les 4

iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
meisje
meisje
jongen
iedereen
iedereen
jongen
jongen
meisje
meisje
jongen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
jongen
jongen
meisje
meisje
Oké = alles mee!
boek, schrift, rekenmachine, pen/potlood
Begin met het doornemen van §3.4
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
meisje
meisje
jongen
iedereen
iedereen
jongen
jongen
meisje
meisje
jongen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
jongen
jongen
meisje
meisje
Oké = alles mee!
boek, schrift, rekenmachine, pen/potlood
Begin met het doornemen van §3.4

Slide 1 - Diapositive

Oké = alles mee!
boek, schrift, rekenmachine, pen/potlood
Begin met het invullen van het stencil §3.1 en §3.2

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Deze les
  • nakijken gemaakte werk
3.6 - 3.8 plus 3.11 - 3.13
  • uitleg volgende paragraaf
  • beginnen aan het huiswerk van volgende week

Slide 4 - Diapositive

Opgave 3.6a   Kiezen en rekenen

Voor een startende onderneming begint een financieel plan met een investeringsbegroting. Hierin neem je de benodigde bedragen op voor de investeringen. Je kijkt daarbij dus alleen naar de posten aan de debet kant van de balans

Slide 5 - Diapositive

Opgave 3.6b   
  1. Julia krijgt een lening van haar oma: financieringsbegroting
  2. Via een veilingsite koopt Paul een aantal containers: investeringsbegroting
  3. Michiel heeft opslagruimte nodig, hij zal zo'n pand moeten kopen: investeringsbegroting
  4. Berkay wil hypotheek afsluiten: financieringsbegroting
  5. Marianne heeft kasverschil: investeringsbegroting (gaat over geld)
  6. Shiva verkoopt aandelenportefeuille: financieringsbegroting

Slide 6 - Diapositive

Opgave 3.6c  
100% = 2.076.216 bedrijven
Partime zzp'er 300.689 = 14,5%
Partime bedrijven 236.874 = 11,4%
zzp 1.092.666 = 52,6%
mkb 447.359 = 21,5%
grootbedrijf = 1/128 = 0,1%  

Slide 7 - Diapositive

Opgave 3.6d  
fte: fulltime-equivalent
en dat is een voltijdsbaan 

Slide 8 - Diapositive

Opgave 3.7a + b   Sportief  
Investeringsbegroting Stan Blom
Bestelbusje
€    20.000,-
Inventaris
€    15.000,-
Kleding
€    40.000,-
Bank
€     4.500,-
Kas
€        500,-
Totaal
€ 100.000,-
Stan kan geen leverancierskrediet: de leveranciers kennen Stan nog niet. Ze weten niet of hij betrouwbaar is en zijn rekeningen op tijd betaalt.

Slide 9 - Diapositive

Opgave 3.7c  
Financieringsbegroting Stan Blom
Eigen vermogen
€    40.000,-
40% van 100.000
Familielening
€    35.000,-
35% van 100.000
Bank
€    25.000,-
(100% - 40% - 35%) van 100.000
Totaal
€ 100.000,-

Slide 10 - Diapositive

Opgave 3.8a   Smullen maar!  
Investeringsbegroting 1 september
Bedrijfspand
€ 280.000,-
Aanloopuitgaven
Keuken
€   35.000,-
Inventaris
€     9.800,-
Levensmiddelen
€   18.000,-
Kas
€     2.500,-
Totaal
€ 345.300,-

Slide 11 - Diapositive

Opgave 3.8b    
Financeringsbegroting 1 september
Vermogensbehoefte
€ 345.300,-
Eigen vermogen
€ 160.000,-
Hypotheek bedrijfspand
€ 168.000,-
60% van 280.000
Hypotheek keuken
€  30.000,-
Leverancierskrediet
€  10.800,-
60% van 18.000
Nodige financiering Bank
nog niet nodig
€ 23.500,- is over

Slide 12 - Diapositive

Opgave 3.8c    
Openingsbalans 1 september
Bedrijfspand
€  280.000,-
Eigen vermogen
€ 160.000,-
Aanloopuitgaven
€    44.800,-
Hypotheek pand
€ 168.000,-
Voorraad levensmiddelen
€    18.000,-
Hypotheek keuken
€   30.000,-
Bank
€    23.500,-
Crediteuren
€   10.800,-
Kas
€     2.500,-
€ 368.800,-
€ 368.800,-

Slide 13 - Diapositive

Opgave 3.8d    
Openingsbalans 1 september
Bedrijfspand
€  280.000,-
Eigen vermogen
€ 160.000,-
Keuken
€    35.000,-
Hypotheek pand
€ 168.000,-
Restaurantinventaris
€     9.800,-
Hypotheek keuken
€ 30.000,-
Voorraad levensmiddelen
€    18.000,-
Crediteuren
€ 10.800,-
Bank
€    23.500,-
Kas
€     2.500,-
€ 368.800,-
€ 368.800,-

Slide 14 - Diapositive

Opgave 3.9a   Voordelige zon  
Investeringsbegroting 1 november
Vooruit te betalen huur
€   3.000,-
3 x 1.000
Bestelauto
€ 12.000,-
Inventaris
€ 14.000,-
Voorraad
€ 25.000,-
Vooraftrek btw
€   8.190,-
2.940+5.250
Liquide middelen
€   5.000,-
Totaal
€ 67.190,-

Slide 15 - Diapositive

Opgave 3.9b    
Financeringsbegroting 1 november
Vermogensbehoefte
€ 67.190,-
Onderhandse lening
€ 25.000,-
Leverancierskrediet inventaris
€ 16.940,-
€ 41.940,-
Vereist Eigen vermogen
€ 25.250,-

Slide 16 - Diapositive

Opgave 3.9c    
Janine brengt aan eigen vermogen in
Het vereiste eigen vermogen is
Extra liquide middelen
Investeringsbegroting
Liquide middelen na betalingen
€ 30.000,-
€ 25.250,-
€   4.750,-
€   5.000,-
€   9.750,-

Slide 17 - Diapositive

Opgave 3.11a    
Investeringsbegroting: 2 en 4
aankoop voorraden en wisselgeld kas 
Financieringsbegroting: 7 lening van je partner
Exploitatiebegroting: 1, 3, 5, 6 en 8
afschrijvingen, huur, omzet, lonen en verkoopkosten

Slide 18 - Diapositive

Opgave 3.11b    
Brutowinst per maand: 30.000-18.000 =   € 12.000,-
Kosten per maand: 1.800+2.500+4.500 = €   8.800,-
Nettowinst per jaar: 12.000-8.800 x 12 = 38.400,-
 €
Als percentage van het eigen vermogen:
38.400 / 50.000 x 100 =76,8%

Slide 19 - Diapositive

Opgave 3.12a + b   
Overige kosten: verzekering, energiekosten, reclamekosten, administratiekosten, kosten internethosting, kosten inpakmaterialen etc.

Begrote totale brutowinst € 42.500

Solarlampen XL
400 x (100 - 50)
€ 20.000,-
Ledlamp Antco
300 x (80 - 50)
€   9.000,-
Solarlampen Metal
200 x (40 - 25)
€   3.000,-
Set solarlamen Mini
150 x (50 - 20)
€   4.500,-
Ledlamp 6W
400 x (25 - 10)
€   6.000,-

Slide 20 - Diapositive

Opgave 3.12c   
Omzet
Inkoopwaarde
Brutowinst
Bedrijfskosten
Afschrijvingskosten (64000-8000)/(8x12)
Loonkosten
Huur 3x800
Overige kosten
Nettowinst
€ 89.500,-
€ 47.000,-
€ 42.500,-

€   1.750,-
€ 15.000,-
€   2.400,-
€   4.600,-
€ 18.750,-

Slide 21 - Diapositive

Opgave 3.12d   
Huur bij een webshop naar verhouding vaak lager dan bij een fysieke winkel: de meeste webwinkels zijn op een bedrijventerrein gevestigd. De huurprijzen op een bedrijventerrein zijn een stuk lager dan de huurprijzen van winkelpanden in winkelstraten.
Kleine webwinkels hebben vaak ook geen kantoor of personeel nodig. Ook is er geen parkeerprobleem voor klanten.

Slide 22 - Diapositive

Opgave 3.13a   
Omzet
Inkoopwaarde 75% van 360000
Brutowinst
Bedrijfskosten
Afschrijvingskosten 
  (280000-140000)/28 + 22000/10
Interestkosten
Verdere exploitatie kosten 12x4000
Begrote nettowinst voor 2023
€ 360.000,-
€ 270.000,-
€   90.000,-


€    7.200,-
€    8.980,-
€  48.000,-
€  25.820,-

Slide 23 - Diapositive

Opgave 3.13b + c   
De bodemwaarde is 50% van de WOZ-waarde. Je mag aannemen dat de WOZ-waarde en de aanschafprijs dichtbij elkaar liggen. De WOZ-waarde wordt uiteindelijk bepaald door de verkoopprijs. Zoë houdt rekening met deze bepaling.

Een beleggingspand wordt gebruikt om te verhuren. Bij verhuur wordt vaak de bepaling opgenomen dat de huurder verplicht is het in dezelfde staat achter te laten en goed te onderhouden. Maar ook is de verhuurder verplicht tot goed onderhoud. Bij afschrijven heb je het over een waardevermindering door gebruik, slijtages etc. Bij een verhuurpand wordt de slijtage voorkomen door goed onderhoud. De verhuurder kan dit onderhoud soms doorberekenen aan de huurders en soms moet hij het zelf dragen. Deze kosten mag de verhuurder fiscaal wel als kosten nemen
hoef je niet te weten voor de toets

Slide 24 - Diapositive

Opgave 3.14a + b  
Aan Aquar omdat de bankfinanciering een relatief klein percentage van de totale financieringsbehoefte is. Daarnaast heeft Aquar een gebouw op de investeringsbegroting opgenomen. Op een gebouw kan een hypotheeklening verkregen worden.

Totale begrote rente Aquar
Te betalen rente lening familie 2,5% van 40000
Te betalen rente banklening

Rentepercentage banklening Aquar: 9800/140000 x 100 = 7%
Rentepercentage banklening Belec: 11050/130000 x 100 = 8,5%
€ 10.800,-
€   1.000,-
€   9.800,-

Slide 25 - Diapositive

Opgave 3.14c t/m f  
Bij Belec is de inbreng van eigen vermogen relatief klein tov Aquar.

Het resultaat in percentage van de omzet Aquar: 33200/400000 x 100 = 8,3%
Het resultaat in percentage van de omzet Belec: 9950/200000 x 100 = 4,975%

Een verschil in de winstmarge van de goederen bijvoorbeeld tegenover consumentenelektronica.

Doordat een groot deel van de startende ondernemingen het niet volhoudt, worden veel leningen niet afgelost en dat is een grote verliespost voor de banken.

Slide 26 - Diapositive

Huiswerk volgende les 
Doornemen 
     paragraaf 3.3
Maken 
     de opdrachten van deze 
     paragraaf

Slide 27 - Diapositive