H5.2 Gemiddelde snelheid

5.2 Gemiddelde Snelheid
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 16 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

5.2 Gemiddelde Snelheid

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
5.2.1 Je kunt de gemiddelde snelheid van een voorwerp berekenen.
5.2.2 Je kunt snelheid in m/s omrekenen naar km/h.
5.2.3 Je kunt de afstand berekenen die een voorwerp in een bepaalde tijd aflegt.
5.2.4 Je kunt de reistijd uitrekenen als de afstand en snelheid bekend zijn. (PLUS)

Slide 2 - Diapositive

De gemiddelde snelheid berekenen
De gemiddelde snelheid geeft een goede indruk van hoe snel iets of iemand beweegt. Je kunt de gemiddelde snelheid berekenen door de afgelegde afstand te delen door de benodigde tijd:

gemiddelde snelheid =
met daarin:
• de gemiddelde snelheid in meter per seconde (m/s);
• de afstand in meter (m);
• de tijd in seconde (s).
Als je de afstand invult in kilometers en de tijd in uren, krijg je de gemiddelde snelheid in kilometer per uur (km/h). M/s en km/h zijn eenheden van snelheid.



tijdafstand

Slide 3 - Diapositive

Wat is snelheid?
Snelheid heeft te maken met de grootheden Afstand en Tijd
Afstand (s): aantal kilometers/ meters tussen twee plaatsen
Tijd (t): aantal uren/minuten/ seconden dat je over een afstand doet.
Snelheid (v): afstand die je in een seconde of uur of minuut aflegt. 

Slide 4 - Diapositive

Vraag
Ik fiets 50 meter in 5 seconden. 
Wat is mijn gemiddelde snelheid?

Slide 5 - Diapositive

Gemiddelde snelheid
Om de gemiddelde snelheid te berekenen moet je twee grootheden weten:
De afgelegde afstand
De tijd die nodig was om de afstand af te leggen. 

    Hoe reken je minuten om naar uren?
1. Schrijf de tijd op in minuten
2. Deel het aantal minuten door 60. 
3. Het antwoord is de tijd in uren. Schrijf het antwoord op en zet de eenheid h erbij. 
    Hoe reken je minuten om naar seconden?
1. Schrijf de tijd op in minuten
2. Vermenigvuldig het aantal minuten met 60. 
3. Het antwoord is de tijd in seconden. Schrijf het antwoord op en zet de eenheid s erbij. 
Bij een afstand in meter hoort een tijd in seconde. 
Bij een afstand in kilometer hoort een tijd in uur. 

Slide 6 - Diapositive

Hoe reken je snelheden om?
Soms moet je de snelheid in m/s omrekenen naar km/u of andersom. 

=11hkm=3600s1000m=3,61
1 km/h
m/s

Slide 7 - Diapositive

Voorbeeld:
Een cheeta spring achter een gazelle na over een afstand van 200 meter. Dit doet zij in 12,5 seconde. 
a)Wat is haar gemiddelde snelheid in m/s?
b) en in km/h?

Slide 8 - Diapositive

Stappen
1: Gegeven: 
2: Gevraagd: 
3: Formule:
4: Berekening:
5: Antwoord: 
 
afstand = 200 meter
tijd = 12,5 seconden
1
Snelheid in m/s 
2a
snelheid = afstand/tijd
3a
m/s x 3,6 = km/h
3b
Snelheid in km/h
2b
200 m / 12,5 s = 16 m/s
4a
 16 m/s * 3,6 = 57,6 km/h
4b
16 m/s
5a
57,6 km/h
5b

Slide 9 - Diapositive

De Thalys is een hogesnelheidstrein. De Thalys legt de afstand Parijs-Amsterdam af in 2 uur en 40 minuten. Die afstand is ruim 400 km. De hoogste snelheid van de Thalys is 300 km/h. De trein kan niet overal zo hard rijden. Wat is de gemiddelde snelheid van de Thalys over het traject Parijs-Amsterdam?


1. Gegeven
2. Gevraagd
3. Formule
4. Berekening
5. Antwoord  
  
400 km in 2h en 40 m. 
s = 400 km
t = 2 h 40 m
minuten omrekenen naar uur
40 minuten = 40/60 uur = 0.67 uur
2 uur en 40 minuten is dus 2,67 uur. 
Gemiddelde snelheid
De gemiddelde snelheid is 150 km/h

Slide 10 - Diapositive

Tip! Afdekdriehoekje. 
6 = 2 x 3
2 = ?
3 =? 
2 = 6 / 3
3 = 6 / 2

Slide 11 - Diapositive

De afstand en tijd berekenen
Snelheid =
tijdafstand
Afstand = Snelheid x tijd 
Tijd =
snelheidafstand

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Het winnende hondje legde 200 meter af in een halve minuut.
 a) Wat is zijn gemiddelde snelheid in m/s?
b) En in km/h?


1: Gegeven:

2: Gevraagd:

3: Formule:  

4: Berekening: 
Afstand: 200 meter
Tijd: 0,5 m
1
Snelheid in m/s
2a
Snelheid in km/h
2b
Snelheid = afstand/tijd
3a
Snelheid in m/s *3,6 = snelheid in km/h

3b
één minuut = 60 seconden
0,5 minuut = 30 seconden
200 meter / 30 seconden = 6,7 m/s
4a

6,7 m/s x 3,6 =24,1 km/h
4b

Slide 14 - Diapositive

Het hondje dat als tweede eindigde had een snelheid van 6,5 m/s over de 200 meter. Hoeveel seconde heeft dit hondje gedaan over de afstand?


1: Gegeven:

2: Gevraagd:

3: Formule:  

4: Berekening: 
Afstand: 200 meter
Snelheid: 6,5 m/s
1
Tijd in seconden
2
Tijd = afstand/snelheid
3
200 / 6,5 = 30,7 s
4

Slide 15 - Diapositive

Aan het werk!
Wat? 5.2 Gemiddelde snelheid - opdrachten 1 t/m 12
 Waar? In Magister.me in de studiewijzer TruA mens en natuur. 
De foto nodig voor opdracht 10 (vraag 1) zit in je mapje.
Hoe? Als het bord op rood staat werk je alleen en in stilte.
Als het bord op groen staat mag je fluisterend overleggen met je buurman. 
Heb je vragen? Steek je hand op en ik kom bij je. 
Klaar? Kijk het dan na!
Tijd over? Maak de plus opdrachten. 

timer
1:00

Slide 16 - Diapositive