1.4 Spelling les 2
1 / 26
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
morgen begint de kermis
morgen begint de kermis
Slide 15 - Question ouverte
Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
Levi wil je die bak met potloden aangeven
Levi wil je die bak met potloden aangeven
Slide 16 - Question ouverte
Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
ik blijf vandaag thuis omdat ik schoolziek ben
ik blijf vandaag thuis omdat ik schoolziek ben
Slide 17 - Question ouverte
Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
mieke heeft veel dieren kippen schapen en honden
mieke heeft veel dieren kippen schapen en honden
Slide 18 - Question ouverte
Juist of onjuist:
Lotte zei: 'Wat een leuke jongen'.
Lotte zei: 'Wat een leuke jongen'.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quiz
Juist of onjuist:
Mees riep: Kijk uit voor die fietser!
Mees riep: Kijk uit voor die fietser!
A
Juist
B
Onjuist
Slide 20 - Quiz
Juist of onjuist:
nederlandse
nederlandse
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quiz
Juist of onjuist:
Mercedes
Mercedes
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quiz
Juist of onjuist:
Pieter Van Duinrade
Pieter Van Duinrade
A
Juist
B
Onjuist
Slide 23 - Quiz
Juist of onjuist:
Janneke de Boer
Janneke de Boer
A
Juist
B
Onjuist
