3K Herhaling H1 en H2 toetsweek 1

Hoofdstuk 1 & 2
Herhalingsles
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 1 & 2
Herhalingsles

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Op een vrijmarkt verkoopt Jos saté, die onvoldoende gekoeld wordt bewaard.

Welke wet wordt hier overtreden?

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Door een productiefout kan de accu van een laptop te heet worden en in brand vliegen.

Welke wet regelt dat de fabrikant de kosten van de gevolgschade moet betalen?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg uit waarom niet de winkelier maar de fabrikant aansprakelijk is voor de gevolgschade van een product dat niet goed werkt.
A
De fabrikant krijgt de winst van de verkopen.
B
De winkelier kan niet de producten in de winkel testen om te zien of ze goed werken. De fabrikant wel.
C
De winkelier mag producten verkopen die niet werken.

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je hebt twee soorten behoeften. Hoe heten deze?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke bewering is juist?
A
Olie is een schaars goed
B
In de economie noem je iets schaars als er weinig van is.

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Naast schaarse goederen zijn er ook vrije goederen.
Wat is een vrij goed?
A
Water uit een flesje
B
Kraanwater
C
Regenwater

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kweekt zelf groente voor eigen gebruik.

Welk begrip hoort bij dit voorbeeld?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leoni verdient € 3.217 per maand. In december ontvangt ze een eindejaarsuitkering. Die is 8,3% van het jaarsalaris.

Bereken hoeveel Leoni ontvangt als eindejaarsuitkering.

Slide 9 - Question ouverte

Juiste antwoord
€ 3.217 × 12 = € 38.604
8,3 ÷ 100 × € 38.604 = € 3.204,13
Hoe noem je het als jouw beste vriend(in) jou overhaalt om een ander merk sportschoenen te kopen?

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk begrip past bij de volgende omschrijving?
Je inkomsten en uitgaven op elkaar afstemmen.

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lise verhuurt haar appartement voor drie maanden omdat ze een wereldreis gaat maken.

Welk soort inkomen heeft Lise hierdoor?

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions