Cette leçon contient 27 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 20 min
Éléments de cette leçon
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
meisje
meisje
jongen
iedereen
iedereen
jongen
jongen
meisje
meisje
jongen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
iedereen
jongen
jongen
meisje
meisje
Oké = alles mee!
boek, schrift, rekenmachine, pen/potlood
Begin met het doornemen van §3.4
Slide 1 - Diapositive
Oké = alles mee!
boek, schrift, rekenmachine, pen/potlood
Begin met het invullen van het stencil §3.1 en §3.2
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Deze les
nakijken gemaakte werk
3.6 - 3.8 plus 3.11 - 3.13
uitleg volgende paragraaf
beginnen aan het huiswerk van volgende week
Slide 4 - Diapositive
Opgave 3.6a Kiezen en rekenen
Voor een startende onderneming begint een financieel plan met een investeringsbegroting. Hierin neem je de benodigde bedragen op voor de investeringen. Je kijkt daarbij dus alleen naar de posten aan de debet kant van de balans
Slide 5 - Diapositive
Opgave 3.6b
Julia krijgt een lening van haar oma: financieringsbegroting
Via een veilingsite koopt Paul een aantal containers: investeringsbegroting
Michiel heeft opslagruimte nodig, hij zal zo'n pand moeten kopen: investeringsbegroting
Huur bij een webshop naar verhouding vaak lager dan bij een fysieke winkel: de meeste webwinkels zijn op een bedrijventerrein gevestigd. De huurprijzen op een bedrijventerrein zijn een stuk lager dan de huurprijzen van winkelpanden in winkelstraten.
Kleine webwinkels hebben vaak ook geen kantoor of personeel nodig. Ook is er geen parkeerprobleem voor klanten.
Slide 22 - Diapositive
Opgave 3.13a
Omzet
Inkoopwaarde 75% van 360000
Brutowinst
Bedrijfskosten
Afschrijvingskosten
(280000-140000)/28 + 22000/10
Interestkosten
Verdere exploitatie kosten 12x4000
Begrote nettowinst voor 2023
€ 360.000,-
€ 270.000,-
€ 90.000,-
€ 7.200,-
€ 8.980,-
€ 48.000,-
€ 25.820,-
Slide 23 - Diapositive
Opgave 3.13b + c
De bodemwaarde is 50% van de WOZ-waarde. Je mag aannemen dat de WOZ-waarde en de aanschafprijs dichtbij elkaar liggen. De WOZ-waarde wordt uiteindelijk bepaald door de verkoopprijs. Zoë houdt rekening met deze bepaling.
Een beleggingspand wordt gebruikt om te verhuren. Bij verhuur wordt vaak de bepaling opgenomen dat de huurder verplicht is het in dezelfde staat achter te laten en goed te onderhouden. Maar ook is de verhuurder verplicht tot goed onderhoud. Bij afschrijven heb je het over een waardevermindering door gebruik, slijtages etc. Bij een verhuurpand wordt de slijtage voorkomen door goed onderhoud. De verhuurder kan dit onderhoud soms doorberekenen aan de huurders en soms moet hij het zelf dragen. Deze kosten mag de verhuurder fiscaal wel als kosten nemen
hoef je niet te weten voor de toets
Slide 24 - Diapositive
Opgave 3.14a + b
Aan Aquar omdat de bankfinanciering een relatief klein percentage van de totale financieringsbehoefte is. Daarnaast heeft Aquar een gebouw op de investeringsbegroting opgenomen. Op een gebouw kan een hypotheeklening verkregen worden.
Totale begrote rente Aquar
Te betalen rente lening familie 2,5% van 40000
Te betalen rente banklening
Rentepercentage banklening Aquar: 9800/140000 x 100 = 7%
Rentepercentage banklening Belec: 11050/130000 x 100 = 8,5%
€ 10.800,-
€ 1.000,-
€ 9.800,-
Slide 25 - Diapositive
Opgave 3.14c t/m f
Bij Belec is de inbreng van eigen vermogen relatief klein tov Aquar.
Het resultaat in percentage van de omzet Aquar: 33200/400000 x 100 = 8,3%
Het resultaat in percentage van de omzet Belec: 9950/200000 x 100 = 4,975%
Een verschil in de winstmarge van de goederen bijvoorbeeld tegenover consumentenelektronica.
Doordat een groot deel van de startende ondernemingen het niet volhoudt, worden veel leningen niet afgelost en dat is een grote verliespost voor de banken.