IMPROVISATIE | LES 3 Voorbereiding toets improvisatie


communicatie les 3
krukken in een kring
tas onder digi-bord
321-> stilte

Vandaag:
-Dagopening
- WUP 
- spel
- afsluiting

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
DramaMBOMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1-3Studiejaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon


communicatie les 3
krukken in een kring
tas onder digi-bord
321-> stilte

Vandaag:
-Dagopening
- WUP 
- spel
- afsluiting

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is belangrijk bij improviseren?

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is belangrijk bij improviseren?
  • Goed luisteren naar elkaar.
  • Niet bang zijn om fouten te maken.
  • Spelaanbod accepteren ("ja, en..!").
  • De ander helpen schitteren, niet alleen jezelf.
  • Je fantasie durven gebruiken.
  • Plezier hebben in het spel.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Improvisatiekwaliteiten: Waar let ik op?
  • Snel duidelijk maken van de wie, wat en waar.
  • Spelaanbod accepteren en niet blokkeren.
  • Spelsituaties uitbeelden m.b.v. fysiekhouding, gebaren, mimiek en
    stem
    . Hierbij maak je gebruik van je verbeelding.
  • Creativiteit: spannende, verrassende, grappige momenten.
  • Je bent goed verstaanbaar en zichtbaar.
  • Je bent geconcentreerd aan het spelen en je blijft in je rol.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Warming-Up: Inspringspel

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Speloefening: inspringspel
  • Kring met twee spelers in het midden. 
  • Zij beginnen een scène in een houding:
    Maak in je spel de 3W's snel duidelijk.

  • Klap in je handen als je de 3W's denkt te weten: de spelers bevriezen.
  • Als de 3W's kloppen dan wisselen de spelers.

  • Neem de eindhouding over en speel een nieuwe scène met 3 nieuwe W's.

Slide 6 - Diapositive

Doel: Spelers trainen het snel duidelijk maken van de wie, wat en waar.

Tips:
- Wees streng bij het beoordelen van de juistheid van het antwoord. Is van beide spelers de wie duidelijk gemaakt bijvoorbeeld? Dit traint de leerlingen in het uitspelen van alle spelgegevens.
Speloefening: Wordt vervolgd

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Speloefening:
Wordt vervolgd
  • 2 duo's spelen dezelfde scène. Duo A speelt het begin en einde
    Duo B speelt het midden.

  • Begin: 3 W's duidelijk maken.
    Midden: Opbouw conflict.
    Einde: Oplossing. Hoe loopt het af?

  • Docent geeft wissel aan.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Speltoets (oefenen): Draaideur
Belangrijke afspraken:
- Als publiek ben je stil tijdens een scène.




Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Speltoets (oefenen): Draaideur
  • 4 spelers staan in een vierkant. De voorste 2 spelen hun scène. Je speelt dus 2 verschillende scènes met 2 andere spelers. 

  • Maak de wie, wat, waar snel duidelijk en zorg voor conflict in je scène.

  • Bij +1 of -1 draait de deur en zien wij een andere scène. Je speelt verder waar je scène is gebleven.

Slide 10 - Diapositive

Voor het oefenen (zeker met beginners):
Spreek af dat elk duo 3x speelt. De docent wisselt op afgesproken momenten:
- Wanneer het begin van de scène duidelijk is (wie, wat en waar).
- Wanneer het midden van de scène op een hoogte punt is (opbouw conflict).
- Wanneer de scène tot een einde komt  (oplossing). Laat de spelers weten dat zij de scène mogen afronden.
OPWARMER | NAMENBAL
Afronding les 3
      
Waar wordt tijdens de speltoets op gelet? (Improvisatiekwaliteiten).

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Improvisatiekwaliteiten: Waar let ik op?
  • Snel duidelijk maken van de wie, wat en waar.
  • Spelaanbod accepteren en niet blokkeren.
  • Spelsituaties uitbeelden m.b.v. fysiekhouding, gebaren, mimiek en
    stem
    . Hierbij maak je gebruik van je verbeelding.
  • Creativiteit: spannende, verassende, grappige momenten.
  • Je bent goed verstaanbaar en zichtbaar.
  • Je bent geconcentreerd aan het spelen en je blijft in je rol.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions