Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
De online lessen
Les 2 Rekenen met procenten
Slide 1 - Diapositive
Planning deze les
Terugblik vorige les met opdracht
Uitleg
Oefenopdracht
Afsluiting/huiswerk
Slide 2 - Diapositive
Terugblik vorige les
Goed gemaakt!
Vragen!?
Slide 3 - Diapositive
Doel: Nieuwe prijs berekenen na korting.
Slide 4 - Diapositive
In klas 1MH3 zitten 26 leerlingen. 38,46% daarvan is jongen. Hoeveel leerlingen zijn dat?
%
aantal
Slide 5 - Diapositive
Beantwoord de volgende vraag met berekening. Het voetbalstadion van FC twente heeft 30.000 plaatsen. 24% plaatsen zijn staanplaatsen. Hoeveel plaatsen zijn dat?
Slide 6 - Question ouverte
Beantwoord de volgende vraag met berekening. De gemeente Enschede heeft 22.000 inwoners. Van de inwoners woont 12% in het dorp Losser. Hoeveel inwoners zijn dat?
Slide 7 - Question ouverte
Afsluiting
MH: Het huiswerk is t/m opdracht 20.
De les erop moet heel paragraaf 6.2 af zijn.
M: Het huiswerk is t/m opdracht 46.
De les erop moet heel paragraaf 9.3 af zijn.
Slide 8 - Diapositive
Doel: Het aantal berekenen aan de hand van een procententabel.
Slide 9 - Diapositive
Stappenplan
Maak van de korting een breuk.
Bereken het eerste deel van de breuk.
Bereken het zoveelste deel.
Haal de korting van het bedrag af.
Schrijf de stappen over in je schrift.
x
Slide 10 - Diapositive
Stappenplan
Bereken hoeveel procent ze moet betalen.
Vul in de tabel in wat 100% is.
Vul de andere getallen in en tussen de percentages een 1.
Schrijf de berekening op en noteer de conclusie.
Schrijf de stappen over in je schrift.
%
Aantal
Slide 11 - Diapositive
Ga naar digitaalwisbordje.nl
Vul je EIGEN naam in bij leerling.
Vul bij kamer in: 1010
Maak de volgende som met de 4 stappen.
LET OP! Als je op de gum klikt ben je alles kwijt.
Slide 12 - Diapositive
Ga naar digitaalwisbordje.nl
Vul je EIGEN naam in bij leerling.
Vul bij kamer in: 2121
Maak de volgende som met de 4 stappen.
LET OP! Als je op de gum klikt ben je alles kwijt.
Astrid koopt een spijkerbroek van €49,95. Ze krijgt 15% korting. Bereken de nieuwe prijs.
Bereken hoeveel procent ze moet betalen.
Vul in de tabel in wat 100% is.
Vul de andere getallen in en tussen de percentages een 1.
Schrijf de berekening op en noteer de conclusie.
Slide 13 - Diapositive
Ga naar digitaalwisbordje.nl
Klik op de gum en maak de volgende som met de 4 stappen.
Een kaartje voor zwembad 'Aquadrome' kost €4,50. De prijs gaat met 20% omhoog. Bereken de nieuwe prijs.
Bereken hoeveel procent ze moet betalen.
Vul in de tabel in wat 100% is.
Vul de andere getallen in en tussen de percentages een 1.