5V periode 2 (24-25)


SPAANS
5 VWO


Periodo 2
1 / 51
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 51 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon


SPAANS
5 VWO


Periodo 2

Slide 1 - Diapositive

  • Start P2
  • Inkijken toets TW1
  • Escribir frases
  • Se impersonal
  • Historias de cronopios y famas
Semana 1
18 nov - 22 nov

Slide 2 - Diapositive

  • Ga naar alkwin.remindotoets.nl
  • Bekijk je toets (filter eventueel op foute antwoorden)
  • Kijk of je nog punten zou moeten krijgen (accentfout, 1 letter fout,  herhalingsfout, etc). 
  • Verzamel al je opmerkingen en steek dan pas je hand op. De docent komt langs met pen en papier en zal jouw opmerkingen noteren. (Hierna zal je docent alles verwerken en de uiteindelijke cijfers in Magister zetten). 
  • Klaar? Vertalen zinnen P2.
Toets inzage TW 1

Slide 3 - Diapositive

¿Qué?
Je start met een introductieopdracht om je kennis te laten maken met een onderdeel van de Latijns-Amerikaanse literatuur. 

¿Cómo?
Zachtjes overleggen met je buurman/vrouw

¿Objetivo?
Je maakt kennis met de Latijns-Amerikaanse literatuur, 
je oefent met de taal en hebt hopelijk enigszins plezier in de te lezen verhaaltjes. 

¿Tiempo?
30-60 minutos
Historias de cronopios y famas

Slide 4 - Diapositive

28 de noviembre 
- Pruebas
- Hacer frases
-  Se impersonal 
- Acabar tema 1: Descubrimiento de América 


Slide 5 - Diapositive

¿Qué vamos a hacer en el período 2?
Pruebas
16 DECEMBER:   Toets zinnen schrijven capítulo 2
Voca toets 2/4 (zinnen schrijven)
PA capítulo 2 (alle woorden N-S)
EB p.5 voorzetsels (N-S & S-N)        
EB p.6-10 gevoels- en structuurwoorden (S-N)
EB p.12 werkwoorden 1-40 (S-N)  
(in tijden: presente/futuro simple/ condicional/indefinido/imperfecto)   

  • Toetsweek 2:   Literatuurtoets (op papier)

Slide 6 - Diapositive

  1. Zoek en schrijf eerst alle losse woorden op die je nodig hebt
  2. Bepaal in welke tijd de zin staat. In deze tijd zet jij je hoofdwerkwoord (nl hulpwerkwoorden laat je weg).
  3. Per (bij)zin vervoeg je 1 werkwoord, net als in het Nederlands.
  4. Tijds-en/of plaatsbepaling staat voor- of achteraan de zin.
  5. Zorg dat de elementen die iets over elkaar zeggen, in het Spaans ook bij elkaar staan.
  6. Een vraagzin is hetzelfde als een gewone zin, alleen zet je er nu vraagtekens bij, zowel aan het begin als aan het einde van de zin.
  7. Let op bij alle woorden die iets over een zelfstandig naamwoord zeggen, deze pas je aan (mnl/vrl + enk/mv). Bijvoorbeeld 'la tortuga divertida'. 
  8. Het bijvoeglijk nw staat áchter het zelfst.nw, behalve met hoeveelheden (veel, weinig, 101.. ). 
  9. Gebruik bij het ww 'zijn' altijd de top 3 van 'hay/estar/ser'.
9 Tips bij het schrijven van zinnen

Slide 7 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


¡Para empezar!
2. Heb jij vorige week Juan een aardappel cadeau gegeven?


1. In ons dagelijks leven eten we veel groenten, daarom geven we vandaag de dag veel geld (dinero) uit aan (en) voeding. 


Slide 8 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


Respuestas
2. Heb jij vorige week Juan een aardappel cadeau gegeven?
¿Regalaste una patata a Juan la semana pasada?
1. In ons dagelijks leven eten we veel groenten, daarom geven we vandaag de dag veel geld (dinero) uit aan (en) voeding. 
En nuestra vida cotidiana comemos muchas verduras, por eso gastamos mucho dinero en alimentación hoy en día. 

Slide 9 - Diapositive

  • Waar kennen we 'se' van in het Spaans?


  • Respuesta: wederkerende werkwoorden (bijv. ducharse / llamarse / peinarse..) 

  • Voorbeeld: Se ducha = hij/zij/u doucht (zich)
  • Voorbeeld: Se duchan = zij/u (mv) douchen (zich)





Se impersonal

Slide 10 - Diapositive

  • In het Spaans hebben sommige constructies geen grammaticaal onderwerp. Dat betekent dat het niet duidelijk is wie/wat iets doet in de zin. Het zijn vaak ‘algemene’ uitspraken, zoals: 

  • En Argentina, se come mucha carne. = ‘in Argentinië eten ze veel vlees/in Argentinië eet men veel vlees.’ 

  • Zoals je ziet, is er in de Spaanse zin niet echt een onderwerp. Het is niet duidelijk wie er veel vlees eet, ‘ze’ eten dat, of men eet dat. Maar wie zijn ze? Wie is men? Omdat je dat niet weet, en het over een algemene uitspraak gaat, gebruik je de ‘construccion impersonal.’ 


Se impersonal

Slide 11 - Diapositive

  • Deze constructie vorm je altijd door ‘se’ met een werkwoord. Enkele voorbeelden:

  • En España se cena bastante tarde.
  • Las empanadas se fríen en aceite muy caliente.

  • Zoals je ziet, gebruiken we in de ene zin het werkwoord in het enkelvoud, en in de ander in het meervoud. De regels hiervoor vind je op de volgende dia. 



Se impersonal

Slide 12 - Diapositive

ZNW ENKELVOUD --> SE + VERBO EN SINGULAR
Primero se calienta el aceite
'El aceite' is enkelvoud en daarom gebruiken we se calienta.

ZNW MEERVOUD --> SE + VERBO EN PLURAL
Se echan las patatas
'Las patatas' is meervoud en daarom gebruiken we se echan. 

Als er geen znw is, gebruik je ook het enkelvoud van het werkwoord.
Voorbeeld: En mi casa, se cena a las nueve y media. 

Se impersonal (regels)

Klik op deze link. Maak oefeningen 1 tot en met 4. 

Slide 13 - Diapositive

¿Qué?
Lees thema 1 van je literatuur en cultuur boekje. 
Maak de bijbehorende vragen in je boekje op papier. 
De antwoorden zijn te vinden in de te lezen tekst. 
Nu gaan jullie met z'n allen aan de slag in groepjes.
Maak de opdrachten af en schrijf de antwoorden in je boek
¿Cómo?
Je mag samenwerken

¿Objetivo?
Met thema 1 maak je kennis met de Latijns-Amerikaanse literatuur. 


Literatura y cultura 
¿List@? verbuga.eu --> oefenen ww indefinido

Slide 14 - Diapositive


Na de presentatie ga je de tekst lezen uit je reader en maak je de bijbehorende vragen. Dit doe je op papier in je boekje. 




Thema 1: El descubrimiento (1492-1519)

Slide 15 - Diapositive

Semana 3
  • Practicar SE impersonal
  • 4 Zinnen schrijven 
  • PA capítulo 2  blz. 59-60 eje 2+3
  • Thema 2 literatuur beginnen lezen
  • Estudiar voca PA capítulo 2 + EB p.5-10, 12

Slide 16 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


2. Kleed jij je hetzelfde aan als (como) ik? Wat een geluk!

1. Het was een vooroordeel dat mijn buurman onbekwaam was.


Slide 17 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


Respuestas
2. Kleed jij je hetzelfde aan als(como) ik? Wat een geluk!
¿Te vistes lo mismo como yo? ¡Qué (una) suerte!
1. Het was een vooroordeel dat mijn buurman onbekwaam was.
Era un tópico que mi vecino era incapaz.

'Qué' is hier geen vraagwoord maar geeft een uitdrukking weer. Vandaar het gebruik van een accent. 

Slide 18 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


Vertaal 
2. Het was de gewoonte dat de regering deze mensen gevangen zette. 

1. Tijdens de dictatuur van 1992 leden de mensen (la gente) voortdurend honger.


Slide 19 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal 
2. Het was de gewoonte dat de regering deze mensen gevangen zette. 
Era la costumbre del gobierno  encarcelar a la gente. 

1. Tijdens de dictatuur van 1992 leden de mensen (la gente) voortdurend honger.

Durante la dictadura de 1992 la gente sufría constantemente hambre. 

Slide 20 - Diapositive

5 de diciembre
  • Traducir frases 
  • Ejercicio  de  pasados 
  • Thema 3 Cultura y Literatura  maken

Slide 21 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


¡Para empezar!
2. In de loop van de gebeurtenis veroverde hij zijn vrijheid.
1. Overtuig jij mij om me aan te kleden?


Slide 22 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


Respuestas
2. In de loop van de gebeurtenis veroverde hij zijn vrijheid.
A lo largo del acontecimiento conquistó su libertad. 
1. Overtuig jij mij om me aan te kleden?
¿Me convences (para) vestirme?

Slide 23 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


2. Hij overtuigde mij dat de oorsprong van de aardappel in El Salvador ligt. 

1. De optocht begon om kwart over twee. 


Slide 24 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


Respuestas
2. Hij overtuigde mij dat de oorsprong van de aardappel in El Salvador ligt. 
Me convenció que el origen de la patata está en El Salvador. 
1. De optocht begon om kwart over twee. 
El desfile empezó a las dos y cuarto. 

(les 1)

Slide 25 - Diapositive

  • PA capítulo 2 blz. 59 eje 2                                                  blz. 60 eje 3






¡A trabajar!

Slide 26 - Diapositive

¿Qué?
Lees thema 3 van je literatuurboekje. Maak de bijbehorende vragen in je boekje op papier. De antwoorden zijn te vinden in de te lezen tekst. 

¿Cómo?
Je mag samenwerken en overleggen zolang je ook daadwerkelijk werkt. Lukt het niet om samen aan het werk te gaan? Dan werk je alleen. 

¿Objetivo?
Je bent je kennis over de Latijns-Amerikaanse literatuur en cultuur aan het vergroten. 

¿Tiempo?
20-35 minutos
Literatura
¿List@? verbuga.eu --> oefenen ww indefinido

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

  • PA capítulo 2 eje 2+3 (klassikaal)

  • Thema 1 literatuur: lln die het gemaakt hebben, vergelijken in groepjes van 4 hun antwoorden met elkaar en vullen aan. Stel ook vragen als je twijfelt!
     Niet gemaakt? Dan nu zelfstandig maken. 




Revisar

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

9 de diciembre 

- Perífrasis verbales 
- Trabajamos
- Vamos a leer libro cultura y literatura 

Slide 31 - Diapositive

Perifrasis verbales 
1.In het Spaans zijn speciale werkwoordelijke uitdrukkingen die bestaan uit twee of meer werkwoorden.  (Tener que... Ir a ...)
2. Ze geven meer informatie over de handeling en worden vaak gebruikt om tijd, manier of reden van een handeling uit te drukken.  (empezar a estudiar/ dejar de fumar) 

3. Afhankelijk van de vorm van het tweede werkwoord (infinitief of gerundio) zijn er verschillende soorten perífrasis. (estoy habando) 

Slide 32 - Diapositive

  • Zie p. 81 van je Roze Boekje. 

  • Perífrasis verbales zijn vaste contructies. Leer het als voca. 

  • Maak opdracht A op p. 82 (onderstreep én vertaal). 


Voeg toe: 
- tener + que + infinitief = moeten ...
- hay que + infinitief = men moet ....


Perífrasis verbales

Slide 33 - Diapositive

  1. El perro comenzó a/de/por/que ladrar cuando sonó el timbre. 
  2. Tenéis a/de/por/que llamar a la profesora para cancelar la clase.
  3. Las clases dejaron a/de/por/que ser aburridas cuando cambiaron al profesor.
  4. Estás a punto a/de/por/que conseguir tu sueño.
  5. No volveré a/de/por/que llegar tarde, lo prometo.
  6. El cine de mi barrio lleva ___________ (proyectar)películas antiguas todo el verano.
  7. Los bomberos siguieron ___________ (mojar) el bosque después de extinguir el incendio.
  8. Mi abuela solía ___________ (coser) después de cenar.
  9. Cuando termine la fiesta, hay que ___________ (recoger) todo.
  10. Los perros no paran de ___________ (ladrar) cuando están en el jardín.
  11. Tengo que ___________ (ordenar) mi cuarto si quiero salir con mis amigos.
Perífrasis verbales

Slide 34 - Diapositive

  1. El perro comenzó a ladrar cuando sonó el timbre. 
  2. Tenéis que llamar a la profesora para cancelar la clase.
  3. Las clases dejaron de ser aburridas cuando cambiaron al profesor.
  4. Estás a punto de conseguir tu sueño.
  5. No volveré a llegar tarde, lo prometo.
  6. El cine de mi barrio lleva proyectando (proyectar)películas antiguas todo el verano.
  7. Los bomberos siguieron mojando (mojar) el bosque después de extinguir el incendio.
  8. Mi abuela solía coser (coser) después de cenar.
  9. Cuando termine la fiesta, hay que recoger (recoger) todo.
  10. Los perros no paran de ladrar (ladrar) cuando están en el jardín.
  11. Tengo que ordenar (ordenar) mi cuarto si quiero salir con mis amigos.
Perífrasis verbales

Slide 35 - Diapositive

¿Qué?
Lees thema 3  van je literatuurboekje. Maak de bijbehorende vragen in je boekje op papier. De antwoorden zijn te vinden in de te lezen tekst. 

¿Cómo?
Je mag samenwerken en overleggen zolang je ook daadwerkelijk werkt. Lukt het niet om samen aan het werk te gaan? Dan werk je alleen. 

¿Objetivo?
Je bent je kennis over de Latijns-Amerikaanse literatuur en cultuur aan het vergroten. 

¿Tiempo?
20-35 minutos
Literatura
¿List@? verbuga.eu --> oefenen ww indefinido

Slide 36 - Diapositive

¿Qué?
Lees tekst 1 óf 2. Maak de vragen en bespreek de laatste opdracht met je buurman/vrouw. 

¿Cómo?
Lezen doe je zelfstandig en alleen. Bij de spreekopdracht mag je overleggen. 

¿Objetivo?
Je maakt leeskilometers en leert hoe je tekst kan gebruiken om je spreekvaardigheid te verbeteren. 

¿Tiempo?
20-35 minutos
Leer y hablar
¿List@? verbuga.eu --> oefenen ww indefinido

Slide 37 - Diapositive

  • PA capítulo 2 eje 5


Klaar? Maak de online oefeningen van 'se impersonal' die je nog niet gemaakt had (zie week 1)


¿List@s? Verder met literatuur. 




¡A trabajar!

Slide 38 - Diapositive

12 de diciembre 
- Vamos a leer dos textos y a trabajarlos = leesvaardigheid 

- Vamos a comentarlos =
spreekvaardigheid 

Slide 39 - Diapositive

un edificio con forma de gallo
¿De qué trata el texto?
¿Qué te ha parecido lo más interesante?
¿Conoces algún edificio original?
¿Te gustaría alojarte en este hotel?
¿Qué piensas que cuesta una habitación en el hotel?
¿Qué atracciones turísticas hay en Holanda? Explícala. 

Slide 40 - Diapositive

PARA EL RESUMEN 
Quién/ qué 
¿Cuál es el hecho central?
Cuándo
Dónde
Por qué
Cómo: 

Slide 41 - Diapositive

15 de diciembre 

El examen del jueves 
-Hacer frases 
- Del libro PA
 

Slide 42 - Diapositive

SO VOCA
Voca toets 2/4 (zinnen schrijven)
PA capítulo 2 (alle woorden N-S)
EB p.5 voorzetsels (N-S & S-N)        
EB p.6-10 gevoels- en structuurwoorden (S-N)
EB p.12 werkwoorden 1-40 (S-N)  

(in tijden: presente/futuro simple/ condicional/indefinido/imperfecto)   

Slide 43 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


¡Para empezar!
2. Spoedig zullen de media heel machtig zijn.

1. Was het ondenkbaar dat de maatregel de moeite waard was?


Slide 44 - Diapositive

¡Para empezar!
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (PA capítulo 1)

11. Bied jij de gevaarlijke stukken aan?
¿Ofreces las piezas peligrosas?

12. Ik beken me mooi te maken 
Confieso arreglarme.
Vertaal NEDERLANDS-SPAANS (Paso Adelante capítulo 2)


Respuestas
2. Spoedig zullen de media heel machtig zijn.
Pronto los medios de comunicación serán muy poderosos.
1. Was het ondenkbaar dat de maatregel de moeite waard was?
¿Era impensable que la medida merecía la pena?

Slide 45 - Diapositive

más frases: 
1. Het zou de moeite waard zijn om elkaar op kantoor te zien
 
2. Terwijl ik mij omkleed kun je beginnen met koken 

3. Zullen ze met Kerst thuis komen? 



 

Slide 46 - Diapositive

Respuestas
1.Het zou de moeite waard zijn om elkaar op kantoor te zien
 Merecería la  pena  vernos/reunirnos  en la oficina 
2.Terwijl ik mij omkleed kun je beginnen met koken 
Mientras me visto puedes empezar a cocinar
3. Zullen ze met Kerst thuis komen? 
¿Vendrán a casa en Navidad?

 

Slide 47 - Diapositive

frases
1.Uiteindelijk zijn ze afgelopen woensdag niet gekomen. 

2. Ik zou beginnen met leren voor de toets


 

Slide 48 - Diapositive

Respuestas

1.Uiteindelijk zijn ze afgelopen woensdag niet gekomen.
Finalmente no vinieron a casa el pasado miércoles 

2. Ik zou beginnen met leren voor de toets
Empezaría a estudiar para el examen 

 

Slide 49 - Diapositive

meer oefenen voor de toets?
PASO ADELANTE, blz. 65, ejercicio 8b
blz.68 ejercicio 11, e 
blz.69 ejercicio 12, c
blz.80, ejr 27, a
blz.81 ejr 27, d 

Slide 50 - Diapositive

Deberes
Estudiar 

para el VOCA TOETS (zie studiewijzer voor de inhoud) 

NECESITAS: 
Paso Adelante (PA) 
EB = extra boekje 


Slide 51 - Diapositive