Les 1 - persoonsvorm tegenwoordige tijd

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Werkwoordspelling

Les 1

Maak tijdens deze les aantekeningen!

Wat gaan we in deze les doen?

• Beginnen bij de basis: persoonsvorm tegenwoordige tijd
• Aan de slag met oefenopgaves 

Wat is de eerste stap die je neemt om te kijken of een werkwoord op een d of t eindigt?

1. Ik kijk in welke tijd het staat
2. Ik zoek de persoonsvorm op
3. Ik doe het op gevoel
4. Ik doe maar wat

Welke zin is goed?

1. Hij verteld een verhaal
2. Hij vertelt een verhaal
3. Hij heeft een verhaal vertelt
4. Hij heefd een verhaal verteld

Wie zijn lessen goed ....... (voorbereiden), zal er veel van opsteken.

1. Voorbereidt
2. Voorbereid
3. Voorbereit
4. Voorbereidde

De stappen

1. Is het een pv? 

•  Je vindt de pv door de tijdsproef uit te voeren 

(zin in een andere tijd zetten)

• Pv in de tt = stam of stam + t (vervang het ww door lopen, 

hoor je dan een t, dan schrijf je ook een t)

De stappen 

2. Is het geen pv?

Dan is het een:

•  Voltooid deelwoord
•  Infinitief (hele werkwoord)

Voltooid deelwoord/ infinitief

• Voltooid deelwoord: Als het werkwoord een voltooid deelwoord is, dan gebruik je  'T KoFSCHiP X

• Infinitief: Dat is het hele werkwoord

Even oefenen in je schrift.

(schrijf de zin over en onderstreep als eerst de pv)

1. Hij ........ (vertellen) een verhaal. 

2. Hij heeft een verhaal ....... (vertellen). 

3. Marije ....(vinden) de les leuk

De antwoorden

1. Hij vertelt een verhaal.

(pv, tt, stam/stam +t) 

2. Hij heeft een verhaal verteld.

(Vdw, 'T KoFSCHiP X)

3. Marije vindt de les leuk

(pv, tt, stam/stam +t)

En nu zelf oefenen!

• Je krijgt van mij een werkblad met  extra opdrachten. Je gaat deze opdrachten maken.
• Ben je klaar? Dan mag je iets voor jezelf doen op je iPad. Geen telefoon!