424AK - Verpleegkundige zorg - periode 1 - algehele herhaling
Verpleegkundige zorg periode 1 algehele herhaling
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1
Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Verpleegkundige zorg periode 1 algehele herhaling
Slide 1 - Diapositive
Van een infectie wordt je niet altijd ziek, dit hangt af van:
A
Virulentie
B
Reactie van het immuunsysteem
C
Persoonlijke weerstand
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 2 - Quiz
Waar of niet waar: je handen moet je wassen als deze zichtbaar vuil zijn
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quiz
Welke 5 soorten micro-organismen zijn er?
Slide 4 - Question ouverte
Een micro-organisme of virus kan namelijk ons lichaam binnenkomen via verschillende besmettingswegen. Hoe wordt tuberculose overgegeven aan zorgvragers?
A
Via de lucht
B
Via een voorwerp
C
Via dieren
D
Via direct contact
Slide 5 - Quiz
Wanneer ga jij als verpleegkundige iets desinfecteren?
Slide 6 - Question ouverte
Wat is dynamische belasting?
Slide 7 - Question ouverte
Noem een voorbeeld van statische belasting
Slide 8 - Question ouverte
Juist of onjuist: fysieke overbelasting is hoe ons bewegingsapparaat belast wordt tijdens inspanning
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quiz
Juist of onjuist: bij het werken met zorgvragers kan overbelasting ontstaan door kracht, herhaling en een moeilijke werkhouding
A
Juist
B
Onjuis
Slide 10 - Quiz
Hoe zorg je ervoor dat je geen last krijgt van je rug bij het werken in de zorg?
Slide 11 - Carte mentale
De zorgvrager moet van bed naar stoel verplaatst worden. Wanneer maak jij gebruik van een actieve tillift?
A
Bij een zorgvrager met (enige) rompbalans
B
Bij een zorgvrager zonder rompbalans
C
Bij een zorgvrager die vrijwel zelfstandig is, maar onzeker
Slide 12 - Quiz
Bij diabetes kan de urine naar aceton ruiken
A
Waar
B
Niet waar
Slide 13 - Quiz
Dit observeer je bij de urine:
Slide 14 - Question ouverte
Waarom is het bijhouden van een vochtbalans zo belangrijk?
Slide 15 - Question ouverte
Bij een positieve vochtbalans dreigt:
A
Dehydratie
B
Overvulling
Slide 16 - Quiz
Vaak hebben oudere zorgvragers last van incontinentie. Wat is stressincontinentie
A
Door schade aan hersenen/zenuw/ruggenmerg. Ongewild en zonder waarschuwing trekt blaas zich samen.
B
Fysieke of cognitieve achteruitgang en hierdoor niet zelfstandig naar toilet kunnen.
C
Overvolle/overrekte blaas door afvloedbelemmering/verslapping spier.
D
Door hoge druk (hoesten, niezen, lachen, etc.).
Slide 17 - Quiz
Wat zijn oorzaken van ontlastingsincontinentie
Slide 18 - Question ouverte
Welke hulpmiddelen kunnen wij inzetten om urine/defecatie op te vangen?
Slide 19 - Carte mentale
Wat gebeurd er bij het Mallory-Weiss-syndroom?
A
Braaksel komt in de longen terecht.
B
Door het vele braken kunnen ook scheurtjes in de slokdarm ontstaan. Deze scheurtjes kunnen gaan bloeden.
C
De zorgvrager heeft te veel gegeten en gaat hierdoor braken
D
Door onprettige geuren of iets onprettigs zien gaat de zorgvrager braken.
Slide 20 - Quiz
Gevolgen van peristent braken?
Slide 21 - Question ouverte
Advies bij zorgvragers die last hebben van hyperhydrosis?
Slide 22 - Carte mentale
Sputum is normaal gesproken doorzichtig/grijskleurig. Waar denk jij als verpleegkundige aan wanneer sputum groen en klonterig is?
A
Bronchitis
B
Longkanker
C
Zware longontsteking
D
Beschadiging van keel-neusslijmvlies
Slide 23 - Quiz
Hoe kan je sputum opvangen?
Slide 24 - Question ouverte
Een vrouwelijke zorgvrager heeft last van metrorragie. Wat betekend dit?
A
Hierbij verliest de zorgvrager bijzonder veel bloed tijdens de menstruatie
B
Hierbij is de menstruatie zeer pijnlijk voor de zorgvrager
C
Hierbij heeft de zorgvrager zeer onregelmatig en niet vaak haar menstruatie
D
Hierbij heeft de zorgvrager onregelmatig bloedverlies, dus ook bloedingen buiten de menstruatieperiode om
Slide 25 - Quiz
Leg uit wat hypomenorroe betekend.
Slide 26 - Question ouverte
Tegel 'Slapen'
Voor dit onderwerp heb ik een kleine kruiswoordpuzzel gemaakt. Dit mogen jullie individueel gaan maken. Einde van de les stuur ik het antwoordblad op.