Toetsbespreking - veelgemaakte fouten - voca

Le planning pour aujourd'hui:
  • Petit test: remplissez 
  • Distribuer vos textes 
  •  (Quelques petites erreurs que j'ai souvent vues)
  • Le passé composé ou l'imparfait?
  • Regardez encore une fois vos réponses...
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Le planning pour aujourd'hui:
  • Petit test: remplissez 
  • Distribuer vos textes 
  •  (Quelques petites erreurs que j'ai souvent vues)
  • Le passé composé ou l'imparfait?
  • Regardez encore une fois vos réponses...

Slide 1 - Diapositive

Petit test
Soulignez la forme verbale correcte 

Leg hem de rest van de les even omgekeerd op de hoek van je tafel, kijk of je het aan het eind van de les nog steeds eens bent met je antwoorden.

Slide 2 - Diapositive

Distribuez vos textes
Ik geef jullie toetsen terug. 

Ik zet een timer van 10 minuten zodra ik ze heb uitgedeeld, in die tijd beantwoord ik vragen. 

Je vraag niet kunnen stellen? Mail me of zoek me later op.
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Tu vas bien? ... Vertaal:
....Met mij gaat het goed!

Slide 4 - Question ouverte

"Avec moi, ça va bien"
Néerlandicisme! 
Alternatifs: 

Moi, ça va bien.
Moi, je vais bien.
(Je vais bien.)

Slide 5 - Diapositive

En het is er mooi weer.

Slide 6 - Question ouverte

"Il y a beau temps"
het weer - le temps
Wat voor weer is het? - Quel temps fait-il? 
Ik hou van mooi weer. - J'aime le beau temps

Het is mooi weer. - Il fait beau.
Het is slecht weer. - Il fait mauvais.


Nooit: il y a / est! 

Il fait! 

Slide 7 - Diapositive

Ik ben vanavond alleen thuis...

Slide 8 - Question ouverte

🎵Je suis seule ce soir, avec mes rêves...🎵
Uitzondering ook bij: 
J'ai passé la soirée tout seul / toute seule... 
(Want het gaat over jou, niet over het doorbrengen) 

seul, seule - alleen (zonder anderen)
seulement - alleen maar, slechts

Slide 9 - Diapositive

Het was avond...

Slide 10 - Question ouverte

C'était le soir
Dat zeg je gewoon zo...

Het is avond - C'est le soir

Slide 11 - Diapositive

Er waren veel mensen.

Slide 12 - Question ouverte

"beaucoup des gens"
Woorden van hoeveelheid! 

beaucoup de
trop de 
un kilo de 

Il y avait beaucoup de gens. 

Slide 13 - Diapositive

Passé composé ou imparfait?

Slide 14 - Diapositive

Passé composé ou imparfait?
Andere manier: 

Passé composé: momentopname, verandering
Il a commencé à pleuvoir.

Imparfait: lange duur, statisch
Il pleuvait.

Slide 15 - Diapositive

Passé composé ou imparfait?
Het gaat niet om wat het is, maar waar je de nadruk op wilt leggen. Een andere werkwoordtijd verandert de betekenis: 

La police est arrivée et puis le voleur a pris la fuite.
De politie kwam aan en toen vluchtte de dief. (na elkaar)
Quand la police est arrivée, le voleur prenait la fuite.
Toen de politie aankwam, vluchtte de dief. (gelijktijdig)



Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Lien

Petit test
Kijk nu nog eens naar je antwoorden!

Wat denk je nu?

Slide 18 - Diapositive