VIA Vervolg Thema 5 - Samenstellingen

VIA Vervolg Thema 5 - Samenstellingen
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

VIA Vervolg Thema 5 - Samenstellingen

Slide 1 - Diapositive

Doelen van de les
- Ik weet wat een samenstelling is; 
- Ik weet wanneer je een -e, -s en -er als tussenletter moet gebruiken bij een samenstelling. 

Slide 2 - Diapositive

Wat is de samenstelling?

Slide 3 - Question ouverte

-e- als tussenletter
Eindigt het eerste woord in het meervoud op -en of -s, dan schrijf je er een -e- tussen

VOORBEELD:
ziekte -> ziekten en ziektes 
samenstelling: 
ziektebeeld

Slide 4 - Diapositive

-er- als tussenletters
Eindigt het eerste woord op: -eren -> dan schrijf je -er in de samenstelling

VOORBEELD: 
kinderen + programma 
kinderprogramma


Slide 5 - Diapositive

-e- als tussenletter
Een -e- in een samenstelling schrijven, als er van het eerste woord maar 1 bestaat

VOORBEELD
zon -> zonnestralen
maan -> maneschijn


Slide 6 - Diapositive

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
hoogtemeter
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 7 - Quiz

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
beresterk
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 8 - Quiz

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
ladekast
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 9 - Quiz

-s- als tussenletter
Bij twee zelfstandige naamwoorden -> een -s als tussenletter -> je hoort de letter in het woord

VOORBEELD:
jongen + droom ->  jongensdroom
tasje + dief ->   tasjesdief


Slide 10 - Diapositive

OPDRACHT
Maak opdracht 11 t/m 16 in je boek. (blz. 128 en verder)

Studiemeter: 
Thema 5: Spelling en grammatica

Slide 11 - Diapositive

Ik weet hoe je samenstellingen schrijft.
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Sondage