H4 Jack the Ripper - Kijk- Luister

1 / 29
suivant
Slide 1: Vidéo interactive avec 27 diapositives
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

27

Slide 1 - Vidéo

00:29
Hoe lang is het geleden dat Jack the Ripper toesloeg?
A
Bijna 100 jaar geleden
B
Meer dan 100 jaar geleden
C
200 jaar geleden

Slide 2 - Quiz

01:28
In welk jaar begint het verhaal van Jack the Ripper?

Slide 3 - Question ouverte

01:59
Hoeveel moorden zijn er sowieso gelinkt aan Jack the Ripper?

Slide 4 - Question ouverte

03:14
Hoeveel verdachten hebben Ryan en Shane in beeld?
A
5
B
8
C
11

Slide 5 - Quiz

03:51
Hoe laat werd het lichaam van Mary Ann Nichols gevonden?
A
3.20 am
B
3.40 pm
C
3.40 am

Slide 6 - Quiz

05:38
Op welke datum werd het tweede slachtoffer gevonden? (voluit schrijven, bijv. 8 januari 2001)

Slide 7 - Question ouverte

07:27
Welke aanhef gebruikt de moordenaar in de brief aan de politie?

Slide 8 - Question ouverte

08:20
Wat geloven een hoop mensen over de brief?
A
Dat deze echt van de moordenaar afkomt.
B
Dat deze geschreven is door een journalist.
C
Dat de politie deze brief zelf heeft gemaakt.

Slide 9 - Quiz

09:04
Wat is er bijzonder aan de moord op Elisabeth Stride?
A
Hij wilde de politie in de war brengen.
B
Jack werd op heterdaad betrapt.
C
Alleen haar keel werd doorgesneden, doordat hij gestoord werd.

Slide 10 - Quiz

09:05
Hoeveel tijd zat er tussen de moord op Elizabeth Stride en het volgende slachtoffer?


a. 45 minuten
b. 45 dagen
c. 45 uur

Slide 11 - Diapositive

09:17
Hoeveel tijd zat er tussen de moord op Elizabeth Stride en het volgende slachtoffer?
A
45 minuten
B
45 dagen
C
45 uur

Slide 12 - Quiz

11:28
Welke conclusie wordt er over Jack the Ripper getrokken uit het feit dat hij juist terug richting het eerdere slachtoffer liep?
A
Hij wilde zijn werk daar nog afmaken.
B
Hij wilde zich aangeven bij de politie
C
Hij woonde wellicht in de buurt.

Slide 13 - Quiz

12:25
Wat vond de politie opvallend aan de informatie op de kaart die ze ontvangen?
A
Het was duidelijk dat dit van een oplichter kwam.
B
Er stond informatie op die nog niet bekend gemaakt was.
C
De politie wist deze informatie zelf nog niet eens.

Slide 14 - Quiz

13:51
Waar werd het laatste slachtoffer gevonden?
A
Bij Laurens op de kamer
B
in haar eigen bed
C
in een bad

Slide 15 - Quiz

15:29
Hoe oud denken ze dat Jack the Ripper was?

Slide 16 - Question ouverte

15:59
Hoeveel verdachten had Sir Melville op het oog?

Slide 17 - Question ouverte

18:26
Wat was één van de redenen dat Ostrog verdacht werd?
A
Familieleden van hem waren dokter
B
Hij had een hekel aan vrouwen
C
Hij had geen alibi voor de tijdstippen van de moorden

Slide 18 - Quiz

18:48
Op welk kledingstuk werd het DNA van Kosminski gevonden?

Slide 19 - Question ouverte

19:56
Hoeveel jaar heeft Mr Edwards aan het oplossen van de moord gewerkt?

Slide 20 - Question ouverte

23:45
Wat is het grootste bezwaar op het idee dat Jack the Ripper eigenlijk een vrouw is?
A
Alle ooggetuigen hebben het over een man
B
Een vrouw in die tijd had geen anatomische kennis,
C
Het gevonden DNA is van een man

Slide 21 - Quiz

25:35
Wat is het beroep van Patricia Cornwell, de vrouw die denkt dat Walter Sickert Jack
the Ripper is?

Slide 22 - Question ouverte

28:28
Hoe lang werd Barnett ondervraagd na de moord op Mary Kelly?


a. Twee uur
b. Vier uur
c. Zes uur

Slide 23 - Diapositive

30:25
Hoe lang werd Barnett ondervraagd na de moord op Mary Kelly?
A
Twee uur
B
Vier uur
C
Zes uur

Slide 24 - Quiz

32:32
Op welke dagen zijn de moorden gepleegd?

Slide 25 - Question ouverte

33:10
Wat is het eerstgenoemde bewijs om Maybrick te verdenken?

Slide 26 - Question ouverte

35:49
Wie van de verdachten is volgens Ryan en Shane de meest logische?

Slide 27 - Question ouverte

36:45
Is de zaak van Jack the Ripper opgelost?

Slide 28 - Question ouverte

Wie denk jij dat Jack the Ripper is?

Slide 29 - Question ouverte