Botten en spieren, blok 1.2

• AFP
• MBO
• Studiejaar 1

Botten

schedel: cranium

hersenschedel: cranium cerebrale

voorhoofdsbeen: os frontale

wandbeen (2): os parietale

slaapbeen (2): os temporale

achterhoofdsbeen: os occipitale

zeefbeen: os ethmoidale

wiggebeen: os sphenoidale

aangezichtsschedel: cranium viscerale

2 neusbeenderen: ossa nasales

traanbeen (2): os lacrimale

jukbeen (2): os zygomaticum

Ploegschaarbeen: os vomer

bovenkaak: maxilla

onderkaak: mandibula

tongbeen: os hyoideum

wervelkolom: colomna vertebralis

7 halswervels: vertebrae cervicalis, 1=atlas, 2= axis

12 borstwervels: verterbrae thoracalis

5 lendewervels: vertebrae lumbalis

5 heligbeenwervels: vertebrae sacralis

4-5 staartwervels: vertrebrae coccygeae

borstkas: thorax

24 ribben: costae

borstbeen: sternum

sleutelbeen (2): clavicula

schouderblad (2): scapula

opperarmbeen: humerus

spaakbeen: radius

ellepijp: ulna

hand: manibus

8 handwortelbeentjes: carpalia

5 middenhandsbeentjes: metacarpalia

14 vingerkootjes: phalanges

bekken: pelvis

heupbeen: os coxae

1. darmbeen (2): os ilium
2. zitbeen (2): os ischium
3. schaambeen (2): os pubis

heiligbeen: os sacrum = vertebrae sacrales

staartbeen: os coccygis = vertebrae coccygeae

dijbeen: femur

knieschijf: patella

scheenbeen: tibia

kuitbeen: fibula

voet: pes

7 voetwortelbeentjes: tarsalia

5 middenvoetsbeentjes: metatarsalia

14 teenkootjes: phanlanges

Spieren

kauwspier: musculus masseter

slaapspier: m. temporalis

wangspier: m. buccinator

tongspier: m. hyoglossus

(rechte oogspieren (4): m. rectus superior en inferior)

schuine oogspieren (2): musculus bulbi

rugstrekker: m. erector spinae

monnikskapspier: m. trapezius

m. sternocleidomastoidius: halsspier

spierteugels van het tongbeen

brede rugspier: m. latissimus dorsi

grote borstspier: m. pectoralis major

kleine borstspier: m. pectoralis minor

tussenribspieren: m. intercostales

middenrif: diaphragma

peesplaat middenrif: centrum tendineum

middenrifspier: saeptum transversum musculus

rechte buikspier: m. rectus abdominis

dwarse buikspier: m. transversus dominis

binnenste schuine buikspier: m. obliquus internus abdominis

buitenste schuine buikspier: m obliquus externum abdominis

bekkenbodem spieren: diaphragma pelvis

deltaspier: m. deltoidius

tweehoofdige armspier: m. biceps brachii

driehoofdige armspier: m triceps brachii

spieren die de hand optillen en de vinger strekken

spieren die de vingers en de hand buigen

grote bilspier: m. gluteus maximus

darmbeen-lendespier: m. iliopsoas

vierhoofdige dijspier: m. quadriceps femoralis

hamstrings: 

1. tweehoofdige dijspier: m. biceps femoralis
2. halfpeesachtige spier: m. semi-tendinosus
3. halfvliezige spier: m. semi-membranosus

voorste scheenbeenspier: m. tibialis anterior

driehoofdige kuitspier: m. triceps surae