Engels 5.2 deel 2

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Engels

Check in de methode of je huiswerk af is.

BBL:

In je boek: 12 (in het Engels) 13, 15, 16 -> klaar? Stuur een foto

Online 14, 17, 18 + pronunciations + practise more

TL:

Online: 9 t/m 16

Wat gaan we doen:

• Samen aan de slag
• grammatica uitleg
• zelfstandig aan de slag 

Doelen:

BBL/KBL: Ik ken de present simple en kan deze toepassen

TL: Ik kan de herhalings opdrachten zelfstandig maken: Taq questions en much/ many.

Ik begrijp de grammar van “zou niet moeten” en kan deze toepassen. 

Aan de slag:

BBL: instructie

TL: Unit 5 lesson 2:  opdracht 17, pronunciations en practise more

........... grapes

1. This is
2. These are

........ a kitchen.

1. This is
2. These are

..... beautiful stars.

1. That is
2. Those are

SHIT!

I drink

You drink

He drinks
She drinks

It drinks

We drink

They drink

You drink

My brother drinks coffee.

He drinks coffee.

Present simple
They ...... (to visit) us every summer.

1. visit
2. visits

Present simple
He ..... (to call)

1. call
2. calls

How about...

My mother

my mother = she

Dus daarom:

"My mother drinks coffee in the morning."

My brother

1. She
2. He
3. We
4. It

My sister and I

1. She
2. I
3. You
4. We

Present simple
We often ........... (to talk) about or holiday.

1. talk
2. talks

Present simple
It ....... (to start) in 10 minutes.

1. start
2. starts

Present simple
He ..... (to call)

1. call
2. calls

Hoe vraag of zeg je het in het Engels?

opdracht 23

Je hebt een uitnodiging ontvangen om naar de verjaardag van je tante te gaan. Je stuurt je neef een mailtje om te zeggen dat je erbij zult zijn.

 Je gaat mij de echte mail. Ik ben dus de neef!

Wat moet er in de mail:

Begroet je neef.

Zeg dat je die dag wel kunt komen (bedenk zelf welke dag het is).

Bedenk een cadeau voor je tante en zeg dat je dat kunt kopen.

Zeg dat je je neef kunt helpen (bedenk zelf waarmee).

Zeg dat hij op je kan rekenen.

Sluit je mail af.

Aan de slag:

BBL: Unit 5: opdracht 19.2 t/m 22 + pronunciations en practise more + opdracht 23 per mail naar [e-mail] 

TL: instructie

Wat herhalen we in een short answer?

1. het (hulp)werkwoord
2. het lijdend voorwerp
3. het meewerkend voorwerp
4. het onderwerp

SHORT ANSWERS
Can you help me? Yes, ...

SHORT ANSWERS
Is your mum nice? Yes, ...

Geef de short answer op: Is that a dog? (Ja dat is zo)

Send me the email (80-100 words)

You have an invitation from your friend Carey. 

You love cooking shows and watch them a lot on TV. 

Reply to Cary's email and accept her invitation. 

Make sure you include the following points in your email.

This is the invitation

This must be in the email

1. Thank Carey for the invitation and tell her you will come.
2. Tell her how you feel about cooking shows.
3. Ask her for more information about the show: date, time, tickets?
4. Ask which friend(s) you should bring (make suggestions)
5. Ask about arranging transport – one of your parents can take you there by car.

Aan de slag en huiswerk voor 1-4:

BBL: Unit 5: opdracht 19.2 t/m 22 + pronunciations en practise more + opdracht 23 per mail naar [e-mail] 

TL: Unit 5 lesson 2: opdracht 17, pronunciations en practise more + opdracht per mail naar [e-mail] 

                            Denk nog even aan je SO van 1-4!!!!!!

Ik begreep de instructie

1. Ja
2. Nee

Welke opdracht vond je het leukste om te maken en waarom?