Examen Nederlands Argumentatie

BETOGENDE TEKST
1 / 28
suivant
Slide 1: Carte mentale
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

BETOGENDE TEKST

Slide 1 - Carte mentale

Betogende tekst (theorie 4)
analyseren en beoordelen
argumentatie-structuren
aanvaardbaarheid van argumentatie
vooronderstelling en drogredenen

Slide 2 - Diapositive

argumentatie analyseren (4.1) 63
REDENERING:

standpunt/ stelling (S), want argument (A)

argument (A) , dus stelling/standpunt (S)

Slide 3 - Diapositive

noteer stelling en argument
Het financieringstekort is nauwelijks kleiner geworden: het kabinetsbeleid is mislukt!

Slide 4 - Question ouverte

Hij heeft dit jaar met het tweede elftal grote verliezen geleden. Volgens mij wordt hij geen hoofdtrainer.

Slide 5 - Question ouverte

Ze komen zo down het café uit, het feest zal hen wel tegengevallen zijn.

Slide 6 - Question ouverte

Argumentatie structuur p. 62
Enkelvoudig
Onderschikkend (subargumenten)
Nevenschikkend (gelijkwaardige argumenten)

filmpje bekijken vanaf 7.00'

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Theorie besproken
analyseren en beoordelen
verschillende argumentatie structuren

Maak oefening 4.2
Bestudeer voor de volgende les Argumentatie p. 64-69 uit theorie 4

Slide 9 - Diapositive

4.2 Analyseer de redeneringen: benoem standpunt en argumentatiestructuren 1)

Slide 10 - Question ouverte

oefening 4.2 vraag 2
S= Wij zijn voorstanders .... het autoverkeer;
A1 = Het levert ... tien procent  en daarnaast  A2 = is een aanzienlijke ...te verwachten;
A2.1 zoals bleek  bij invoering ... in Zweden.
A3 En laten we ook ...niet vergeten.
Dus: nevenschikkende structuur, A 1 en A2 en A3 zijn onafhankelijk; Er is ook een onderschikkende structuur.

Slide 11 - Diapositive

oefening 4.2 zin 3  LET OP!
A1 = De misdadiger ... het systeem. A1.1 = Hij kan gezien worden als...het organisme; A1.2 de zware crimineel als... kwaadaardige tumor. HERHALING A1 = Vrijgelaten tast die tumor ... zoals een misdadiger zijn slachtoffers.
S = [De misdaad]  het moet dus bestreden worden.
A2 = Gevangenisstraf zou hier vertaald kunnen worden als .. de tumor.
A3 = De doodstraf betekent ... aanpak ervan.

Nevenschikkende argumentatiestructuur; A1 en A2 en A3 zijn niet gekoppeld

Slide 12 - Diapositive

oefening 4.2 vraag 4
S = Ik wil zeker niet ... aan te geven. A1 = [want] Er bestaan ...persoonlijke situatie. 
A2 = [En] Het negatieve effect ... per saldo gering. 
A3 = [En] Misschien is zelfs ... de 'witte' sector.

Nevenschikkende argumentatiestructuur; A1 en A2 en A3 zijn niet gekoppeld.

Slide 13 - Diapositive

ARGUMENTATIE P. 64-69
FEITELIJKE EN WAARDERENDE ARGUMENTATIE
VERSCHILLENDE ARGUMENTATIESCHEMA'S (vanaf 4.30')
AANVAARDBAARHEID VAN ARGUMENTATIE

FEITELIJK = OP BASIS VAN FEITEN, ONDERZOEK
WAARDEREND = NORMEN EN WAARDEN, GELOOF EN PRINCIPES

Slide 14 - Diapositive

argumentatie op basis van
autoriteit
kenmerk of eigenschap
oorzaak en gevolg
vergelijking
overeenkomst
voorbeelden
voor- en nadelen

Slide 15 - Diapositive

EEN TOETSVRAAG
LEES DE REDENERING OP PAGINA 68 ONDERAAN (TOETSVRAAG) EN HOUD DEZE ERBIJ ALS JE DE VOLGENDE TWEE VRAGEN BEANTWOORDT


Slide 16 - Diapositive

AANPAK (VUL DE ONDERSTAANDE ZINNEN AAN)
1) GA EERST OP ZOEK NAAR ....... (1) EN ....... (2)
2) KIJK DAN OF ER SPRAKE IS VAN .......(3)

Slide 17 - Question ouverte


VAN WELK SOORT ARGUMENTATIESCHEMA WORDT GEBRUIKT GEMAAKT OP DEZE UITSPRAAK KRACHT BIJ TE ZETTEN? EEN ARGUMENTATIESCHEMA OP BASIS VAN
A
KENMERKEN
B
OORZAAK-GEVOLG
C
OVEREENKOMST
D
VOORBEELD

Slide 18 - Quiz

AANVAARDBAARHEID  P. 69
KRITISCH LEZEN
RELEVANTE INFORMATIE
TOEREIKENDE INFORMATIE
IN HOEVERRE IS DEZE FEITELIJKE UITSPRAAK AANVAARDBAAR?
IN HOEVERRE IS DEZE WAARDERENDE UITSPRAAK AANVAARDBAAR?

Slide 19 - Diapositive

VOORONDERSTELLING
EEN VOORONDERSTELLING IS EEN AANNAME/HYPOTHESE
WORDT POSITIEF GEBRUIKT, MAAR OOK NEGATIEF: JE MOET ALTIJD KRITISCH BLIJVEN DENKEN EN NIET ZOMAAR IETS VOOR WAAR AANNEMEN.

MAAK OEFENING 4.3 P. 70

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

DROGREDENEN
DROGREDENEN LIJKEN WEL HEEL LOGISCH, MAAR ZIJN EIGENLIJK ALLEMAAL VOORBEELDEN VAN ONJUISTE ARGUMENTATIE.

IN JE KATERN OVER ARGUMENTEREN STAAN DE DROGREDENEN UITGELEGD.
KIJK OOK HET VOLGENDE FILMPJE VOOR MEER UITLEG.

MAAK DAARNA OPDRACHT 4.4 OP P. 74 EN 75

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

tekstfragment  (drogreden zoeken
(…) Ten derde is de medicalisering aan de prestatiemaatschappij of norisk society te wijten. We accepteren geen afwijkingen van de norm of risico’s meer. Een kind dat niet goed presteert op school, heeft ADHD of een andere psychische stoornis. Het is niet vreemd dat Thea Heeren, bestuurder van GGZ Centraal, in de praktijk ziet dat mensen de ‘kleine DSM’ (een samenvatting van het grote handboek) gebruiken om te kijken of ze een bepaalde stoornis hebben. Kunnen ze alle criteria op een checklist afvinken, dan vinden ze dat ze een ziekte hebben waarvoor ze een behandeling moeten krijgen. In de toekomst is een gezond persoon waarschijnlijk iemand wiens erfelijk materiaal nog niet onderzocht is. Diagnoses zullen steeds vroeger gesteld worden. En we zullen eisen dat aan gediagnosticeerde ziektes ook iets wordt gedaan door de medici. Maar zullen we ons niet doodongelukkig voelen, vooral als er geen behandeling voor de ziekte mogelijk blijkt? Of slikken gezonde mensen straks pillen om zich nog beter te voelen?

Slide 24 - Diapositive

“In de toekomst is een gezond persoon waarschijnlijk iemand wiens erfelijk materiaal nog niet onderzocht is.” Een kritische lezer kan in deze bewering een drogreden zien.
A
cirkelredenering
B
onjuist beroep op causaliteit
C
verkeerde vergelijking
D
overdrijven van de gevolgen

Slide 25 - Quiz

Het recht om de gordijnen te mogen sluiten
Lees onderstaande tekst: drogreden?
(6) Privacy is een pijler van de rechtsstaat. Zonder privacy belanden we in een strafrechtstaat waarin de burger is onderworpen aan de informatiemacht van de overheid of het bedrijfsleven. Een nationale DNA-database zou er mooi in passen. Koops wees er al op dat we in feite nu een paradigmawisseling beleven. Ooit verzamelde de staat alleen informatie die aantoonbaar nodig is voor de opsporing. “Tegenwoordig is het uitgangspunt bijna: zoveel mogelijk informatie verzamelen en als blijkt dat informatie niet relevant is, kan deze worden weggegooid (of bewaard voor latere doeleinden, want wie wat bewaart die heeft wat).”
(7) Het onschuldbeginsel is dan definitief geschorst. De bevolking bestaat alleen nog uit verdachten of toekomstige verdachten.

Slide 26 - Diapositive

In alinea 6 wordt een argumentatie opgezet die in alinea 7 eindigt met de volgende conclusie: “Het onschuldbeginsel … toekomstige verdachten.” (alinea 7, regels 138-141)

Welke van onderstaande drogredenen kan de kritische lezer in genoemde argumentatie zien?
A
ontduiken bewijslast
B
overdrijven voor- en nadelen
C
overhaaste generalisatie

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Diapositive