Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Lezen H5
Ik weet wat functiewoorden inhouden.
Slide 1 - Diapositive
Lezen H5: Functiewoorden
Een tekstgedeelte (één of meer zinnen of één of meer alinea’s) heeft binnen een tekst een bepaalde functie, die je kunt aanduiden met een functiewoord.
Slide 2 - Diapositive
Lezen H5: Functiewoorden
Je weet wat signaalwoorden zijn. A.d.h.v. signaalwoordenkun je verbanden tussen tekstgedeeltesherkennen. Signaalwoorden staan in de tekst. Dat zijn woorden als: maar, omdat, bijvoorbeeld, als, daarentegen, als gevolg, daardoor, ook, ....
Functiewoordenstaan zelf niet in de tekst, maar met een functiewoord omschrijf je wat de functie van een tekstgedeelte is. Je moet daarbij denken aan: conclusie, samenvatting, oorzaak, gevolg, aanbeveling, toekomstverwachting, afweging, anekdote, constatering, verklaring, aanleiding, enz. Je kunt een functie soms wel herkennen aan een signaalwoord.
Slide 3 - Diapositive
Lezen H5 functiewoorden
6 functiewoorden:
voorbeeld - het geven van voorbeelden
aanbeveling - het geven van een goede raad
aanleiding - schrijven a.d.h.v. een actuele gebeurtenis
afweging - vergelijken van
constatering - feit of verschijnsel vaststellen
definitie - betekenis van een woord uitleggen
Slide 4 - Diapositive
Welk functiewoord in: Veel mensen gaan naar buiten als de zon schijnt.
A
aanbeveling
B
constatering
C
voorbeeld
D
vergelijking
Slide 5 - Quiz
Welk functiewoord hoort bij: Het RIVM adviseert dat er maximaal 8 leerlingen in een lokaal mogen komen.
A
aanbeveling
B
constatering
C
defenitie
D
afweging
Slide 6 - Quiz
Welk functiewoord in: Ambigu betekent voor meerdere uitleg vatbaar.
A
afweging
B
voorbeeld
C
definitie
D
anekdote
Slide 7 - Quiz
Welk functiewoord in: Ik houd erg van sporten, zoals tennis, voetbal en hardlopen.
A
definitie
B
aanbeveling
C
afweging
D
voorbeeld
Slide 8 - Quiz
Welk functiewoord in: Naar aanleiding van de moord op de zwarte man in Amerika, zijn er veel rellen ontstaan.
A
voorbeeld
B
aanleiding
C
anekdote
D
constatering
Slide 9 - Quiz
Welk functiewoord in: Enerzijds missen we veel contact en hebben we veel zorgen in deze tijd, anderzijds is het een tijd van bezinning en 'moeten' we minder.
A
constatering
B
voorbeeld
C
afweging
D
aanbeveling
Slide 10 - Quiz
Welk functiewoord in: Er valt gelukkig ook heel wat te lachen in de zorg. Toen ik een stukje wilde voorlezen aan een cliënt, zei ze: hoeft niet hoor, ik ben het toch zo weer vergeten.