Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Cultuurgroepen
Slide 1 - Diapositive
Cultuurgroepen
Wat zijn cultuurgroepen? Welke soorten cultuurgroepen kennen we? Hoe kan het dat mensen zich zo verschillend gedragen? Is dat aangeboren of aangeleerd?
Dat zijn vragen die centraal staan in deze les en die je straks kunt beantwoorden.
Slide 2 - Diapositive
Cultuurgroepen
Mensen die dezelfde cultuur met elkaar delen, spelen ook een rol in het maatschappelijk debat.
Bij cultuur moet je denken aan hoe mensen met elkaar omgaan.
Nederlanders vieren een verjaardag op een andere manier dan Japanners en jongeren begroeten elkaar anders dan ouderen.
Slide 3 - Diapositive
Cultuurkenmerken
> Nationaliteit (zoals Nederlanders; Turken en Chinezen)
> Taal (Engels, Noors of Fries)
> Regio of stad ( zoals noorderlingen, Tukkers en Amsterdammers)
Iedereen hoort wel bij een paar cultuurgroepen, maar wat is een cultuur precies? Een definitie van cultuur luidt: een vrij vast patroon waarin een grote groep mensen zijn waarden heeft vastgelegd in normen, gedragspatronen en instituties (zoals wetten).
Een simpeler definitie is: alle waarden, normen en gewoonten die mensen binnen een groep of samenleving met elkaar delen.
Slide 5 - Diapositive
Wat is cultuur?
Een cultuur hoort bij een grote groep mensen. Dit kan een hele samenleving zijn, maar ook een deel daarvan. Voor culturen zijn waarden belangrijk en die worden zichtbaar in het gedrag van mensen, en in de normen die zij zichzelf stellen.
Een norm is een regel die hoort bij een waarde, zoals 'niet liegen' de norm is bij de waarde eerlijkheid. Gedragspatronen zijn manieren waarop mensen met elkaar omgaan, zoals tradities of taalgebruik in een land.
Slide 6 - Diapositive
Verschillende Cultuurgroepen
In Nederland zijn er verschillende cultuurgroepen:
Er zijn cultuurgroepen die voortkomen uit de Nederlandse geschiedenis
Andere culturen zijn uit een ander land hier mee naartoe gekomen en hebben delen van hun cultuur weer meegenomen
Andere culturen zijn anders omdat ze juist anders willen zijn.
Slide 7 - Diapositive
Onderscheid in culturen
Onderscheid maken in culturen:
> Dominante cultuur: de overheersende cultuur in één land
> Subcultuur: een cultuur die op bepaalde kenmerken afwijkt van de dominante cultuur
> Tegencultuur: een cultuur die zich afzet tegen de dominante cultuur.
Een voorbeeld van een subcultuur in Nederland is de Friese, of die van de kakkers.
Emo's, anti-globalisten en Hells Angels zijn voorbeelden van tegenculturen: op bepaalde kenmerken zetten zij zich af tegen de dominante cultuur.
Slide 8 - Diapositive
Iedereen in een land hoort bij de dominante cultuur.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quiz
Een subcultuur hoort bij het maatschappelij middenveld.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
Een tegencultuur bestaat uit mensen die kiezen voor strijd ipv debat.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quiz
Cultuur ontwikkelt zich in de loop van de tijd.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 12 - Quiz
Opdracht
Geef van de volgende actoren aan of ze horen bij de dominante cultuur, sub- of tegencultuur.
Slide 13 - Diapositive
In Rusland zijn veel mensen gewend om bij een verjaardag de jarige aan de oren te trekken.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
Slide 14 - Quiz
De meeste Nederlanders vieren hun verjaardag.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
Slide 15 - Quiz
Jehova's Getuigen vieren vanwege hun geloof geen verjaardagen.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
Slide 16 - Quiz
Wikileaks bestaat uit mensen die (geheime) overheidsdocumenten openbaar maken.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
Slide 17 - Quiz
Op het pieperfestival in Emmeloord wordt een uniek feest gevierd waar onder andere gratis patat wordt uitgedeeld.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
Slide 18 - Quiz
De meeste Nederlanders geven aan niet tot een bepaalde religie te horen.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
Slide 19 - Quiz
De leden van de Duitse band Rammstein stellen dat hun muziek voortkwam uit wat zij niet wilden: een zoveelste Amerikaans product neerzetten.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
Slide 20 - Quiz
Nederlanders die veel vaderlandsliefde tonen worden vreemd aangekeken. In Nederland kennen we geen Onafhankelijkheidsdag.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
Slide 21 - Quiz
Noem zelf nog drie tradities of gewoonten die kenmerkend zijn voor de Nederlandse dominante cultuur.
Slide 22 - Question ouverte
Nature of Nuture?
De vraag hoe je bij een bepaalde cultuur behoort, heeft veel te maken met de vraag: hoe word je wie je bent?
We komen dan aan bij een belangrijk debat over het gedrag van mensen, het nature-nurture-debat: een debat over de vraag of menselijk gedrag meer bepaald wordt door aangeboren of aangeleerde eigenschappen.
Slide 23 - Diapositive
Nature of Nuture?
Er zijn wetenschappers die zeggen dat gedrag vooral is aangeboren: de nature-aanhangers. Hoe mensen doen, zit vooral in de genen.
Er zijn ook mensen die het tegendeel beweren, dat is de nurture-groep. Zij zijn van mening dat menselijk gedrag wordt bepaald door de opvoeding en de omgeving. In dit geval lijkt nurture hetzelfde als cultuur te zijn: wat je leert van je omgeving.
Slide 24 - Diapositive
Nature of Nuture?
Het proces dat je kenmerken van een cultuur aangeleerd krijgt, noemen we socialisatie. Het werkwoord hierbij is: socialiseren: leren samenleven volgens de waarden en de normen van een bepaalde cultuur.
De voorlopige conclusie van het debat is dat gedrag zowel aangeboren áls aangeleerd is.
Slide 25 - Diapositive
Opdracht
Geef van de volgende situaties aan of de actoren nature of nurture zien als oorzaak van criminaliteit.
Slide 26 - Diapositive
Arts Lombroso (19e eeuw) 'ontdekte' dat criminelen er anders uitzien dan niet-criminelen. Ze hebben een achteroverhellend voorhoofd, en een asymmetrische gezichtsuitdrukking. Ook hebben ze een lage gevoelsdrempel voor pijn en zijn ze wispelturig.
A
Nature
B
Nurture
Slide 27 - Quiz
Friedrich Engels legt in een boek in 1844 een verband tussen de slechte economische omstandigheden waarin de arbeidersklasse verkeert en criminaliteit.
A
Nature
B
Nurture
Slide 28 - Quiz
Lacassagne: 'Elke maatschappij heeft de misdadigers die zij verdient'. Lacassagne was een Franse hoogleraar in de gerechtelijke geneeskunde (1843-1924).
A
Nature
B
Nurture
Slide 29 - Quiz
Kriminalbiologie: bepaalde groepen uit de bevolking zijn meer misdadig dan andere groepen (onderzoeken in Duitsland in 1933-1945).
A
Nature
B
Nurture
Slide 30 - Quiz
Anomie-theorie van socioloog Merton: iemand die zijn doel (bv een BMW) niet op een sociaal goedgekeurde wijze kan bereiken (geld verdienen), gaat dat misschien op een niet door de samenleving goedgekeurde wijze proberen (stelen).
A
Nature
B
Nurture
Slide 31 - Quiz
Opdracht
Geef bij de volgende standpunten van politieke partijen aan of ze nature of nurture als oorzaak van criminaliteit zien.
Slide 32 - Diapositive
PVV is van mening dat een aanzienlijke vermindering van criminaliteit alleen bereikt kan worden door strenger te straffen. Voor zware misdadigers moet geen begrip worden getoond; 'zero tolerance' dient de basis te zijn van de aanpak van de criminaliteit.
A
Nature
B
Nurture
Slide 33 - Quiz
GroenLinks wil de jeugdcriminaliteit aanpakken door te voorkomen dat jongeren het verkeerde pad kiezen. GroenLinks wil daarom meer investeren in onderwijs en opvoedings- ondersteuning. Succesvolle projecten die jongeren weer kansen geven, moeten worden uitgebreid.
A
Nature
B
Nurture
Slide 34 - Quiz
VVD legt de nadruk op een harde aanpak van criminaliteit, met zware straffen en het uitgangspunt dat criminaliteit nooit mag lonen.
A
Nature
B
Nurture
Slide 35 - Quiz
SGP vindt dat té veel zaken onopgelost blijven, terwijl veel daders er nog te makkelijk van af komen.
A
Nature
B
Nurture
Slide 36 - Quiz
PvdD wil dat er onderzoek gedaan wordt naar effectievere straffen op gewelddadig gedrag naar mens en dier, waardoor herhaling wordt tegengegaan.
A
Nature
B
Nurture
Slide 37 - Quiz
Welke conclusie kun je nu trekken over de relatie tussen 'links en rechts' aan de ene kant, en 'nature en nurture' aan de andere kant?