Passive deel 2

Passive
Deel 2
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Passive
Deel 2

Slide 1 - Diapositive

How do you recognize a passive form?

Slide 2 - Question ouverte

Slide 3 - Vidéo

From active to passive...
Om een actieve zin passief te maken, moet het lijdend voorwerp vooraan in de zin komen te staan.
The cat chases the mouse.

'The mouse' wordt onderwerp van de passieve zin
'chases' is een werkwoord in de t.t., daarom moet er een vorm van 'to be' worden gebruikt om de zin passief te maken, gevolgd door het voltooid deelwoord van 'chase'
onderwerp
lijdend voorwerp

Slide 4 - Diapositive

Je gebruikt de werkwoorden die in de actieve zin worden gebruikt.
De zin wordt dan:
The mouse is chased (by the cat)

 
t.t. van to be
voltooid deelwoord van 'chase'

Slide 5 - Diapositive

Denk eraan
- heb je een vorm van 'to be' gebruikt?
- heb je het voltooid deelwoord van het werkwoord gebruikt?
- kun je er 'by zombies' achter zetten?

Slide 6 - Diapositive

Make these active sentences passive:
Work in pairs
My mom always cleans my room.
John made a math test.
Rob has eaten a sandwich.
Ms. Griffioen will teach you grammar.
They set fire to the house.

Slide 7 - Diapositive

Julia rescued three cats.

Slide 8 - Question ouverte

Steven has forgotten the book.

Slide 9 - Question ouverte

The teacher is not going to open the window.

Slide 10 - Question ouverte

The mechanic has not repaired the DVD recorder.

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Lien

Slide 13 - Lien

Slide 14 - Lien

Slide 15 - Lien