Donderdag 4 maart 2021 Middag

• NT2
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

Donderdag 4 maart

Sport

11.30 - 12.30 uur

Woordenschat

Nieuwe woorden thema Nederland

Begrijpend lezen

Hoogwater in Nederland

Pauze

Aardrijkskunde

Presentatie maken over de provincies

Woordenschat

Vandaag leer je zes (nieuwe) woorden bij het thema Nederland.

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

het vaderland

• het land waar je geboren bent;
• het land waar je bent opgegroeid;
• wordt soms ook wel 'het moederland' genoemd.
• zin: Mijn vaderland is Nederland. Wat is jouw vaderland?

wennen

• iets gewoon gaan vinden;
• als je ergens nieuw bent, moet je allemaal nieuwe dingen leren;
• Ik wen, hij went, wij wennen;
• Zin: Toen ik vanuit mijn vaderland naar Nederland kwam, moest ik heel erg wennen aan alle nieuwe dingen die ik zag.

vlak

• een landschap zonder heuvels;
• een landschap zonder bergen;
• ander woord: plat
• zin: Nederland heeft een vlak landschap.

typisch

• Iets wat typisch is, heeft bepaalde kernmerken;
• Je herkent iets gelijk, als het typisch is;
• zin: Op de foto zie je dingen die typisch zijn voor Nederland.
  

de vlag

• een doek met verschillende kleuren;
• elk land heeft een eigen vlag;
• soms staat er ook een plaatje op de vlag;
• zin: De Nederlandse vlag is rood, wit en blauw.

de tulp

• een bloem die bloeit in de lente;
• de bloem komt eigenlijk uit Turkije, maar.......
• Veel mensen vinden de tulp een typisch Nederlandse bloem. 
• Zin: In Nederland groeien veel tulpen in het voorjaar.

Maak zinnen met de woorden.
Regels
- denk aan de leestekens en hoofdletters;
- je schrijft minimaal 3 zinnen

De woorden: het vaderland, wennen, vlak, typisch, de vlag, de tulp

Begrijpend lezen

• we lezen samen de tekst;
• we bespreken de lastige woorden;
• jullie maken de vragen;
• we bespreken de antwoorden. 

Lastige woorden

Welke titel past ook goed bij deze tekst?

1. Heel Nederland onder water
2. Problemen door hoog water
3. Water in de zee te hoog

Lees het stukje onder Overstromen.
Wat is de beste samenvatting?

1. Bijna elk jaar is er hoogwater in Nederland. Maar dit jaar is er wel erg veel water
2. Hoogwater komt bijna nooit voor in Nederland. Maar dit jaar is er wel hoogwater.
3. Natuurgebieden staan onder water. En ook weilanden, dorpen en steden.

Lees regel 20.
Daar staat: Ook het waterpeil van de rivier de Rijn is hoog.
Wat is het waterpeil?

1. de dieren in het water
2. de hoogte van het water
3. de warmte van het water

Lees regel 26.
Daar staat: Het extra water in de rivieren stroomt naar Nederland.
Wat is extra?

1. evenveel als normaal
2. minder dan normaal
3. meer dan normaal

Kijk in het stukje onder Regen en sneeuw (regel 14 tot en met 27).
Bedenk een vraag bij dit stukje.

Lees regel 38.
Daar staat: Die vinden het niet erg dat er nu veel water is.
Wie of wat zijn Die?

1. mensen
2. reeën en hazen
3. vogels

Kijk in het stukje onder Problemen (regel 28 tot en met 38).
Bedenk een vraag bij dit stukje.

Pauze

Korte pauze!

www.jeugdjournaal.nl

Spreken

We oefenen met spreken:

verleden tijd, tegenwoordige tijd en toekomende tijd.

Werk in tweetallen. Vertel wat er in je agenda staat. De andere persoon schrijft het in de agenda.

Aardrijkskunde

Nederland heeft 12 provincies.

Elke provincie heeft een eigen hoofdstad.

Elke provincie heeft een eigen vlag.

Over elke provincie kan je iets vertellen.

Opdracht:

• maak het werkblad;
• zoek de informatie op internet;
• gebruik wel je eigen woorden!
• maak een presentatie van jouw provincie;
• vertel over jouw provincie.