek? Denk aan enkelvoud/meervoud. 

Le programme:

* Répéter bloc A (les mots)

* Corriger les devoirs

* Bloc B: lire un texte sur Paris

* Au travail

* La fin

Aan het einde van de les:

* kan je met de woorden van bloc A korte zinnen maken (met boek erbij).

* heb je het huiswerk nagekeken.

* kun je een internetpagina over reistips begrijpen.

* weet je hoe je woorden opzoekt in een woordenboek.

La fin

* Wat wist je nog niet over de Eiffeltoren?

* Les devoirs:

faire = ex. 11bcd

apprendre = vocabulaire A et B de chapitre 6

Zou je de Eiffeltoren willen bezoeken?
Als je er al bent geweest: wat vond je ervan?

😒🙁😐🙂😃

Au revoir!