Grammatica les 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Grammatica - zinsdelen

Onderwerp 
&
Werkwoordelijk gezegde

Onderwerp

Hoe vind je het onderwerp?

klassikale vraag

Zin vragend maken

1. Zoek de pv

2. wie/wat + pv?
3. antwoord = onderwerp

uitleg geven

Het huis heeft een tuin met veel bloemen. 

wat is hier het onderwerp? gebruik de wie/wat regel

Enkelvoud / meervoud

1.  Zoek de pv
2. verander de pv naar enkelvoud/meervoud
3. het zinsdeel dat mee verandert = onderwerp

uitleg geven

In de achtertuin heeft de timmerman een houten tuinhuisje gebouwd.

wat is het onderwerp? gebruik de meervoud/enkelvoud regel

Wie heeft zijn huiswerk niet gemaakt?

Hoe zoek je nu het Ow? het is namelijk al een vraagzin

Wat is het onderwerp in deze zin?

De leerlingen luisteren naar de leraar.

1. luisteren
2. de leraar
3. De leerlingen

Werkwoordelijk gezegde

wg = pv + andere werkwoorden

De 12-jarige Duitse Alexa heeft een Guinness Record gevestigd.

Noteer het werkwoordelijk gezegde:
De viervoeters moesten op hun achterpoten lopen.

Let op!

Mijn broer en ik zijn elke middag aan het gamen.

als de woordjes 'te' of 'aan het' voor een werkwoord staan, horen 'te' en 'aan het' ook bij het werkwoordelijk gezegde.

Noteer het werkwoordelijk gezegde:
Patrick zit op de bank zijn favoriete boek te lezen.

Noteer de persoonsvorm.

Gisteren heeft zijn opa een vakantie geboekt.

Een persoonsvorm is altijd een ...

Hoe vind je zinsdelen?

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Noteer: pv, ow, wg.
Aan het einde van de les kan iedereen zinnen ontleden.

Huiswerk voor maandag 16 oktober

Opdracht 1 t/m 4      blz. 209