Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
digitale
tijd
Slide 1 - Diapositive
1 kilogram
1 gram
Slide 2 - Diapositive
Welke van de twee gewichten is zwaarder?
A
gram
B
kilogram
C
allebei even zwaar
D
dit kan je niet weten
Slide 3 - Quiz
Wat weegt ongeveer een kilogram?
A
B
C
D
Slide 4 - Quiz
wat weegt ongeveer een gram?
A
B
C
D
Slide 5 - Quiz
hoeveel gram zit er in een kilogram?
A
10
B
100
C
1000
D
10000
Slide 6 - Quiz
1 kilogram = 1000 gram
Slide 7 - Diapositive
Hoe kan het gewicht van deze voorwerpen het best gemeten worden?
Sleep het plaatje naar het goede gewicht
kilogram
gram
Slide 8 - Question de remorquage
Maak opdracht 1 op bladzijde 24
Slide 9 - Diapositive
Lesdoel
Ik kan vertellen hoeveel seconden er in 1 minuut zitten en daar sommen mee maken
Slide 10 - Diapositive
opdracht:
- doe 1 minuut lang jumping jacks
timer
1:00
Slide 11 - Diapositive
opdracht
- doe 1 seconde lang jumping jacks
timer
0:01
Slide 12 - Diapositive
Wat is het verschil tussen 1 minuut en 1 seconde?
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Vidéo
00:15-00:35
Zie je de rode wijzer? Dit is de secondewijzer. Deze wijzer telt de seconden. er gaan 60 seconden in een minuut. tel maar mee totdat de rode wijzer weer een rondje heeft gemaakt.
Slide 15 - Diapositive
60 seconde = 1 minuut
Slide 16 - Diapositive
Wanneer gebruiken we seconde om de tijd te meten?
Slide 17 - Question ouverte
Wat is dit?
Slide 18 - Question ouverte
Met een stopwatch kan je seconden heel precies meten.
Slide 19 - Diapositive
Hoe precies kan jij tellen?
Druk op start, doe dan je ogen dicht. Tel met je ogen dicht in gedachten terug van 10 naar 1. Doe dan je ogen weer open. Hoe precies zat jij bij de echte tijd?
timer
0:10
Slide 20 - Diapositive
Pim doet over het rondje 1 minuut en 4 seconden. Eva doet over het rondje 64 seconden. Wie is sneller?
A
Pim
B
Eva
C
Ze zijn even snel
D
Dit kan je niet weten
Slide 21 - Quiz
64 seconden is even lang als 1 minuut en 4 seconden