Oefenvragen: Bevolking en ruimte in Nederland

Oefenvragen 
Bevolking en Ruimte in Nederland
✔Check je leerdoelen door het maken van de oefenvragen.
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Oefenvragen 
Bevolking en Ruimte in Nederland
✔Check je leerdoelen door het maken van de oefenvragen.

Slide 1 - Diapositive

Bron 1 en 2
Bron 1 De bevolkingsontwikkeling van Nederland
Er worden gemiddeld per dag ongeveer 470 kinderen geboren. Daar staat tegenover dat er gemiddeld 390 mensen per dag overlijden. Verder vestigen zich gemiddeld circa 440 immigranten per dag in Nederland, terwijl er 395 emigranten per dag vertrekken.
Naar: CBS 2014 

Bron 2 Bevolkingsteller 
Nederland telt    16.882.415    inwoners op dinsdag 7 oktober 2014
Naar: CBS 2014



Slide 2 - Diapositive



Gebruik bron 1.
 Wat is de natuurlijke bevolkingsgroei per dag? Kies uit:
A
45
B
80
C
440
D
470

Slide 3 - Quiz



Gebruik bron 1.
Wat is de sociale bevolkingsgroei per dag? Kies uit:
A
45
B
80
C
440
D
470

Slide 4 - Quiz



Gebruik nu bron 1 en bron 2 samen.
 Reken uit hoeveel mensen er op woensdag 8 oktober 2014 in Nederland woonden. Ga uit van het gemiddelde. Schrijf ook je berekening op.

Slide 5 - Question ouverte

Bron 3 en 4
Bron 3 In 2040 ruim een miljoen inwoners meer
Nederland telde in 2014 ongeveer 16,8 miljoen inwoners. Volgens het CBS zullen dat er in 2040 ongeveer 17,8 miljoen zijn. Maar de bevolkingsgroei zal niet gelijk verdeeld zijn over ons land.
Bron 4 CBS: Meeste Nederlandse gemeenten groeien door 
De gemeente met de grootste verwachte stijging van de bevolkingsgroei tot 2040 is Muiden met 53 procent. De gemeente Delfzijl maakt zich grote zorgen. De bevolking zal met maar liefst 31 procent afnemen.

Slide 6 - Diapositive

Bron 3 en 4 gebruiken:
Meer dan de helft van de Nederlandse gemeenten zullen de
komende 30 jaar meer inwoners krijgen. Voor 40 procent van de gemeenten wordt juist een bevolkingsafname verwacht.
In welk deel van Nederland groeit het inwoneraantal de komende 30 jaar? Kies het beste antwoord:

A
Gelderland en Overijssel
B
Groningen en Friesland
C
Utrecht en Flevoland
D
Zeeland en Limburg

Slide 7 - Quiz

gebruik bron 3 en 4
In 2012 telde de gemeente Delfzijl 26.300 inwoners. In 1995 waren dat er nog 30.744.
Waarom is er bevolkingskrimp in gebieden zoals de regio Delfzijl? Kies uit:

A
Delfzijl ligt erg ver van het economisch centrum van Nederland (de Randstad). Het is door de grote afstand voor veel bedrijven niet erg aantrekkelijk om zich in Delfzijl te vestigen
B
Delfzijl ligt te midden van uitgestrekte natuurgebieden zoals de Waddenzee. Er is daardoor maar weinig ruimte voor de bouw van nieuwe wijken om de suburbanisatie vanuit de stad Groningen op te vangen.
C
De lonen voor arbeiders in de industrie liggen in de regio Delfzijl veel lager dan in de rest van Nederland. Daarom trekken de mensen weg naar gebieden waar ze meer kunnen verdienen
D
De vergrijzing neemt sterk toe in de gemeente, maar er zijn bijna geen voorzieningen voor bejaarden. Daardoor trekken vooral de oudere mensen weg naar de grote steden.

Slide 8 - Quiz

De afname van de bevolking heeft een aantal gevolgen voor een gebied.
Noem twee gevolgen van bevolkingskrimp voor een gebied.

Slide 9 - Question ouverte

Bron 5
 Almere, groeistad in Flevoland

Almere telt bijna 200.000 inwoners. Het is een van de snelst groeiende steden in Nederland. De stad grenst aan de gemeenten Lelystad en Zeewolde. Bovendien ligt Almere aan het Gooimeer, IJmeer en Markermeer. De eerste woningen in Almere waren af in 1976.


Slide 10 - Diapositive


Volgens het CBS zal in alle gemeenten het aantal 65-plussers tot 2040 toenemen. In Almere in Flevoland wordt de sterkste groei van het aantal bejaarden verwacht.
Waarom zal juist in zo’n nieuwe stad als Almere de vergrijzing zo sterk zijn? Kies uit:

A
De mensen uit de dorpen in Flevoland zijn naar Almere getrokken, omdat de kleine winkels daar moesten sluiten.
B
Er kwamen bij de bouw van Almere vooral jonge gezinnen naar deze stad. Veel kinderen gingen toen ze volwassen werden ergens anders studeren en werken. De ouders zijn gebleven
C
Er verhuizen steeds meer ouderen vanuit de Randstad naar Almere vanwege de rust en de ruimte in de provincie Flevoland
D
Er zijn in het verleden vooral veel 50-plussers in Almere gaan wonen. Die zijn nu oud en grijs geworden.

Slide 11 - Quiz

Bron 6 Bevolkingspiramides staan vier bevolkingspiramides. De piramides horen alle vier bij Nederland. Er staan alleen geen jaartallen bij. Welk jaartal hoort bij welke bevolkingspiramide? Maak hiervoor de sleepvraag op de volgende dia.

Slide 12 - Diapositive

1950
1980
2010
2040

Slide 13 - Question de remorquage


Na 1950 is er veel veranderd als je kijkt naar de verdeling van jonge en oude mensen in de Nederlandse bevolking. Het aandeel van ouderen is groter geworden. Een van de oorzaken voor die vergrijzing is de naoorlogse geboortegolf.
Wat is het Engelse woord voor geboortegolf?

Slide 14 - Question ouverte

Leg uit wat de geboortegolf van net na de oorlog (1950) te maken heeft met de vergrijzing van nu.

Slide 15 - Question ouverte

Noem twee andere oorzaken voor de vergrijzing in Nederland

Slide 16 - Question ouverte

Na jaren van afname nam de bevolking van de grote steden vanaf 1980 weer toe.
Waardoor werd deze groei van het aantal inwoners in de grote steden mogelijk gemaakt? Kies uit:

A
Door de stijgende prijzen van de huizen in het landelijk gebied. Zoveel mensen wilden buiten de grote steden wonen dat de huizen buiten de steden steeds duurder werden. Veel mensen konden die huizen niet meer betalen en moesten wel weer in de steden gaan wonen.
B
Door het groter worden van de gezinnen. In het landelijk gebied moeten ouders hun kinderen vaak met de auto naar de sportclub of muziekles brengen. In de stad liggen dit soort voorzieningen dichterbij en kunnen de kinderen met de fiets weggebracht worden
C
Door vernieuwing van het ruimtegebruik. Dat is de inrichting van stad en platteland voor wonen, werken, verkeer, recreatie en andere functies. het werd weer leuk om in de stad te wonen, in de buurt van werk, voorzieningen en recreatiemogelijkheden

Slide 17 - Quiz

Bron 9 Zeven miljard bewoners
In 2011 zag de zeven miljardste aardbewoner het levenslicht. De verwachting is dat we in 2024 al rond de acht miljard zitten. Indrukwekkend, zeker als we bedenken dat er dagelijks gemiddeld 200.000 extra wereldbewoners bij komen.
Bron 9 gaat over bevolkingsgroei in de wereld.
Over welke soort bevolkingsgroei gaat de bron? Kies uit:
A
Natuurlijke bevolkingsgroei
B
Sociale bevolkingsgroei

Slide 18 - Quiz



Tijdens de periode van suburbanisatie verhuisden ook fabrieken uit het centrum van de steden.
Wat was geen belangrijke reden voor de verhuizing van fabrieken? Kies uit:
A
Betere bereikbaarheid aan de rand van de stad.
B
Goedkopere grond voor uitbreidingen aan de rand van de stad.
C
Groter verzorgingsgebied aan de rand van de stad.
D
Minder stank- en geluidsoverlast aan de rand van de stad.

Slide 19 - Quiz

De vier grote steden in Nederland hebben elk hun eigen specialisaties.

I Banken, verzekeringsbedrijven, luchthavenactiviteiten, musea, theater, toerisme
II Havenactiviteiten, onderwijs, voetbal
III Onderwijs, kantoren en handel, jaarbeurs, knooppunt van spoorwegen en autoverkeer
IV Bestuur en rechtspraak, musea, cultuur

De Romeinse cijfer IV hoort bij de stad; kies uit.
A
Rotterdam
B
Amsterdam
C
Den Haag
D
Utrecht

Slide 20 - Quiz

Na 1870 trokken veel mensen naar de stad. De steden breidden uit met veel nieuwe woonwijken. Dit noem je …a… ofwel verstedelijking. Na 1960 waren veel mensen de drukte in de stad zat en verhuisden de stad uit. Dit noem je …b…. Dat mensen uit de stad konden verhuizen had met twee factoren te maken: welvaart en …c…. De gevolgen hiervan waren dat het platteland verstedelijkte. Dorpen en steden groeiden aan elkaar vast. Er ontstonden dus…d….. en later zelfs stedelijke gebieden. Een ander woord voor een stedelijk gebied is een …e…. Tot 1980 daalde de bevolking van de steden, daarna volgde een periode van …f…. Het was weer aantrekkelijk om in de stad te wonen

Welke woorden komen op de plaats van de letters a t/m f? kies de juiste volgorde
A
suburbanisatie - urbanisatie - rijkdom - buitenwijken - Randstad - reurbanisatie
B
urbanisatie - suburbanisatie - mobiliteit - agglomeraties - stedelijke zone - reurbanisatie
C
reurbanisatie - suburbanisatie - auto's - stadsdorpen - stedelijke zone - urbanisatie
D
migratie - urbanisatie - infrastructuur - segregatie - megastad - suburbanisatie

Slide 21 - Quiz

Oorzaken van de vergrijzing in Nederland zijn de volgende:
a. aantal ouderen is toegenomen
b. er worden meer kinderen geboren
c. de vergrijzing wordt versterkt doordat mensen langer leven
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quiz

Met de babyboom bedoelen we een periode met lage geboortecijfers.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quiz

Er zijn vier groepen immigranten in Nederland na 1965:
a. gastarbeiders
b. Surinamers/Antillianen
c. vluchtelingen
d. seizoensmigranten
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

De kinderen die tussen 1945 en 1965 werden geboren bereiken vanaf 2010 de leeftijd van 65 jaar.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quiz

De drempelwaarde is het maximum aantal klanten dat een voorziening nodig heeft om te kunnen bestaan.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

Veel mensen verlieten de stad door de volgende oorzaken / redenen: te kleine woning, nauwe straten zonder groen en te weinig parkeer- en speelgelegenheid.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quiz

Door de daling van de welvaart en de toegenomen mobiliteit konden mensen verhuizen naar de dorpen rond de stad.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quiz

De redenen voor de re-urbanisatie waren:
a. meer winkels en uitgaansmogelijkheden in de binnensteden
b. verandering van verlaten fabrieksterreinen en oude havengebieden in luxe woongebieden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quiz

Congestie is als wegen verstopt raken door de verkeersdrukte.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quiz

Maatregelen om het vliegtuiglawaai door Schiphol te verminderen zijn:
a. geen woningen bouwen waar teveel lawaai is.
b. vliegroutes ontwerpen die zo min mogelijk over woonwijken gaan.
c. vliegtuigen die te veel lawaai maken worden geweerd.
d. meer toestaan van stillere vliegtuigen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quiz

✔ Leerdoelen gehaald? Ja? ➡ Goed gedaan!
✔ Ging nog niet alles goed? ➡ Ga dan opnieuw aan de slag met de onderwerpen die je niet goed snapt..

Slide 32 - Diapositive