De bank betaalt

1.5. De bank betaalt
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

1.5. De bank betaalt

Slide 1 - Diapositive

Aan het eind van deze paragraaf kun je:
  • Functies van geld noemen
  • Verschillende redenen noemen om te sparen.
  • Uitleggen wat rente is.
  • Rente berekenen.
Wat gaan we leren?

Slide 2 - Diapositive

  • Creditsaldo : Positief saldo -> je krijgt geld van de bank  +

  • Debetsaldo: Negatief saldo -> je moet de bank geld betalen   -
                            Rood staan
Credit / debet saldo

Slide 3 - Diapositive

  • Ruilmiddel:       ruilen voor een product dat je wilt hebben

  • Rekenmiddel:   voor de vergelijking van prijzen

  • Spaarmiddel:    je gebruikt het niet direct, maar legt het opzij.
Functies van geld

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

  • Sparen voor een grote uitgave, een doel

  • Sparen voor een onverwachte 
      uitgave

  • Sparen voor de rente
Waarom sparen mensen?

Slide 6 - Diapositive

Sparen levert rente (interest) op. 
Rente is een beloning voor het sparen. 

De hoogte van de beloning (rente) is afhankelijk van:
  • het rentepercentage.
  • de hoogte van het spaarbedrag.
  • hoelang je al geld hebt staan op je spaarrekening.
Wat levert sparen op?

Slide 7 - Diapositive

Spaargeld =
rente
ontvangen
Lening =
rente 
betalen
Waarom bewaakt de bank jouw geld?

Slide 8 - Diapositive

Je hebt €1.000 op een spaarrekening gezet. Je krijgt 4% rente. Hoeveel rente krijg je aan het eind van jaar 1?
A
€4
B
€40
C
€400
D
geen idee

Slide 9 - Quiz

rente
Je hebt € 1.000,- op je spaarrekening staan. Je krijgt 4% rente van de bank. Hoeveel euro rente krijg je aan het eind van jaar 1? 

  • Stap 1: Reken 1% uit!
    Spaarbedrag : 100 =  Uitkomst (1%)
  • Stap 2: Vermenigvuldig met het gegeven rentepercentage 
  • Uitkomst stap 1 x rentepercentage =  rentebedrag
  • Oplossing
  • € 1.000 / 100 x 4% = € 40,-
ANTWOORDEN

Slide 10 - Diapositive

rente
Je hebt € 1.000,- op je spaarrekening staan. Je krijgt 4% rente van de bank. Hoeveel euro rente krijg je aan het eind van jaar 1? 

  • KORTE MANIER
  • 4% = 0,04  (4: 100)
  • € 1.000 x 0,04 = € 40,-
ANTWOORDEN

Slide 11 - Diapositive

Wat is de huidige spaarrente?

Slide 12 - Diapositive



Spaarrekening
  • Geen vast rentepercentage
  • Geen vaste looptijd
  • Opnemen en storten is
      altijd mogelijk
  • Eventueel bonusrente


Spaardeposito
  • Vast rentepercentage
  • Vaste looptijd
  • Opnemen en storten tijdens
     de looptijd niet mogelijk        
Spaarvormen
Flexibel!
Je kan altijd bij je geld!
Niet flexibel!
Je kan pas bij je geld na de looptijd!

Slide 13 - Diapositive

Huiswerk 
vrijdag 13 oktober 
3de uur
  • Maken toepassingsvragen 4, 5, 6, 9, 11 en12

donderdag 26 oktober
7e uur 
  • Maken rekentrainer paragraaf 5 blz 37

donderdag 9 november
7e uur  PW Hoofdstuk 1

Huiswerk

Slide 14 - Diapositive